Memoires 1995-A
(2020)–Willem Oltmans–
[pagina 24]
| |
Djakarta6 februari 1995Guruh's huis, middernachtAbsolute ramp. Wat ben ik toch stom. Ik was rusteloos gisteravond en ben naar het Borobudur Hotel gegaan en bestelde een bami, waar ik de helft van liet staan. Ik wandelde naar het Bantengplein en het Irian Baratmonument, een park waar het wemelt van de nichten. Ik stapte in een busje met drie Indonesiërs, van wie de handen nogal los zaten. Ze kijken direct in je broek en beginnen dan een conversatie in Behasa Indonesia waarbij het woord besar (groot) herhaaldelijk valt. Ze friemelen met je pik, geven er een zoen op, maar zijn niet uit op seks, tenminste deze jongens waren dat niet. Later ontmoette ik een Ambonees, die zei op weg te zijn naar zijn vriend Boes. We besloten samen te gaan, ook omdat het dichtbij Kalibata was, waar ik weer in het tweede huis van Guruh Sukarnoputra woon. Juist om mijn dagboek veilig te stellen, ging ik erop zitten, maar ik moet het bij het uitstappen vergeten zijn. Nu is van 15 januari tot 6 februari alles weg. Dit is het grootste gat in mijn notities ooit! Afschuwelijk, afschuwelijk. Ik was helemaal niet meer in de jongens geïnteresseerd. Het schoot door mijn hoofd: zijn dit misschien bakin-boys, die eropuit waren mijn dagboek te jatten? Ik wilde eigenlijk meteen weg en vroeg of ze een taxi wilden bellen, maar we eindigden boven in een trio, dat behoorlijk opwindend was, maar in geen duizend jaar opwoog tegen het verlies van drie weken aantekeningen. Terwijl Boes, die best aantrekkelijk was, me pijpte, rotzooide de Ambonees aan de rest van mijn lijf. De telefoon ging, Wat een uitstekend moment was om te verdwijnen. Ik herinner me dat ze even stonden te smoezen voor ze samen op me af kwamen. Probeerde uit te vinden of ze agenten waren. Boes zei dat hij in de sigarettenindustrie werkte en dat we in het huis van zijn stiefvader seks hadden gehad. Hij had een zalig lichaam, een fantastische glimlach en lekkere bek. Ik zou hem nog wel eens in mijn vingers willen hebben. Ben vanmorgen naar Joesoef Isak gegaan, die een aantal gesprekken voerde met verschillende taxicentrales, of het dagboek wellicht was gevonden. Het zou echt een ramp zijn als | |
[pagina 25]
| |
het niet terugkomt. Vooral de trip met Sukmawati Sukarnoputri naar het huis van haar vader in Batutulis, nabij Bogor, die voor mij onvergetelijk was en die ik nauwkeurig beschreef, is niet te reproduceren. Het avondeten bij Megawati Sukarnoputri thuis, en het lange gesprek met Kartika, de dochter van Dewi, die me veel foto's liet zien terwijl we samen op haar bed in de logeerkamer bij Megawati zaten. Er verscheen 25 januari in de krant Republika een foto, waar ik samen met Sukma arriveer bij Megawati thuis en haar bloemen aanbiedt. ![]() Ik vind nog een brief terug aan Sicco Mansholt, die in mijn kamer lag.Ga naar voetnoot24 Maar alle aantekeningen zijn echt weg. Wat zonde. Ik ben ook in Bandung geweest, bij mijn oude vriend Harisanto. Gisteren dacht ik nog: dit cahier is bijna vol, ik kan het beter thuis laten. Hoe vaak heb ik deze les al geleerd? Vanmiddag waren Sukma, Joesoef, advocaat Arjoso en de bankier hier van 16:15 tot 17:45 uur. Ze willen het boek op 1 juni, op de Pantjasiladag, uitbrengen. Sukma is nog steeds koel. Toen ik vroeg of ze nog meedeed, zei ze: ‘We do our best.’ Advocaat Arjoso, die mijn project zegt te financieren via giften van Sukarno's vrienden, heeft iedere keer nieuwe smoesjes dat er tegenvallers zijn. Hij is de advocaat van Subandrio, wat het nodige zegt. Op 25 januari zette ik hem schriftelijk uiteen op welke voorwaarden ik werkte, als overeengekomen in Amsterdam.Ga naar voetnoot25 Ik liet hem tekenen voor een half miljoen op 10 februari en een half miljoen op 10 maart.Ga naar voetnoot26 Hij zat te zeuren dat hij tijd nodig had, hij wilde 20 maart. ‘If you can't get it in four weeks, you can't get it in six,’ zei ik. De hemel mag weten of ik dit dagboekdeel ooit terugkrijg. Ik wil er niet meer aan denken. Mijn handen zaten zo los bij die twee jongens - ik klem mijn dagboek altijd in mijn hand, behalve gisteravond. | |
[pagina 26]
| |
7 februari 1995Ik werk dus al een paar weken aan een manuscript over Bung Karno. Volgens Joesoef Isak heb ik in drie weken 205 handgeschreven A-viertjes ingeleverd. Ze hebben een ontwerp voor de omslag gebracht, met mij er op. Dat nooit. Het is door mij aan hem gewijd. ![]() Uitgever Aristides Katoppo nodigde Sukma en mij uit voor de lunch. Sukmawati wil een koffietafelboek uitbrengen, gewijd aan haar vader. Sukma gaf me een foto van Suharto met de lus van een galg voor zijn hoofd. Zij haat die man terecht. Hij heeft haar vader verraden en laten vermoorden, zoals dat heette ‘als een bloem zonder water’. Zij zei dat ze wist en informatie had dat Suharto altijd al een coup gepland had. Ik zei haar dat ze zich vergiste en dat Suharto simpelweg de derde hond was die er met het been vandoor ging. Maar ze was niet te overtuigen. Ze is zo vol haat over die man dat haar beoordeling niet juist is. Zoals zij boos werd toen Kartika en ik zeiden dat Suharto slim was om 28 jaar aan te kunnen blijven. Bapaks kinderen hebben geen hersens of geen principes. Als Mega naar de chief of staff gaat om de problemen van de pdi uit te leggen, lacht Suharto zich rot. In de krant staat vervolgens dat het leger heeft aangeboden om te assisteren bij het oplossen van de interne problemen bij de pdi. Een kind kan zien dat die problemen zorgvuldig zijn opgezet. Inclusief het voorpaginaverhaal dat de pdi door de pki is geïnfiltreerd en wordt gecontroleerd. Toen ik eindelijk mijn geduld verloor met Pak Sadja - maar vooral met zijn vrouw - kwam generaal Suhario als verrassing langs die ochtend.Ga naar voetnoot27 Hij foeterde de dame enorm uit; het was een ongelofelijke scène, omdat zij net zo onbeschaafd en brutaal tegen hem deed als tegen mij. Ik kon alleen met deuren smijten om het stil te krijgen in huis. Pak Hario schreeuwde | |
[pagina 27]
| |
echt tegen haar en zei dat ze moest vertrekken, waarop ze haar spullen ging pakken. De haat van deze vrouw - die het grootste gedeelte van de tijd televisie keek in Guruh's kamer - bouwde zich op omdat ze in een paleis leven en Guruh nooit komt. Het was verbazingwekkend wat een brutaliteit zij liet zien tegen mij, maar ook tegen Suhario, van wie zij wist dat hij een generaal was. Dit gebeurde ook tussen Sukarno en Suharto. Suharto - van de kampong, geen onderwijs gehad, enzovoort - ergerde zich al die jaren aan Bung Karno, die hem doorhad en op zijn plaats hield. Javanen zijn in staat tot stille wraak en dan slaan ze toe, net als de zwarten in Zuid-Afrika, maar ook de Afrikaners. De belanda's noemen zoiets een mes in de rug steken. Peter heeft al twee keer gebeld sinds ik hier ben. Hij ontving een eerste brief uit Indonesië, terwijl mijn brieven uit Amsterdam binnen blijven stromen. Ik heb voor vertrek naar Indonesië een stapel brieven voor Peter achtergelaten bij tabakshuis Struwe, met het verzoek er iedere dag een te posten. Toen ik in Djakarta aankwam, haalden Koerwet Kartaadiredja en Joesoef Isak me van het vliegveld af. Ik ging soepel door de douane, maar zelfs toeristen krijgen een visum voor acht weken. Ik schreef diverse brieven aan Alatas om mijn visum geregeld te krijgen, maar er kwam geen enkele reactie. Later heb ik ook mevrouw Nuraina Hamimyar, directeur protocol, ontmoet, die me een brief meegaf die ik bij de immigratiedienst moet laten zien. Ook Kartika had ik gevraagd of zij druk uit wilde oefenen bij de diplomatieke dienst. Op een avond belde Kartika dat ze eerder naar Japan zou vertrekken, terwijl Sukma me later vertelde dat ze nog vijf of zes dagen bij Mega was. Ze past al dezelfde trucjes toe als Dewi. Het is ook een ramp dat de belangrijkste knipsels - onderstreept - in deze klapper zaten en het briefje van Pieter Broertjes dat mijn commentaar was verschenen op de Forum-pagina van de Volkskrant.Ga naar voetnoot28 Ik leg me erbij neer dat drie weken materiaal weg is en weg blijft. Misschien ligt het al in een vuilnisbak ergens in Djakarta. Ik zou niet zo paranoïde willen zijn dat het bakin was, die zo verschrikkelijk slim zou zijn mijn aantekeningen te stelen om zo achtergrondmateriaal over mijn denken te hebben. Het is toch wel onheilspellend stil om me heen en Alatas reageert in het geheel niet. Waarom? Vandaag ga ik proberen het onder- | |
[pagina 28]
| |
werp aan de orde te brengen, want ik liet mijn paspoort in zijn huis liggen. Ik schreef met de hand 205 pagina's in drie weken. Katoppo zei gisteren: ‘The hand of the maestro’, maar hij wil er geen cent in stoppen en stookte Arjoso op dat zijn 3.500 dollar meer was dan wat de royalties op het boek zouden zijn. | |
23:00 uurEindelijk een avond zonder regen, dus ik ging naar het Bantengplein. De gebruikelijke reacties. Ik reed rond met wat jongens die hysterisch deden over de grootte van mijn pik. | |
8 februari 199507:30 uurEr is niets wat ik eraan kan doen, dus ik probeer te vergeten dat mijn dagboek weg is. Ik blijf gewoon schrijven alsof er niets gebeurd is. Eerder deze reis kwam ik Chakra tegen, een aerobicleraar van 27, die zich gedroeg als Toto, en op een ochtend om 10:00 uur verscheen. ‘You want me for breakfast.’ Maar hij had een totaal vrouwelijk karakter en hij verdween zo snel als hij verschenen was. Gelukkig maar eigenlijk. Marguerita, de vrouw van Santo, had Toto gezien in een koffiezaakje in Djokdjakarta, en Santo en ik zagen hem later tijdens een concert in Bandoeng. Ik belde hem een keer, gewoon om te kijken wat hij zou zeggen. Hij was er niet, maar ik liet een boodschap achter. Later belde hij me terug en sprak lang. Toen ik het gesprek wilde afbreken, zei hij dat dit onbeleefd was omdat hij mij had gebeld. Het is dezelfde soort vreemde kronkel die ik zag bij Chakra - het zal wel Indonesisch zijn. Gunter Pauli belde en vroeg of ik nog naar Tokio zou komen. Ik wil wel, maar eerst moet de verlenging van mijn visum geregeld zijn. Pamoe, Arjoso, zijn vriend de bankier, iedereen deed de eerste dagen na mijn aankomst een enveloppe met 200 gulden (200.000 roepia) in mijn zak. Ik reageerde op dit fooiensysteem door Arjoso te laten tekenen voor 3.500 dollar en benadrukte dat dit een fooi was voor drie maanden van mijn leven - consultants ontvangen dat in drie dagen. Gisteren probeerde Arjoso de door hem zelf ondertekende verklaring weer in te trekken, maar ik hield mijn poot stijf, ook om Peter nog wat geld te kunnen sturen. | |
08:30 uurDe totale stilte van Alatas maakt me bezorgd. Ik besloot hem | |
[pagina 29]
| |
thuis te bellen, maar ik kreeg te horen dat ik Pak Udi moest bellen, op het secretariaat in Kemlu. Daar lag het paspoort. Ibu Ina probeerde het te verlengen. Ik vertrok meteen om nog op tijd te zijn voor Ibu Ina bij de Immigratiedienst. Ibu Ina behandelde me royaal. Binnen twintig minuten was ik weg met een brief waarin Alatas' naam gebruikt werd. Maar morgen moet ik terug, want ik had geen pasfoto. Het verschil van mening tussen Indonesiërs van hoog tot laag over wat er politiek gebeurt, is een teken des tijds. Mensen zijn murw na 28 jaar militair dictatorschap. Dit is een aspect dat niemand in het buitenland uitlegt. Het is erg negatief wat het hele leven wordt teruggebracht tot een rat race naar geld en overleving. Joesoef zei dat hij was opgebeld door een Nederlander: ‘Oltmans doet het weer.’ Dat moet de ambassade geweest zijn. Wat doe ik weer? Een mening geven? Ik zal nooit veranderen en blijf op weg. Maar Joesoef had het ook over Kramer en hoezeer die mij haatte. Daar moet ik meer over zien te weten voor Vermeer. Joesoef wilde het volgende hoofdstuk hebben, maar ik heb hem gezegd dat hij het niet krijgt voordat Arjoso zijn deel van de afspraak is nagekomen. Het is een boef, daar ben ik zeker van. Er kwam een jongen aan de deur voor televisiebelasting: 6.000 roepia. Ik heb hem gezegd morgen terug te komen. Meer afschuwelijke regen. Het regent hier iedere dag sinds ik hier ben, maar het is nog altijd 1.000 keer beter dan in Europa waar overal overstromingen zijn. | |
11:30 uurSukma belde. Ze vond het boek en mijn stijl geweldig. Ibu Hartini had vorige week een lichte beroerte en ligt in het ziekenhuis. Zij gaat misschien morgen naar huis. Het spijt me dat te moeten horen. Ibu Kartaadiredja en mevrouw Sabur - niet de mevrouw Sabur die ik kende - kwamen net uit het ziekenhuis. Ik kwam ze tegen in hotel Indonesia. Ik schreef Peter een lange brief over de misstap met mijn dagboek. Ik stuurde brieven aan Danny Yatim, Alex Surjono en natuurlijk Penny Hedinah. Er gingen kaartjes naar Kaat Verrips en Florrie Rost van Tonningen. Ik at weer een steak en dronk een koffie verkeerd in Exelso. Ik ga nog even winkelen en ga daarna naar huis. | |
[pagina 30]
| |
Ik blijf geschokt door de overweldigende hoeveelheid Chinezen die rondlopen in Hyatt Shopping Centre. Soms denk ik nog steeds dat ik droom dat ik in Indonesië ben. Er zijn al drie weken om. Ik leef in het paradijs, in mijn eigen huis. Vrijdag komen hier drie redacteurs van The Jakarta Post. ‘If they publish an interview,’ zei Joesoef, ‘you will be asked to leave the next day, politely.’ Hij zei dat Arjoso de eerste hoofdstukken van mijn boek al aan Ruslan had gegeven. Joesoef zei cynisch dat we het boek niet meer hoefden uit te geven omdat het al rondgaat. Afschuwelijk dat ik afhankelijk ben van amateurs als Arjoso. Joesoef is in orde, net als Tom Anwar, maar Arjoso en aanhang hebben voor niets goud in handen. Hoe langer mijn verdwenen dagboekklapper spoorloos blijft, hoe meer ik ervan overtuigd raak dat de twee jongens een operatie van de inlichtingendiensten waren. Ze waren ook te net gekleed voor het park, maar ze zeiden dat ze van een andere gelegenheid kwamen. Het blijft een vreemde zaak. Weer een les geleerd. | |
9 februari 1995Ben er zeker van dat mijn dagboek bij bakin is. De Ambonees was er gisteravond weer. Nu met een andere lover en hij gedroeg zich even mysterieus. Ze zijn er in ieder geval in geslaagd: eens maar nooit weer. Was een paar uur op het immigratiekantoor. Meer kastje-naar-de-muur-werk bij Immigratie. Al het echte papierwerk wordt gedaan door militairen. Men wilde 16,50 dollar hebben, wat ik weigerde te betalen. Ik heb mevrouw Hamimyar hierover een briefje gebracht. Toen ik mij later tegenover Sukma beklaagde over het tijdsverlies en de ergernis van de papierwinkel, zei ze: ‘Be patient, please, we are a developing nation.’ Dat kan je natuurlijk niet eeuwig blijven roepen. | |
TaxiSoms, als ik langs het Merdekapaleis kom, denk ik aan vervlogen tijden, dat mijn vriend er woonde en we samen spraken op het achterterras aan de tuin. Hij was dan op blote voeten en dronk thee. Het huis van Bung Karno in Batutulis dat ik samen met Sukmawati bezocht en in het verloren gegane deel beschreven had, was een onvergetelijke ervaring. Prachtig gelegen op de top van een ravijn met een ruisende rivier en een schitterend uitzicht op het landschap van West-Java. Het was bewolkt en het regende toen wij er waren. Sukma | |
[pagina 31]
| |
vertelde dat Suharto hem daar alleen liet met een bediende en een djaga (bewaker). Bung Karno had het huis zelf ontworpen. Het was zeer eenvoudig, maar toch statig. In het gejatte dagboek had ik een plattegrond van het paleis getekend. Het huis had twee slaapkamers met twee aangrenzende badkamers. De woonkamer was enorm groot. Er was een apart gedeelte om films te vertonen en een projectiekamer. Sukma wees de plaats aan waar zij met haar vader en andere kinderen altijd kaartten. Het huis was nu vrijwel leeg en bood een desolaat beeld. In de garages stonden een paar honderd schilderijen, die de familie toebehoorden. Sukma had toestemming aan Suharto moeten vragen om het huis te bezoeken. Suharto weigert het aan de familie terug te geven, want Bung Karno had het volgens hem via corruptie gekregen. Hoe durft die smeerlap! Hoe durft juist hij zoiets te beweren. Pure pesterij. De herinneringen werden Sukma teveel. De tranen stonden in haar ogen. Daar stonden we samen, armen om elkaar heen, beiden hevig gemotioneerd voor haar vader, en mijn vriend. Soms denk ik nog steeds dat ik droom dat ik in Djakarta ben. Vanaf 1966 was ik hier geweerd. Net als in Zuid-Afrika is dat natuurlijk door Den Haag bewerkstelligd, om mij te treiteren, terwijl Suharto er nog wel een schepje bovenop zal hebben gedaan na wat ik al die jaren aan en over hem heb geschreven. | |
10 februari 1995Henk wordt vandaag 72, mijn enig overgebleven broer. Het leven loopt ten einde en er is nog zoveel te doen - behalve voor hem. Gisteravond ontmoette ik Sardi, die mij oppikte met twee anderen in een grote Jeep. Hij liet de andere twee gaan en kwam naar mij. Ik stond toch doodsangsten uit na het verlies van mijn dagboek, en bracht mijn portemonnee en andere belangrijke zaken naar het kantoor van Guruh. Aanvankelijk sliep Sardi met meisjes. ‘But if my penis was not so small, I would perhaps not be malu (verlegen) for my girl and would have married her.’ Ik antwoordde dat er echt niets verkeerd was met zijn wiwimacher. Hij kon maar niet genoeg krijgen van de mijne. Hij bleef er tot in het oneindige op sabbelen. Zijn donker bruine ogen keken op een bepaalde manier recht in de mijne, intens en opgewonden. Ik lag te denken: waren dit de emoties waardoor grootvader Willem Oltmans op Semarang mijn grootmoeder liet schieten voor Sima Sastro Pawiro? Misschien speelde zij toen met mijn grootvader zoals Sardi nu met mij. Ze moet net zo van blank hebben gehouden als Sardi. Mijn groot- | |
[pagina 32]
| |
vader wilde een intense, natuurlijke seksmachine, niet oma Klink, met haar Hollandse tinka'sGa naar voetnoot29. Ik kan gelukkig geen twee kinderen bij hem krijgen. Newsweek publiceerde een essay over de terugkeer van ‘shame, to restore a sense of right and wrong.’ ‘America is about shamelessness. Americans have tv shows where people tell the world about bestiality inside their bedroom - and the world yawns. Marion Barry, former crackhead, runs for mayor of Washington dc and wins. Richard Nixon, who refused to show any shame after Watergate is himself buried a hero. Shame cannot be legislated. Properly calibrated, shame falls somewhere between mild embarrassment and cruel humiliation. In the wrong hands, shame is the nitroglycerin of emotions. Some psychiatrists see shame as the root of myriad emotional problems.’Ga naar voetnoot30 Tijdens mijn laatste televisiegesprek in 1966 met de Indonesische vicepresident Mohammed Hatta, zei hij dat wat hem het diepste zorgen baarde, was dat het unieke malu archetype van de Indonesiër door de cia-coup van Suharto was verwoest. Indonesië werd overspoeld door Amerikaanse normen en waarden. Corruptie was a way of life aan het worden. Hij zag het als een verdrietige en negatieve ontwikkeling. Nu, 30 jaar later terug in dit land, begrijp ik beter dan ooit wat hij toen bedoelde. Joesoef vertelde me, ‘om jou te pesten’, dat hij zondag bij de Nederlandse ambassadeur Paul Brouwer was gevraagd. Er zijn twee Kamerleden van d'66 hier. Een van hen bleek Wolffensperger te zijn. Ik heb via de ambassade geprobeerd in contact met hem te komen, want uit zichzelf geloof ik niet dat hij contact met me zoekt. Joesoef vroeg met nadruk of hij zondag mijn naam kon laten vallen bij Wolffensperger ‘want ik ben anders werkelijk bang voor de reacties.’ Mijn complimenten voor Luns en aanhang. De jongen die met me meeging op de avond dat de klapper verdween, heette niet Boes maar Agus. Hij belde en wilde 50.000 roepia lenen om naar zijn moeder in Bandoeng te gaan. Sardi hield vannacht een soortgelijk verhaal en vertelde dat veel jongens bij Banteng je na een eerste ontmoeting proberen te chanteren. Nu weet ik zeker dat ik dit telefoonnummer helemaal niet meer moet geven. Agus vroeg trouwens wel eerst of ik mijn klapper had teruggevonden. Joesoef zei: ‘Zo slim zijn ze heus niet bij bakin.’ Wie het ook heeft, heeft het onrechtmatig. Het is een deel van mijn leven. | |
[pagina 33]
| |
11 februari 1995Harry Bhaskara en een collega van The Jakarta Post zijn van 20:30 tot 01:45 uur in Guruh's huis met me komen praten. Het is me meer dan ooit duidelijk dat Indonesië onder Suharto een door Washington gefinancierde en geïnstalleerde politiestaat is. Het bedrieglijke is dat het er uiterlijk de schijn van heeft dat alles ‘normaal’ verloopt, maar kijk je iets verder onderhuids, dan blijft het een levensgevaarlijke zaak. Harry had gedeelten van mijn manuscript gelezen, en waarschuwde dat de paragrafen betreffende het doodtreiteren van Bung Karno door Suharto, voor mij zeer gevaarlijke passages zijn. Ze waren beiden verlangend om over mijn eigen ervaringen met Sukarno te horen en moedigden me aan mijn boek vooral te publiceren. Wat me zeer verbaasde was hoe verschrikkelijk weinig ze over Bapak weten. Ze hebben een discussiegroep bij de krant, en ze wilden me uitnodigen om er eens te komen praten. De chauffeur van advocaat Amin Arjoso bracht inderdaad de toegezegde eerste 1.750 dollar in roepia's. | |
15:00 uurIk ontmoette Gerrit Jan Wolffensperger in Hotel Indonesia. Het werd een buitengewoon plezierig gesprek. Oud-rechter Asscher was volgens hem totaal eerlijk en onomkoopbaar, dus adviseerde hij dat als Asscher met een bod kwam, dit uitermate serieus te nemen. Hij zei dat voor minister Hans van Mierlo de ambtenaren van Buitenlandse Zaken ook een harde noot om te kraken zijn. Hij kan dus net als Lubbers niet tegen dat bastion op. ‘Erik Jurgens heeft de meeste tijd van ons. Hij werkt er aan,’ zei hij. Gerrit Jan wilde ook luisteren naar mijn eigen ervaringen met Sukarno. Sukmawati had een lezing geregeld bij haar organisatie voor Marhaenisme, de politieke leer van Sukarno. Er waren 40 personen aanwezig. Ik heb een paar uur over Bung Karno verteld. Na afloop was er, zoals altijd hier, een slamatanGa naar voetnoot31, maar ik had geen zin in eten en wilde naar huis. Sardi belde, maar ik ben er zeker van dat Sardi's volgende telefoontje ook over geld zal gaan. Dat gaat niet gebeuren, ik laat er niemand meer in. Ik vertrouw de affaires op het Bantengplein nooit meer. Teveel boeven. | |
[pagina 34]
| |
de lunch met Quist in Hotel Indonesia. Hij zei dat hij Kramer een brief had geschreven, waarin hij ontkende dat hij hem ooit had ontmoet, dan wel met hem over mij had gesproken. Kramer had hem geantwoord en gezegd dat er kopieën naar Buitenlandse Zaken gestuurd waren. Dit was eind december 1994 gebeurd. Kramer had in januari 1995 geantwoord. Quist gaf toe dat het niet juist was geweest dat hij mijn brief van afgelopen mei niet had beantwoord. Zijn vrouw Phryne had hem ook gezegd dat dit dom was. Het was een tactiek om tijd te winnen geweest, maar daar trap ik natuurlijk niet in. Het is waar dat ik foutief Kamp had opschreven en hoorde dat het Kramer moest zijn. Er was geen Kamp op de ambassade. Wat Quist ook zei was dat door de botsing met mij, de vrouw van Douwe Spil en de vrouw van Kramer geen woord meer met elkaar wisselden. Ze waren van hartsvriendinnen aartsvijanden geworden. Buitenlandse Zaken is bezig tegenmateriaal te verzamelen. Ik heb Erik Jurgens geschreven of hij er wel eens aan heeft gedacht wat ik de afgelopen tientallen jaren aan advocaten heb uitgegeven om Den Haag van mijn lijf te houden. De Staat gebruikt gewoon geld van de belastingbetaler om andere belastingbetalers hun leven te verzieken.Ga naar voetnoot32 Omdat Arjoso betaald had heb ik acht hoofdstukken aan Joesoef gegeven. Het geeft me een voldaan gevoel. Ik heb nu 242 pagina's geschreven, maar ik begin schrijverskramp te krijgen. Ik sliep bijna twee uur tot de middag, want ik was al om 05:30 uur op. Ik belde Phryne Quarles, maar de verbinding was een drama. Uiteindelijk viel de telefoon zelfs helemaal weg. Dat gelazer gaat nu ook al mijn hele leven lang door. | |
13 februari 1995Ik ben verdomme weer een dagboek verloren, maar er zaten maar drie of vier beschreven pagina's in, verder veel knipsels, waaronder een artikel uit The Washington Post over William Fulbright, naar aanleiding van zijn overlijden op 9 februari. Ik ontmoette gisteravond Budy bij het Borobudur hotel, waar een absoluut walgelijk Chinees huwelijk in Hollywoodstijl aan de gang was. We reden in zijn gammele jeep naar Guruh's huis. Ik heb mijn dagboek op zijn dashboard gelegd en vergeten. Ik denk niet dat hij het zal terugbrengen. Hij was sinds drie jaar homo, maar een totale amateur. Ik wist dat het niet zou werken, maar hij leek angstig dus ik nam hem mee naar huis. Ik | |
[pagina 35]
| |
stopte er al snel mee, want het leek nergens op. Toen belde de jongen van de andere avond, die wel prima bezig was, en zei dat hij in de telefooncel op de hoek stond. Daar had ik geen zin in dus ik zei dat ik gasten had. Voel me zeer geïnspireerd om wat ik gisteren allemaal schreef te herschrijven, want het was niet goed genoeg. Ben om 06:45 uur andermaal begonnen. Joesoef belde: ‘Je materiaal wordt nu toch wel sensitief.’ ‘Wat had je dan verwacht,’ vroeg ik. Het echtpaar dat Guruh's huis beheert, verschoont geen lakens. Ik heb er nu maar eens iets van gezegd. Ze hebben er de pest aan dat ik hier woon, want Guruh is er nooit, behalve als hij bepaalde jongens een nachtje elders wil versieren. Het is Lebaran en je hoort nu op alle tijden van de dag het geblèr van de moskees. Goed ziek. Ik belde Ibu Ina om te vragen hoe het met mijn visum stond. Ze was aardig, maar zei dat er slechts voor vier weken verblijf was betaald, dus ik moest de overige acht nog bijbetalen. Ik bleef ook aardig, maar dacht: fuck you all. Ik haastte me naar het immigratiekantoor, wat tot 16:00 uur open was, maar het betaalloket bleek al om 14:00 uur te sluiten. Ik was er voor niks heen gegaan. Ik tikte op mijn voorhoofd en ben weer gegaan. | |
21:30 uurEr kwam zonet een jongen langs, op het bekende drafje met twee manden gevuld met, denk ik, warme soep, verlicht door oliepitjes. Het herinnerde me aan mijn eerste artikel in 1956 voor de nrc, waarbij ik zittend op het terras van Suwandi Mangkudipuro en diens familie aan de Jalan Tandjung totaal gefascineerd was door die onophoudende stroom van straatverkopers, die met karretjes gevuld met allerhande lekkernijen de villawijken afroomden, compleet met houtkoolvuurtjes om sateh's te roosteren. Veertig jaar later zie ik Indonesië anders. Nu bestaat Djakarta uit wolkenkrabbers en gigantische bankgebouwen. In de afgelegen wijk waar Guruh's tweede huis staat, dat hem als lid van het parlement werd toegewezen, leeft nog wel iets van die sfeer van toen. Op het platteland zal het nog wel hetzelfde zijn. Djakarta is eigenlijk geen Indonesië meer. | |
[pagina 36]
| |
Daarop zei hij bij Allah te zweren alleen mijn vriend te willen zijn. Hij kwam in bed en kan niet genoeg krijgen van mijn pik. Hij heeft een vriendje dat hij neukt. Een condoom was niet nodig, want de jongen hield van hem. ‘Weet je dat zeker,’ vroeg ik. Er volgde een stilte. Het merkwaardigste was misschien wel, dat hij net als vorige keer na mijn penis op mijn tong wilde zuigen, waardoor hij vrijwel onmiddellijk een orgasme kreeg, zich omdraaide en sliep als een os. | |
10:00 uurIk heb het hele immigratiekantoor bij elkaar geschreeuwd, tot de baas op het kabaal af kwam. Ze wilden me verdomme morgen nog een keer terug laten komen. ‘I am not a djongos,’ schreeuwde ik. ‘I have a letter of recommendation of Pak Alatas. Why are you treating me like this?’ De man schudde handen om zich te verontschuldigen. Alle klootzakken in de zaal zaten te lachen. Ze denken dat ze je als oud vuil kunnen behandelen en omdat niemand in dit land zijn bek open durft te doen, denken ze dat het zo hoort. Marguerita van Santo moet zich na meer dan dertig jaar huwelijk nog steeds ieder jaar bij de politie en de burgerlijke stand melden en verantwoorden. De bureaucratie in dit land is totaal verziekt. De baas noemde me Wilhelmus van Nassouwe, en toen ik om 10:30 uur officieel een klacht wilde indienen, zei hij ook nog: ‘Greetings to mister Alatas!’ Totaal ongepast. Vanmiddag was ik van 13:00 tot 16:00 uur in het huis van generaal Sadikin, de oud-burgemeester van Djakarta en bepaald geen vriend van Suharto. Hij voert de Club van 50 aan. Deze vooraanstaande Indonesiërs brengen openlijke kritiek op het Suharto-regime naar buiten. De villa van Pak Sadikin aan Jalan Borobudur 2 leek op een bescheiden paleis. Ik merkte op dat Den Haag mij persona non grata had verklaard vanwege mijn vriendschap met Bung Karno. De generaal antwoordde: ‘I am persona non grata too.’ ‘Yes, but I am living in a 6 by 6 meter room in the Jordaan. I prefer to be persona non grata in Indonesia.’ Sadikin schijnt ook nog andere huizen te hebben. Ik heb precies twee uur voor een groep van 25 gasten over mijn herinneringen aan Bung Karno gesproken. Toen ik de kamer rondkeek, was ik ervan overtuigd dat deze heren niet de mensen waren om Indonesië te bevrijden, net als de pdi dat niet is. Een beeldschone dame, die een vriendin van Sukarno was geweest, kwam laat binnen. Zij corrigeerde mij, dat niet Dewi | |
[pagina 37]
| |
had geprotesteerd dat de kist van Bung Karno die naar Wisma Jaso kwam te klein was, maar dat zij dat was geweest. Dewi had het me dus anders verteld. Met tranen in haar ogen zei ze: ‘Mr. Oltmans, Bung Karno was a good man.’ Ik zei: ‘I know.’ Helemaal tegen het einde van mijn verhaal, werd Poncke Princen in een rolstoel binnengereden. Ik moest hem dus een hand geven als gast van Sadikin. Poncke Princen belde me later. Of we elkaar konden tutoyeren. Hij was erg gefascineerd geweest bij mijn verhalen, want hij had Bung Karno zelf nooit ontmoet. Natuurlijk wilde Bapak Princen niet zien. Princen vroeg me zelfs of ik vanavond wilde komen. Ik maakte hem duidelijk dat ik te druk was met schrijven. ![]() ![]() | |
15 februari 1995Ik schreef Vermeer een briefje om te vragen hoe het stond met de verhoren.Ga naar voetnoot33 Eduard zond me post van de Westerkade. Een opgewekte briefkaart van broer Hendrik, een brief van Gatsha Buthelezi en, als gewoonlijk, een rotstuk in het vakblad van mijn vakorganisatie geleid door Hans Verploeg en consorten over Persona Non Grata.Ga naar voetnoot34 Je moet vooral niet verwachten van die zijde oprechte steun in mijn gevecht tegen de Staat te verwachten. Buthelezi schreef blij te zijn met mijn brief in The Star van 3 januari, want hij had zich aangevallen gevoeld door wat Nyatsumba over hem had geschreven. Het is toch heel bijzonder dat Indonesië met het lanceren van pt Satelit Palapa Indonesia meedoet aan de concurrentie in de telecommunicatie in Zuidoost-Azië. In 1940 beschikte Nederlands-Indië over 629 universitair geschoolden. Vijftig jaar later lanceren hun kinderen satellieten. | |
[pagina 38]
| |
Volgens de propaganda van het fascistische Suharto-regime doet de president er alles aan erop toe te zien dat overheidsregels en wetten naar de letter worden opgevolgd. De natuurlijke hulpbronnen worden volgens Suharto gebruikt ‘for the utmost good and welfare of the people of Indonesia.’ De smeerlap bedoelt: for the utmost good and welfare of the Suharto family and interconnected crooks. | |
16 februari 1995Generaal Suhario Padmodiwirjo - met wie ik in Moskou bevriend raakte - adviseerde dat het verstandig zou zijn mijn Bung Karno-manuscript gewoon keihard bij bakin aan Sudibjo te gaan aanbieden.Ga naar voetnoot35 ‘Hij is stom,’ zei Pak Hario. Joesoef zegt: ‘Hoe verder ik je manuscript lees, hoe meer ik tegen mezelf zeg: ja, dat is Bung Karno.’ Pak Hario leek het ook nuttig bij minister Ali Alatas van Buitenlandse Zaken een kopie van de eerste 180 pagina's af te geven, ‘zoals je een zeeleeuw een vis voert.’ Ik zal dit doen, maar ik beschouw Pak Alatas toch als een vriend, ook al werkt hij voor Suharto. Pak Hario had een bezoek gebracht aan de voormalige tweede man van Subandrio, generaal-majoor Sutarto, die in een psychiatrische kliniek zit. Ik herinner me hem uit de vn. Sutarto had generaal Suhario verteld dat kolonel Zulkifli Lubis nooit tegen Bung Karno was geweest, maar slechts de bevelen van generaal Nasution had opgevolgd. Ook Sutarto is eigenlijk door Suharto ter dood veroordeeld en wacht op berechting, net als Pak Omar Dhani en Subandrio. Hij zei nooit te hebben begrepen dat Bung Karno en luchtmaarschalk Omar Dani niet een paar mig's van de Halim luchtmachtbasis hadden gebruikt om op 1 oktober 1965 het hoofdkwartier van generaal Suharto met de grond gelijk te maken. Daar had ik nooit aan gedacht. In dat opzicht was Sukarno een ramp. Hij wilde geen bloedvergieten hebben. Hij was niet in staat, zelfs niet als de nood aan de man was, bevel tot paffen te geven. Daarom is het ook zo absurd dat hij ervan werd beschuldigd opdracht te hebben gegeven in de nacht van 30 september 1965 zes van zijn belangrijkste generaals te vermoorden. ‘Ik had,’ aldus generaal Suhario, ‘met een paar jeeps en twaalf man het hele korstad hoofdkwartier opgeblazen.’ Het is waarschijnlijk nog waar ook. Maar Bung Karno heeft tot het laatste toe in 1967 zijn persoonlijke overredingskracht overschat. Dat werkte al die jaren bij Indonesiërs, maar deze keer had hij te maken met land- | |
[pagina 39]
| |
genoten die een pact met de duivel hadden gesloten, met Washington en de cia. Pak Hario vertelde dat toen hij in 1981 eindelijk in Djakarta terugkeerde, het toestel op de landingsbaan stopte om generaal Ali Murtopo binnen te laten, die kwam vertellen dat hij gevangen genomen zou worden. Over het opleiden van Indonesische officieren in Amerika zei hij: ‘We werden geobserveerd om te onderzoeken wie er bruikbaar voor de cia zou zijn. Ze begrepen dat ik een patriot was en dus onbruikbaar. Ik was niet te huur. Als iemand tegen mij zou zeggen: je krijgt zoveel miljoen als je met ons samenwerkt, zou ik hem doodschieten. Het hele cia-apparaat staat dus achter deze Suharto,’ aldus Pak Hario. Ik wil naar Solo om mijn oude vriend Diarto te ontmoeten. Pak Suhario bood aan mij volgende week het geld voor het vliegticket ernaartoe te geven, waar ik ontzettend blij mee ben. Ik moet echt ieder dubbeltje omkeren. Ik wil ook proberen gratis naar het vliegveld te gaan. Hij vertelde overigens dat zowel mevrouw Hartini Sukarno als mevrouw Hatta, dus de beide weduwen van de stichters van de republiek, vlot zaken doen met mevrouw Tien Suharto en zelfs met haar bevriend zijn. Ik kwam onlangs voorbij mevrouw Hartini's huis. De nieuwbouw die ernaast is gekomen, lijkt inderdaad op een paleis. Dat geschenk nam zij dus aan van de moordenaar van Bung Karno. Treurig. Zaterdag ging Megawati Sukarnoputri met generaal Suhario en diens dochter, Sudirjo, die voor Mega werkt, winkelen. Mega kocht een ring met een zwarte parel voor een bedrag van 1.700.000 roepia's. Haar man Taufik geeft haar veel geld. Mega had tegen Pak Hario gezegd dit gewoon te vinden, ‘want hij kan goede zakendoen omdat hij met mij is getrouwd.’ | |
17 februari 1995Gisteravond liep ik bij Hotel Borobudur tegen Achmad Mustakim aan. Ik zag aan zijn gezicht dat hij uit Midden-Java kwam, dus mijn favoriet. Hij gaf zijn kaartje van Bank Dwipa. Ik moest hem maandag bellen om een afspraak te maken. Ik heb ver gewandeld en kwam langs de Amerikaanse ambassade, welke op een fort leek. Een zwarte jeep met twee jongens met lang haar, verminderden vaart en riepen: ‘You want a lift?’ Ik probeerde net een taxi te vinden dus dat kwam me goed uit. Ik zei dat ik wel een lift wilde, waarop zij ‘fuck you’ zeiden en doorreden. Zij reden helemaal terug om de stunt te herhalen. Ik negeerde ze verder. Later heb ik een freelance taxi motorrijder kunnen charteren om me voor een klein bedrag terug | |
[pagina 40]
| |
naar Kalibata te rijden. Zeventig jaar en achter op een motor, om half drie 's nachts. Ook Suharto kwam voorbij onder maximum beveiliging. Hij was kennelijk naar de grote (door Bung Karno) gebouwde moskee geweest. Het is om kotsmisselijk van te worden hoe de hele pers dag in dag uit foto's afdrukt van elk uitstapje van deze mijnheer. Over wat hij werkelijk al jarenlang achter de schermen uitvreet, krijgt niemand ooit wat te horen. Vanmorgen constateerde ik, dat ik vanaf pagina 259 alles moet herschrijven. Ik moet zorgen dat ik niet te drammerig word. Later ontmoette ik Sukmawati, die zei via broer Guruh en vrienden van Bung Karno een bijdrage voor mijn werk aan het boek te hebben ingezameld, en gaf me een enveloppe met 400.000 roepia (400 gulden), voor mij hier een fortuin. Zij had ook al een ticket naar Solo voor me gekocht. Ik vertelde dat generaal Suhario dit ook al had aangeboden waarop zij het ticket annuleerde. Na een gezellige lunch reden we naar het huis van oud-ambassadeur Manai Sofian. Hij was van 1964 tot 1967 duta besar in Moskou. Advocaat Arjoso schijnt ook zijn boek te hebben uitgebracht. Ik vertelde Sofian over het verdwijnen van mijn dagboek. Hij zei iets soortgelijks eens meegemaakt te hebben toen hij op een seminar was en zijn hele koffertje met belangrijke documenten ‘verdween’. Ik heb die jongens nooit meer teruggezien. Het waren vast ook geen homo's. Na dit bezoekje wilde Sukma naar winkelcentrum Metro. Ik keek mijn ogen uit. Iets dergelijks hebben we in Nederland niet. In Zuid-Afrika is bijvoorbeeld Sandton nog luxueuzer, maar ik wist niet dat dit ook in Djakarta bestond. Sukma zei me te willen verwennen en stond erop dat ik een paar schoenen uitzocht en drie poloshirts. Het geneerde me een beetje, maar ik heb er inderdaad zelf geen geld voor. We aten er ook ijs en pizza. Toen reed ze me rond door het gebied waar de rijken wonen. Keek mijn ogen uit. De architectuur was echt fantasierijk, pendopo-achtig en mooi. Ik sprak in de auto openlijk met Sukma, ook over homoseksualiteit. Ze vertelde dat seks tussen mannen steeds populairder werd in Djakarta. Ik zei nog tegen Sukma dat als Bapak zijn socialistische nasakom-kabinet had gerealiseerd, Indonesië vandaag de dag niet zou zijn geweest zoals het nu is. En toch, China lijkt zich nu ook op de manier van Indonesië te ontwikkelen. | |
[pagina 41]
| |
18 februari 199507:30 uur, vliegveld Sukarno HattaAlles liep prima vanochtend. Joesoef wilde me om 06:00 uur wakker maken, maar ik had al gedoucht en ontbeten. Ik ben nu veel te vroeg op het vliegveld. Ambassadeur Sofian had me een werkstuk van de Amerikaan Dale Scott gegeven, wat buitengewoon interessant is. Hij stelt dat Suharto al voor de coup van 1965 in contact stond met professor Guy Pauker van de Rand Corporation in Stanford, de cia-denktank. De Amerikanen, die Nasution toch een te zwakke broeder vonden, zochten een echte houwdegen die er tegenaan zou gaan. Dat was Suharto dus. Ik herinner me nog hoe ik Pauker in l957 op een reis door Oost-Indonesië aan Bung Karno heb voorgesteld. In 1970 heb ik hem gefilmd voor de nos samen met ambassadeur Robert Komer in California. Allebei boeven, maar dat had ik toen nog onvoldoende door. Dale Scott toont helder aan hoe Suharto zich al lang voor 1 oktober 1965 met coupplannen bezighield. Voor mij bewijst dit andermaal het belang van de rol van de toenmalige militaire attaché in Washington, mijn toen nog goede vriend kolonel Sutikno Lukitodisastro, de latere rechterhand van Suharto. Voor het Lebaran-feest zijn 53.000 koeien en waterbuffels geslacht. Dan lijken de miljoen kalkoenen voor Thanksgiving minder ingrijpend. Het Cambodjaanse leger knokt nog steeds tegen de Rode Khmer. Henry Kissinger, die met Nixon alle ellende in Cambodja en Laos is begonnen, ligt er uiteraard niet wakker van. Hij strijkt nog altijd 150.000 dollar per kletspraatje op, en wordt met veel strijkages ontvangen op Huis ten Bosch. | |
Vlucht 402 naar SoloHoe dankbaar ben ik voor deze trip! Ik blijf van de ene verbazing in de andere vallen over wat de inlanders van weleer allemaal in een halve eeuw tot stand brachten. | |
SoloWerd op Adisumarmo afgehaald door Diarto, Pak Wandowo en twee jongeren van de groep voor wie ik een lezing over Bung Karno zal geven. We reden eerst naar het huis van Wandowo om de ruimte waar ik zal spreken te bezichtigen. Er zullen 40 vertegenwoordigers van zeven districten in de regio komen, allemaal aanhangers van Bung Karno en pdi (Megawati). Ook uit Klaten komt een afvaardiging van vijf personen. | |
[pagina 42]
| |
Men had een kamer gereserveerd in Hotel Chakra. Heerlijke kamer met airconditioning, voor 135.000 roepia, want ik kreeg korting als journalist. Ik heb meteen naar een tukan pitjit (masseur) gevraagd. Hij bleek blind te zijn, maar wist van wanten. Heerlijk die vingers. Solo is een gat. Het ruikt hier naar het oude Java, zoals ik me dit uit de jaren vijftig herinner. Een wereld van verschil met Djakarta. En wat hier rondloopt, de gezichten, de lijven, niet te geloven. Ik heb toch een aangeboren zwak voor Javanen, vooral wanneer zij klassieke trekken hebben. Ik kom niet toe aan schrijven aan mijn manuscript. Hoeveel tijd zou ik nog hebben om alles te doen wat ik zou willen doen, zoals mijn dagboek tot de laatste dag zelf bewerken? De lezing vanavond was een ramp. Diarto is een tolk die meent alles wat ik zeg meteen te begrijpen, en er vanuit gaat dat de 35 aanwezigen van hem een nadere verklaringen nodig hebben. Ik pikte dus onmiddellijk de blikken van onbegrip op bij het publiek dat er hierdoor geen touw meer aan vast kon knopen. Nog maar weinig jonge mensen begrijpen of spreken nog Nederlands. Hoe kan ik nu genuanceerd over de Raad van Generaals in 1965 spreken of de zaak Werner Verrips behandelen, als de vertaling niet correct is, en de toelichting verwarrend? Ik raakte zeer geïrriteerd. Een jongeman stond op en bood aan de vertaling van Diarto over te nemen. Hij redde de avond. Tegen het einde van de bijeenkomst om 21:30 uur vroeg een student: ‘Wat kunnen we tegen Suharto doen?’ Ik antwoordde: ‘Niets.’ Dat bevredigde hem niet. Ik zei toen: ‘Als in Djakarta de beurs inzakt, zoals laatst in Mexico toen Clinton met 40 miljard moest bijspringen, en Clinton vindt geen 40 miljard om Djakarta bij te springen, dan stort het financiële kaartenhuis van Suharto eindelijk in en zullen de mensen de straat opgaan. Dan is er geen houden meer aan, en zal hij verdwijnen. Een nieuwe coup van jonge legerofficieren lijkt me uitgesloten, want Suharto houdt ze zoet met geld.’ De voorzitter brak daarop de bijeenkomst af. De voorzitter en de helft van de aanwezigen verlieten de zaal vervolgens zonder te groeten of me te bedanken. Pak Wandowo zei later dat dit was ‘omdat de vragen uit het publiek te ver gingen.’ Publiekelijk over de val van Suharto filosoferen, kan nog niet. Zelfs niet onder genodigden, in een besloten gezelschap. Met enkele studenten sprak ik nog wat na. Ik heb vanavond in ieder geval geleerd dat er zonder behoorlijke tolk niets te beginnen is in Indonesië. En nu het echte hoogtepunt van de avond. Ik had uit Hotel Chakra een bedjak naar het huis van Wandowo genomen. Op | |
[pagina 43]
| |
een laan kwam er van de andere kant een brommer met een jongen, in jeans en een gezicht! Ik viel zowat flauw. Even later, hij was blijkbaar omgekeerd, reed hij langszij. We stopten. Hij was negentien en studeerde. Hij had uitgesproken klassieke Javaanse trekken. Hij heette Priyanto, hoe kon het anders. Ik zei in kamer 106 in Chakra te logeren en tegen 23:00 uur terug te zullen zijn. Bij terugkeer op mijn hotelkamer was ik nog boos over de mislukte avond, nam een warme douche en plofte in bed. Om middernacht werd ik wakker door een klop op mijn deur. Hemeltje, daar was mijn Javaanse beauty. Eerst zat hij enige tijd in een kaki korte broek met een wit slobber hemd op de rand van mijn bed. Hij deed zijn hemd uit, en een droom werd werkelijkheid. Hij kroop bij me in bed met zijn broek nog aan. Toen ik zijn riem los maakte fluisterde hij: ‘I am maluGa naar voetnoot36.’ De nacht werd de hemel op aarde. Bij het krieken van de dag lagen we te praten. Zijn vader was overleden. Hij woont bij zijn moeder. Hij had model gestaan voor een kalender. En net als Wouter Kok, had hij tot dusverre alleen met zijn broertjes samen geslapen. Hij vroeg 20.000 roepia voor een taxi, omdat zijn huis ver weg was. Ik was even woedend, en zei nee.Ga naar voetnoot37 | |
19 februari 1995Diarto kwam me halen voor een rondgang door het paleis van de vorsten van Mangkoenegara in Solo, waar Sukmawati, indertijd als echtgenote van Sujiwakusuma, de negende vorst van Mangkoenegara, had gewoond. Zij kreeg een zoon en een dochter van hem. Ik kocht in het paleis kaarten voor Peter, Hendrik en Eduard. Later hebben we drie uur zitten praten in zijn allerliefste landhuisje aan Kawattan 183, waar ook de dichter Wiji Thukul nog langskwam.Ga naar voetnoot38 Hij had gisteren mijn lezing bijgewoond en had een publicatie van zijn gedichten voor me meegebracht.Ga naar voetnoot39 Ze waren uitgegeven met steun van de Wertheim Stichting in Leiden. Hij had hier vorig jaar een aanmoedigingsprijs voor gekregen. Verbazingwekkend wat Wim Wertheim allemaal doet. | |
[pagina 44]
| |
Wiji vond de bijeenkomst van gisteravond ‘rather romantic and romanticism is sometimes good, but we, pemuda Indonesia, need hope for the future. You did not say anything about Indonesia now.’ ‘What is there to say?’ Ik probeerde uit te leggen dat de Japanners in feite Indonesië bevrijdden - niet Bung Karno - net als Nederland werd bevrijd door de Canadezen en bondgenoten. ‘So without military help there is no way. And inside collapse cannot be expected either, because it's impossible to fight a cia backed army, as long as us does not withdraw support.’ | |
20 februari 1995DjakartaHet is weer zo ver. Er heeft geen film in mijn fotocamera gezeten. Alle foto's die ik dacht te nemen in Solo, zijn er dus niet. Hoe vaak is mij dit nu al overkomen? Sukmawati heeft nu meer hoofdstukken over haar vader gelezen en zei: ‘It's fantastic oom Wim.’ Ik schreef vandaag met de hand twintig nieuwe pagina's. | |
21 februari 1995Ik heb een bijdrage voor de Daily Invisible geschreven: ‘Waarom deed Lubbers wat hij deed?’ Bij het schrijven van mijn manuscript ben ik nu bij de rol van Suharto in 1965. Ik zit te werken en er gebeurde iets absurds. Ik had Rachmaninoff aan staan en plotseling hoorde ik Peters stem mijn naam zeggen. Het was duidelijk alsof hij buiten voor de deur stond. Ik ben zelfs opgestaan om te kijken of er iemand was. Als er maar niets met hem aan de hand is. | |
22 februari 1995Ben nu op pagina 291. Ik denk dat het schrijven voorspoedig verloopt, toch maak ik me zorgen over de afwerking van het manuscript naar boek, waar ik na mijn vertrek geen zicht meer op heb. Ze kunnen doen wat ze willen, en dat vind ik eigenlijk maar niets. De nobele voornemens ten spijt, mijn boek zal ondergronds gaan. Ik ben niet in staat de waarheid te verdraaien of gebeurtenissen weg te laten alleen maar om de test van bakin door te komen. Ik heb eindelijk doorgezet en Lubbers geschreven of hij niet achter de schermen druk uit kan oefenen voor mijn zaak. | |
[pagina 45]
| |
22:45 uur, taxiIk had een buitengewoon leuke avond bij Sujono Sosrodarsono en zijn vrouw Astid Suwandi. Sujono is minister voor Irrigatiewerken geweest en kreeg bij zijn afscheid een boomstronk van enkele meters in het vierkant, helemaal bewerkt als houtsnijwerk. Zij staan op het standpunt dat Sukarno de onmisbare natiebouwer was, maar Suharto net zo hard nodig was om Indonesië in 1965 uit de enorme inflatie te trekken. Daar zit op het eerste gezicht iets in. In werkelijkheid is de Amerikanisering van een corrupte Indonesische bovenlaag voor het land en de Indonesische massa een ramp. Ik ben onderweg naar huis nog even bij Joesoef Isak gestopt. Hij had een lichte hartaanval gehad. Jezus, nu dat weer. Hij werkte te hard. Ik maak me zorgen, want ik vond al dat hij er ongezond uitzag. Maar zijn vrouw zegt dat hij kerngezond is, maar wel moet rusten. Joesoef speelde de laatste tijd kiekeboe omdat hij natuurlijk weet dat Arjoso mij in de maling blijft nemen. | |
23 februari 1995Greg Louganis (34) Olympisch kampioen schoonspringen, heeft bekendgemaakt hiv-positief te zijn. Een absolute schoonheid. Wat zonde. Le Monde meldde dat 30 cia-agenten bezig zijn geweest met industriële spionage in Frankrijk, waarbij zelfs ministers werden benaderd, die uiteindelijk alarm sloegen. In plaats van de cia op te heffen, zoeken ze naarstig naar nieuw werk nu de ussr is overleden. cia-agenten pasten omkooppraktijken toe bij Franse luchtvaartindustrie. Ik belde advocaat Arjoso, die weer 500.000 roepia achterloopt. Het hangt me de keel uit. Ik werk me kapot, ben tegen 12 maart klaar, en heb dan 400 pagina's handgeschreven gereed, voor 350 dollar per week. En zelfs met die fooi, deze heren are dragging their feet. Ik moet constant bedelen, terwijl ik hier op uitnodiging ben en uiteindelijk krijgen ze het manuscript ook nog cadeau. Generaal Suhario is bezorgd, en kon maar 150.000 roepia versieren. Al te goed is buurmans gek. Een dame van Ali Sadikins groep belde. Zij wilde langskomen met belangrijke informatie. Eenmaal hier begon ze allerlei kletspraat te verkondigen over Suharto die eigenlijk een Chinees zou zijn en over haar paranormale krachten waar ze mee in contact stond met Sukarno. Ik heb er een uur over gedaan voor ik haar de deur uit kon werken. Verschrikkelijk. Ik bezocht Boes Suwandi, die gepensioneerd is bij de Pertami- | |
[pagina 46]
| |
na Oil Company. Zijn gezondheid laat te wensen over, wat opmerkelijk is voor de zoon van een arts. Altijd verkeerd geleefd. Hij gaf me een batik slendang als oleh oleh.Ga naar voetnoot40 Eind van de middag ging ik bij Phryne Quist-Twiss Quarles van Ufford langs, waar ook haar moeder, Marlene Quarles momenteel logeerde. De stemming sloeg om op het moment dat haar echtgenoot bankier Jan Quist thuiskwam. Ik blijf van mening dat hij eigenlijk een etter is die je niet kunt vertrouwen. Wat de Kramer-affaire eigenlijk andermaal bevestigde. We hebben vermeden er opnieuw over te spreken. Hij liegt erover. Hij vond pessimisme over de toekomst ‘oudemannenpraat’. Er is permanent gedonder met Indonesisch huispersoneel. Er was ook een discussie over 500 gulden extra om het vliegbiljet van Marlene te verlengen, opdat zij drie dagen langer kon blijven. Ik bood aan naar klm-directeur Frans Gruber te gaan, maar daar wilde Jan absoluut niets van horen. Jan neemt pianolessen, en ik heb zelf ook nog even aan de piano gezeten. Sommige melodieën zitten nog in mijn vingers. Ik zei tegen Jan dat ik het idee had dat Indonesiërs veel gelukkiger waren dan wij. ‘Ja, dat is waar,’ zei hij, maar daar stopte meteen de overeenstemming. | |
21.00 uur, Djalan Ampera, CilandakIk zit in een visrestaurant waar niemand Engels spreekt. Indonesiërs lachen stom als ze met hun figuur geen raad weten. De televisie blèrt islamitische teksten. Er is geen enkele mogelijkheid een schotel te bestellen en te weten wat je dan krijgt. Uiteindelijk heeft een gast me geholpen: nasi met garnalen, want de kip was op. Dit restaurant draait op idioten. Ik had iets te lezen mee moeten nemen, want ik haat het om tijd te verdoen. Guruh heb ik in zes weken niet gezien, Guntur zei vijf weken geleden dat ik moest komen eten, Arjoso speelt foetsie, Abdulgani belde nooit terug en ook Pamoe bleef stil. Soms vraag ik me af wat ik hier eigenlijk doe. Ik zou terug moeten kunnen gaan naar mijn dagboeken. Ik kwam thuis om 22.30 uur achterop een motorfietsje. | |
[pagina 47]
| |
mijn visum aan, als afleidingsmanoeuvre, maar ik zal het zelfs niet tegen Sukma zeggen. Niemand zal het weten, ik ga gewoon. Ik kan mijn geluk niet afdwingen, want ze zijn tot alles in staat. Ik heb de klm gebeld om een ticket te reserveren, maar er waren nog maar drie stoelen beschikbaar. Misschien moet dan ik toch tot het bittere einde blijven en het risico nemen. Waarschijnlijk ben ik voor 13 maart klaar met mijn boek. Ik heb dan 400 a-viertjes in acht weken tijd met de hand geschreven, dat is een boek van 280 pagina's. Het is afschuwelijk weer. | |
25 februari 1995Ik kan er niet omheen. Hoe kan ik over de jaren 1965 en 1966 schrijven zonder Suharto faliekant de grond in te boren? Ik moet het Alatas vertellen, maar pas nadat ik vertrokken ben. Greg Louganis heeft zes jaar een stormachtige relatie gehad met een zekere Tom. Deze kerel heeft hem in 1983 onder bedreiging met een mes verkracht. In 1989 heeft hij pas een rechter gevraagd om de man te verbieden in zijn buurt te komen, maar toen was het dus te laat. Intussen had hij al aids van hem opgelopen. Die Tom is volgens Newsweek reeds in 1990 aan aids overleden.Ga naar voetnoot41 Zonde van Greg. But for aids it takes two to tango. Stel je voor dat je zes jaar bij een jongen blijft die je met een mes in je nek heeft verkracht? | |
16:15 uur, Coffeshop ExelsoZijn naam was Sam, Menadonees, hij ging net weg uit de sportschool van Hotel Indonesia. Prachtige gladde huid, getrouwd en kinderen, maar hij werd wild van een pik, in dit geval die van mij. We reden naar een amusementshal ergens bij Kemayoran, maar wie wil er nu 5.000 roepia betalen voor troep als dat? Dus we reden naar mijn plekje, het Banteng plein, waar hij me dolgraag wilde aftrekken zodat ik het nergens anders zou lozen. Ik voelde niets voor een vluggertje in de auto en zei hem morgen naar Kalibata te komen. | |
19:30 uur, HyattIk twijfel om terug naar Banteng Square te gaan. Als je tippelt kom je niets van je gading tegen, maar als je er niet eens aan denkt, loop je de lekkerste ventjes tegen het lijf. Zal ik een artikel schrijven voor de Gay Krant: ‘Tippelen in Djakarta’? Dit is momenteel een zalig land aangezien het de luxe van Be- | |
[pagina 48]
| |
verly Hills heeft, de vrijheid van het Westen kent en het een paradijs is voor oudere, blanke mannen omdat het er maar een paar zijn. Dat is waar Jef Last het over had. De luxe van Djakarta is in Nederland helemaal niet te vinden. Alles is in het groot hier. Indonesië verandert in een Aziatische supermacht. Nederland zou moeten overwegen een provincie van Indonesië te worden - als het Europese verkoopkantoor. En misschien zal er wat van de Indonesische rijkdom op ons, onontwikkelde Europeanen, overgaan. Sluit Pronk! Ik vertelde deze gedachte later aan Joesoef Isak, die meteen reageerde met: ‘Yes, als 28ste provincie, Oost-Timor is nummer 27.’Ga naar voetnoot42 | |
26 februari 1995Arjoso belde. Vanavond is er een diner bij Megawati. Het zal me benieuwen. Misschien heeft Megawati de hoofdstukken die gereed zijn gelezen. Peter belde om te bedanken voor de stapel Gay Kranten. Ik deed uit de doeken, hoe een taxichauffeur, die niet te houden was geweest, vannacht bij me had geslapen. Hij moest erom lachen. Hij vertelde dat de chaos in Zuid-Afrika met de dag toenam. De politie staakt en het leger schiet nu op de politie. Gigantische scène. Arjoso kwam om 18:00 uur naar Guruh's huis. Ik wist dat het uiteindelijk zou gebeuren met deze glibberige boef. Hij had deze keer twee jongens als chauffeur. Arjoso en ik gingen achterin zitten. We kwamen bijna meteen op het onderwerp dat hij 500.000 roepie achter is. Hij wilde naar Joesoef om alles te bespreken. ‘Er is niets te bespreken. U hebt voor 3.500 dollar getekend, en u moet afrekenen,’ zei ik, en ik duwde hem een kopie van de door hem voor akkoord ondertekende tekst met afspraken van 6 februari onder zijn neus. ‘Ik wil niet met Isak praten. Ik zal Megawati vanavond inlichten dat u uw verplichtingen niet nakomt.’ Dat maakte de man razend. Ik vroeg om me weer terug te brengen naar het huis van Guruh. Dat weigerde hij. ‘Then stop the car, I will walk home,’ zei ik, en dat is wat gebeurde. Ik vergat | |
[pagina 49]
| |
echter mijn schoudertas met de huissleutel, die ik in zijn auto liet liggen. Ik nam een taxi naar Joesoef Isak, maar daar was hij niet. Joesoef liet een boodschap achter bij Mega, en Sukma belde vrijwel meteen terug. Joesoef legde de hele situatie uit, inclusief dat ik geen sleutel had, maar ook dat Arjoso het geld van onze getekende overeenkomst niet betaalde. Dat is dus linea recta aan Megawati doorgegeven. We belden Guruh om de reservesleutel te krijgen, hij was er gelukkig. Joesoef en ik namen een taxi om de reservesleutel bij Guruh op te halen. Daarop bood Joesoef een hapje aan in het winkelcentrum van het Hyatt. Maar toen hij zei: ‘Only Suharto could create the progress Indonesia has known, not Sukarno, not Hatta, not Sjahrir, because for this you have to have a guy without a conscience,’ dacht ik: wat moet ik ook met Isak beginnen? Hij vertelde ook dat de dichter Rendra mooie stukken schreef, maar van politiek niets begreep. Rendra had enkele weken geleden op een symposium zelfs gezegd dat Bung Karno het Pancasila-beginsel had verraden. En ik ben nog wel bij die dichter op bezoek geweest! Joesoef Isak zei dat er inmiddels achttien hoofdstukken waren vertaald. Hij veronderstelde dat Megawati ze had, maar ik vertrouw geen mens meer op deze vergiftigde plek. Als Arjoso mijn tas terugbrengt, zal ik hem met een brief confronteren waarin ik de toestemming mijn boek uit te geven intrek. Ik wil niets meer met die man te maken hebben. In het Hyatt kwam een jongen achter me aan die na zijn werk naar me toe wilde komen, maar hij wilde geld hebben. Hij stopte direct toen ik daar negatief op reageerde en liep weg. Er loopt hier heel wat lekkers rond, maar ik ben te zeer van slag over het gedonder met Arjoso om erop in te gaan. Ik ga gewoon een vlucht boeken en zal Sukma zeggen dat ik vertrek, want er is niets opgelost. En dat gaat nu al zes weken zo. | |
27 februari 1995Ik belde Arjoso en zei: ‘If I do not have my bag and possessions back within an hour, I go to the police.’ ‘What did you say?’ antwoordde hij, waarop ik herhaalde wat ik zei. ‘Do not threaten me,’ zei hij. ‘That is what I just did,’ zei ik en hing op. Ik heb van die man schoon genoeg. Op die manier komt er geen boek. Fuck them all, inclusief de idioten die deze boef hun kring binnen lieten komen. Wat doet Sukma met die man? Op | |
[pagina 50]
| |
Mega's verjaardagGa naar voetnoot43 vertelde ik haar man Taufik al dat ik wilde dat hij erbij betrokken was in plaats van Arjoso, maar hij hield zich toen op de vlakte. Moet ik nu Taufik opnieuw proberen in te schakelen, zoals Joesoef wil? De vrouw van Joesoef Isak zei toen ik hem belde dat hij naar de tandarts was. Ze vond alles erg grappig en zat stom te lachen aan de telefoon. Dat is de Indonesische manier. Om razend van te worden. Generaal Suhario kwam als een reddende engel een enveloppe met 150.000 roepia brengen. Hij noemde Arjoso opnieuw ‘a fortune hunter’ en het leek hem ook beter als ik steun bij de man van Megawati, Taufik Kiemas, zou zoeken om het boek uitgegeven te krijgen. Taufik schijnt trouwens betrekkingen te onderhouden met de geheime dienst van Suharto. Ik vroeg Suhario of hij dacht dat de inlichtingendiensten me in de val probeerden te lokken. ‘Schrijf maar gerust verder,’ zei hij. ‘Ze hebben geen geld om jou achter de vodden te zitten.’ Ik heb Joesoef precies geschreven hoe het ervoor staat. Ik heb steeds minder zin om het boek af te maken. I delivered the goods en wat doen zij, die me uitnodigden en een ticket zonden? Ik heb slechts een minimum aan compensatie voor mijn werk en tijd gevraagd. Dat is de ‘progress’ in Indonesië waar Joesoef Isak blijkbaar op doelde, namelijk dat iedereen elkaar bedondert bij het leven. Trouwens met uitzondering van Sukmawati en Kartika, behandelt de Sukarno-familie mij ook niet bepaald als vriend van de stamvader. Guruh is in zes weken niet een keertje op bezoek geweest in zijn eigen (tweede) huis. Ik heb dit in de woedende brief aan Isak duidelijk gemaakt. Nog laat liet Joesoef me zijn antwoord bezorgen. Nu staat alles dus stop. De impasse rond mijn Bung Karno-manuscript is totaal. Het was misschien ook idioot aan te bieden voor niets een paar maanden te werken. Dat hij zich de kritiek in mijn brief op de vrolijkheid van zijn vrouw en zijn kiekeboe-spelen zo aantrekt, is omdat het de waarheid is. Maar Joesoef en ik hebben eigenlijk geen problemen met elkaar, het zijn de boeven eromheen die voor moeilijkheden zorgen. Ik kijk op tv naar een debat met Jean-Marie Le Pen in Parijs. Die man is net zo gevat als de Vlaming Filip Dewinter. Hoe komt het dat wij geen volwaardige rechtse politicus met hersenen hebben? De interviewer laat zich weer verschrikkelijk in de kaart kijken. Het lijkt nergens op. Plutonium, schoon water en milieu hebben geen moer met links of rechts te maken. Le | |
[pagina 51]
| |
Pen zegt dat dit de eerste keer is dat hij een serieus televisiegesprek van enige lengte heeft. | |
28 februari 1995Na een afschuwelijke nacht overlegde ik telefonisch met generaal Suhario. Hij moest erg om alle perikelen lachen en adviseerde onmiddellijk naar Joesoef thuis te gaan. Dit heb ik gedaan. Joesoef ontving me voor het eerst in zijn rommelige schrijfkamer. We hadden een prima gesprek. De brief van gisteravond kon ik als vervallen beschouwen, en ook hij adviseerde om Arjoso als een baksteen te laten vallen, en Taufik Kiemas als financier achter de schermen te vragen. We spraken af dat Suhario en ik met Taufik gaan praten. Hij vindt het diep treurig dat de familie van Bung Karno zich gereserveerd opstelt ten aanzien van de ex-Tapols, de gevangenen van Suharto, die soms meer dan tien jaar op het eiland Buru werden vastgezet als Sukarnisten. Ik heb ook niet zo'n hoge pet meer op van de Sukarno-familie, inbegrepen de dames Hartini en Dewi Sukarno. Ik zei dat Pak Hario had gezegd dat de Sukarno's moed nodig hadden. Joesoef reageerde: ‘Dat is wat Aidit nog in een van zijn laatste redevoeringen heeft benadrukt: Branie, branie en nog eens branie.’Ga naar voetnoot44 Taufik schijnt trouwens Arjoso al gezegd te hebben 500 Bung Karno-boeken te willen kopen. Dat zal hij nooit doen zodra hij doorheeft wat ik echt geschreven heb. Suharto heeft weer een boek van Pramudya Ananta Toer laten verbieden, dus je kan er de klok op gelijkzetten dat het boek wat ik aan het schrijven ben, alleen ondergronds kan verschijnen. Ik kijk om 01.00 uur naar een live televisieshow vanuit Mekka. Waar honderdduizenden totaal-‘gelovigen’ om de zwarte ‘doos’ in het midden van het plein rondlopen. Het is een absoluut angstaanjagende affaire. Freud is hier onbekend. Het is heel griezelig en heeft niets met deze tijd te maken. Waarom is Mekka zoveel griezeliger dan het Sint Pietersplein in Rome? | |
1 maart 1995Nick Leeson (29) heeft kans gezien met verliesgevende transacties de beroemde Barings Bank naar de bliksem te helpen. De voorpagina van de International Herald Tribune is geheel aan de boy gewijd, een aardige lefgozer trouwens. Hoe krijgt hij het voor elkaar. De hele bankwereld trilt en houdt de adem in. | |
[pagina 52]
| |
Veel heisa in Nederland omdat een ‘grootheid’ onverwachts op 14 februari is overleden, Ischa Meijer (52). Oud-rechter Asscher schreef in nrc Handelsblad dat hij zo'n ‘goed’ (dat woord betekent niets) interviewer was. Henk van Gelder roemt hem in dezelfde krant als ‘geestig, spits en ontwapenend’. Ik ben altijd met een boog om hem heen gelopen - ook al deed hij soms aardige dingen, dat heb ik hem ook gezegd, maar wie niet - voor mij was hij onacceptabel na het boekje over zijn moeder.Ga naar voetnoot45 Beatrix komt dus definitief in augustus dit regime met haar koninklijke status prestige verlenen. Op het omslag van Tiras staan de heren die met Suharto de dienst uitmaken en als gastheren voor Beatrix en Claus zullen optreden. Het zijn geüniformeerde gangsters. Ik zou tientallen pagina's dagboek meer nodig hebben om een begin te maken met de vele knipsels in mijn dagboek hier weer te geven over de walgelijke toestanden, zoals de drek die een andere amice van Suharto, Bob Hasan, om zich heen verspreidt. Boes Suwandi had hem nog gekend toen hij drie hoog achter in Amsterdam woonde. Hij papte met Suharto aan, is nu miljardair en kapt het eiland Kalimantan kaal. Het mankeert er nog aan dat hij Beatrix een handje mag komen geven. Oud-minister Sujono vroeg naar aanleiding van mijn bezoek bij hem thuis, of hij me mocht spreken. Ik ontmoette hem in Hotel Indonesia. In verband met mijn Bung Karno-boek, en na zijn vrienden te hebben geraadpleegd, vroeg hij me om niet te schrijven over de rol van de cia bij de coup van 1965. The New York Times en andere vooraanstaande publicaties in de wereldpers berichtten hier al jaren over, maar in Indonesië heeft de militaire censuur veel van deze duistere kant van de Suharto-coup uit de media heeft weten te houden. Ik luisterde dan ook verbaasd naar zijn betoog. Sujono zei: ‘We hebben een bloedbad gehad met de Hollanders. Bij het aftreden van Bung Karno heeft een tweede bloedbad plaats gevonden.’ ‘Ja, op verzoek van de cia en na het hoogverraad van je vriend Suharto,’ zei ik. ‘Ja, maar we willen niet als Suharto vertrekt voor de derde keer een bloedbad hebben.’ Hij paaide me eerst door Bung Karno een genie te noemen en te benadrukken dat Suharto niets wist over politiek, internationale zaken, literatuur en filosofie, maar Suharto was een grootmeester in het denken en de mystiek van Midden-Java. ‘Su- | |
[pagina 53]
| |
harto is even puur Javaans als Bung Karno was,’ aldus Sujono. Ik antwoordde dat ik in oktober 1966, toen ik generaal Suharto voor de nos filmde in zijn huis aan Jalan Tjendana 8, er heilig van overtuigd was te maken te hebben met een man, zoals Sujono omschreef: ‘a typical central Java guy, a favorite of mine.’ Pas nadat ik vele jaren later ontdekte dat deze generaal niet alleen Bung Karno in totale isolatie had geplaatst om hem ‘als een bloem zonder water’ te laten doodgaan, maar ook een bloedbad onder diens aanhangers had aangericht, zag ik de ware aard van die man. Wat ik niet tegen de Javaan Sujono zei, was dat ik steeds meer tot de overtuiging ben gekomen dat Javanen een andere, duistere kant hebben die hen in moordmachines kan laten veranderen. Daar waarschuwde Martin Portier me vroeger wel eens voor. Die uitspraak lijkt op waarheid te berusten. Wanneer mevrouw Hartini deze Suharto als ‘een lieve man’ omschrijft - en Suharto zou zich in de jaren 1965-1966 niet als een bloeddorstige gek hebben gemanifesteerd - zou ik er wellicht vandaag de dag nog intrappen. Maar na de bewijzen dat hij via die andere Javaanse aanleg uit Midden-Java na Pol Pot de grootste massamoordenaar in de geschiedenis van Zuidoost-Azië is geworden, moet hij wat mij betreft als oorlogsmisdadiger terechtstaan. Sujono beweerde in verschillende toonaarden dat een boek dat Suharto met de cia in verband zou brengen, een derde massaal bloedbad in Indonesië zou kunnen veroorzaken. Hij was hier zeer nadrukkelijk over. Hij gaf trouwens toe dat Suharto voor het bloedbad verantwoordelijk was geweest, maar liet er meteen een smoesje op volgen: ‘Misschien had hij zelf de zaak ook niet helemaal in de hand.’ Als oudgediende van Suharto probeerde hij hem nog steeds vrij te pleiten, maar dan moet hij bij mij vroeger opstaan. Nooit eerder realiseerde ik mij dat het brede publiek in dit land de gegevens over de cia-relatie met de gebeurtenissen van 1965 nooit onder ogen heeft gehad. Bovendien vond ik het een vrij bespottelijke stelling dat mijn boek een revolutie zou kunnen ontketenen. Minister Mohammed Saïd Al-Sahaf van Irak had een gesprek met president Suharto, die toezegde niet langer mee te zullen doen aan de blokkade tegen Irak. Dat vind ik dus prima van Suharto. Dat is die andere kant van deze Javaan. Het zal hem in Washington niet in dank worden afgenomen. Ik ga vrijdag niet naar de bijeenkomst vanwege Lebaran voor Sukarno, want in mijn woordenboek gebruik je geen sociale bijeenkomst om zaken te doen. Ik laat die methodes over aan de Indonesiërs. Ik ga helemaal niet. Bovendien speelt Sukma | |
[pagina 54]
| |
foetsie. Ik bel haar sinds zondag iedere dag, maar ze belt niet terug. Dus ik laat haar vrijdag voor niets komen. Pak Hario belde en vertelde dat zijn dochter, Tarto Sudirjo die de naaste medewerkster van Megawati is, hem had gezegd dat Arjoso allesbehalve zuiver is als het geldzaken betreft. De generaal heeft een afspraak via haar met Megawati gemaakt, en morgenochtend zullen we bespreken of Taufik de resterende 1.750 dollar van het boekproject zal overnemen. | |
2 maart 199516:00 uurDat was me de ochtend wel. Pak Hario was hier om 06:45 uur en we gingen om 07:30 uur Joesoef ophalen, maar hij sliep nog. Tarto's zoon reed ons naar Megawati's huis waar we iets te vroeg aankwamen. Taufik kwam ons even groeten, maar moest weg. Megawati liet zich om 08:50 uur zien en kwam meteen ter zake. Ze zei meteen dat Taufik het project van Arjoso gaat overnemen en wilde weten wat de bedragen waren die ik nog miste. Ik zei 500.000 roepia en 1.750 Amerikaanse dollar. Zij ging naar boven en kwam terug met 500.000 roepia en 1.400 dollar in contanten en vroeg mij te tekenen dat ik het had ontvangen. Het zou me niet verbazen als dit afgesproken was met Arjoso zelf. In dit land tellen regels of principes niet mee. Ook vroeg ik me af of zij het echt ter ere van mijn authentieke herinnering aan haar vader deed, of om er vanaf te zijn. Haar houding leek meer op het laatste te wijzen. Toen de kwestie afgehandeld was - ik voelde me buitengewoon opgelucht -, wilden Pak Hario en ik weer vertrekken, maar Mega zei dat ze deze zaterdagochtend eigenlijk niets om handen had. Er ontspon zich een langdurig gesprek. ‘I am sure,’ zei ze, ‘that Suharto hates me.’ Ik vroeg haar of het waar was dat de familie Sukarno de voormalige gevangenen van Suharto (Tapols) op een afstand hield. Ze zei dat de familie voorzichtig moest zijn omdat Suharto deze Sukarno-aanhangers voor hetzelfde geld weer in de gevangenis kon gooien en neerschieten. Ze zei het niet zo sterk, maar het kwam er wel op neer. Ze vroeg me waarom ik zo close was met Sukarno. Ik antwoordde haar dat Emile van Konijnenburg en ik zo hecht met hem waren omdat wij vrijuit spraken, net als hij. Alleen had ik niets van Sukarno nodig, terwijl Van Konijnenburg desondanks probeerde luchtvaartcontracten binnen te slepen. Ik heb niet het idee dat mijn antwoord haar overtuigde. Daarop, als klap op de vuurpijl, vertelde zij al in de jaren vijftig | |
[pagina 55]
| |
te hebben gehoord dat ik een cia-agent was. Generaal Suhario, zelf een voormalige inlichtingendienstenofficier, viel in en zei dat de cia geen onafhankelijke geesten kon gebruiken. Bovendien zei hij dat ik dan vast niet zo vaak naar Moskou had kunnen reizen. Ik was met stomheid geslagen en zei niets. Ik vroeg me ernstig af op welk niveau het verstand van deze dame opereert. Zij is een housewife. Zij respecteert haar vader niet, want ze wist dat wij vrienden waren. Waar ziet zij Bung Karno voor aan? Misschien omdat zij geen reactie van me kreeg, was haar volgende opmerking: ‘But why did you get after all these years all of a sudden permission to come to Jakarta?’ Alsof dit haar eerdere stelling, dat ik een cia-agent was, alleen maar nog meer onderstreepte. Ik antwoordde dat premier Lubbers mij vorig jaar had meegenomen op zijn bezoek aan Suharto, en dat ik vermoedde dat hij dit ook in overleg met Beatrix had gedaan, omdat ook zij zich met mijn zaak tegen de staat bemoeit. ‘I urgently asked her to help me,’ zei ik. Ik dacht intussen: zou ze me vorig jaar geen interview hebben gegeven omdat zij eerst een antwoord zocht op deze vragen? Ik wil nu helemaal geen interview meer met haar opnemen. Zij vertelde dat haar vader haar eens een telegram van Bertrand Russell had laten lezen, die waarschuwde dat hij informatie had dat Westerse mogendheden erop uit waren hem af te zetten. Bung Karno stond boven aan de lijst van gehate leiders. In 1967 woonde Megawati nog op het Istana Merdeka, toen haar vader haar had opgebeld met de opdracht: ‘Leave the palace at once and take with you what I gave you.’ Prompt daarop had Suharto de verbinding laten verbreken. Nadat ter sprake kwam dat ik mevrouw Hartini niet meer had willen ontmoeten, nadat zij Suharto had omschreven als ‘een lieve man’ die ik beter niet kon bekritiseren, zei Mega: ‘It was wrong of you to criticize her. She is Bapak's widow and you should have taken that into consideration.’ Ik dacht: mevrouw, denkt u soms dat uw vader het Suharto had vergeven hoogverraad te hebben gepleegd? Hartini spreekt alleen maar aardig over hem omdat zij hoopt er beter van te worden. Sorry, ik doe daar niet aan mee. Megawati was het, aarzelend, wel eens dat haar vader in zijn isolatie gedurende zijn laatste levensjaren erg eenzaam moet zijn geweest. ‘At whose orders was Bung Karno isolated,’ vroeg ik. ‘Only Hartini could visit him once in a while and most of his family never showed up either.’ Ze zei dat ze haar vader eens had gevraagd waarom hij Suharto steeds hogere militaire posities had gegeven. Bung Karno's | |
[pagina 56]
| |
antwoord was: ‘He wanted it.’ Mega voegde eraan toe: ‘He said it in a way as if it was normal that he had been promoted.’ Ik weet niet wat haar vader nog meer hierover heeft gezegd. Gefilterd door de mind van deze dame, neem ik aan dat de informatie onvolledig is. Ik zat naast haar. Zij raakte me soms even aan. Ik deed mijn uiterste best signalen bij haar te ontdekken die me aan haar vader zouden doen denken, zoals bij Guruh wel het geval is en bij Sukmawati helemaal. Soms in haar gezicht, ja, maar Megawati heeft niets van haar vader en kan aan diens intellect, kennis en brein in de verste verte niet tippen. Een zoon van generaal Suhario reed ons terug naar de stad. Het was de eerste ontmoeting van Pak Hario met Megawati en het was duidelijk dat ook hem het niet was meegevallen. We waren het eens dat deze mevrouw de laatste was om ooit in de voetsporen van haar vader te treden. Bij het afscheid gaf ik haar een zoen, die zij niet beantwoordde. Toen ik eenmaal weer thuis was, belde Sukma me. We spraken over de streek die Arjoso me had geleverd waarop ze me onderbrak en zei dat ik zelf had gevraagd de auto te stoppen om uit te stappen. ‘Ja,’ zei ik, ‘omdat hij weigerde me terug naar Guruh's huis te rijden.’ Arjoso heeft dus iedereen zijn verhaal gedaan. | |
3 maart 1995Het einde van Lebaran werd in het holst van de nacht ingeluid met de luidsprekers van de minaretten op volle sterkte. De hele nacht heeft die moslimkakafonie doorgeduurd. Ze zijn echt gek in dit land. Generaal Mursid, mijn oude vriend, was depressief vertelde Mega, en daarom is hij nu van mening dat alleen Allah Suharto mag berechten. In de jaren zeventig, toen hij mij in Amsterdam bezocht, sprak hij andere taal. Toen had Suharto hoogverraad gepleegd. Ook al zei ze: ‘Call me Mega,’ verliet ik de villa met het onmiskenbare gevoel dat ze me wantrouwde. Ik ben vanavond gevraagd om de Lebaran-viering van alle Sukarno's mee te vieren, maar daar ga ik dus niet heen. Sukmawati belde erover op. Eerst was zij vijf dagen onvindbaar en belde niet terug. Nu ben ik gevlogen. Ze komt me straks halen, maar ik zal er niet zijn. Ik ben dit Indonesische gedoe beu. Ik heb haar een brief geschreven, die het personeel haar zal geven.Ga naar voetnoot46 Waarom zou ik me met de familie Sukarno associëren alleen omdat ze | |
[pagina 57]
| |
die naam dragen? Ze zijn geen knip voor de neus waard. Het beste zou ik onder heel het hoofdstuk Indonesië een streep zetten. Ik werk aan mijn manuscript, maar mijn gedachten zijn ergens anders. | |
HyattIk at een steak. Ik denk niet dat het juist is om Alatas voor Lebaran te bezoeken en te vragen mij te helpen met mijn visum. Ik zal morgen de brief wel afleveren. Als ik hier de lobby rondkijk en zie wat er aan energie en totaal overbodige luxe wordt verkwist, vind ik dat walgelijk. Allemaal gebaseerd op na ons de zondvloed. | |
Kamer in Hotel BorobudurIndonesië is een land van afschuwelijke nouveau-riche-proleten geworden. Dat heeft Suharto zeker bereikt. Ze zitten als varkens te eten. Tafelmanieren, ho maar. Zelfs Pak Hario deed gisteren in het huis van zijn dochter bij het binnenkomen meteen een aanval op de potten met noten. Ik heb een voldaan gevoel de familie Sukarno rustig te hebben laten barsten. Op deze manier zijn ze mijn vriendschap niet waard. Ik ben gewoon geschokt door het kruisverhoor van Megawati gisteren. Ik moet een artikel voor Gay Krant zien te produceren. | |
4 maart 1995Vier jongens namen me gisteravond mee in een grote jeep naar een amusement park Jaya Aneol in Tandjung Priok. Er was een jazzconcert aan de gang, Er liepen een paar duizend jonge mensen rond. Wat me opviel was dat Indonesiërs zonder zich te verroeren naar jazz luisteren. Geen enkele beweging met handen, benen of hun lijf, niets. Als zoutpilaren luisteren ze naar Westerse ritmes. Zo luisteren wij naar de Mattheus Passion. Een jongen, Philip, was aantrekkelijk, maar gaf geen sjoege. Zij dropten me tegen middernacht weer bij het Borobudur hotel (waar het altijd heerlijk koel is). Arjoso heeft een brief geschreven over de hele affaire, gericht aan Sukmawati, met kopieën aan Taufik, Joesoef en mij. Ik begrijp er helemaal niets van, want het is volledig in het Indonesisch geschreven. Ik vraag me af wat Joesoef daarover zal zeggen. | |
[pagina 58]
| |
09:40 uurIk ben weer goed aan de gang met het manuscript, en twijfel opnieuw wat ik nu moet doen, een visum aanvragen of toch gewoon weggaan. Le Pen is weer op televisie. Het verbaast me hoe zijn ideeën door zijn vijanden steeds worden vertaald op een manier die nadelig voor hem is. Le Pen heeft het over het verraad van Franse politici op het gebied van immigratie. Hetzelfde is in Nederland aan de hand met idioten als Pronk. Frankrijk heeft zes miljoen werklozen en Le Pen vraagt zich dan ook terecht af waarom er dan nog immigranten binnengelaten worden. Hij heeft gelijk. Het is inderdaad een soort omgekeerd racisme: geen kritiek durven uiten op immigratie om maar niet voor racist uitgemaakt te worden. Sam belde uit Bandoeng. Het loopt hier storm. Ik kan de reflectantjes niet aan. Joesoef zei dat hij de brief van Arjoso niet eens gelezen had. | |
19:30 uurNu is Sam weer op weg hier naartoe. Ik word gek van al die jongens. Toen hij arriveerde was ik niet klaar voor hem en ik wilde niet presteren. Hij kwam bovenop me liggen en kwam bijna meteen klaar. Toen ik hem vertelde over mijn boek en dat bakin mijn telefoon afluisterde, werd hij meteen bang. Hij deed snel zijn schoenen aan en vertrok. Wat een leven heeft een jongen als Sam. Hij had tegen zijn vrouw gezegd dat hij morgen terug zou zijn, zodat hij bij mij kon blijven slapen, maar ik overtuigde hem dat ik geen hormonen meer over had. Dat zijn dan eerbaar getrouwde gehuwde vaders. Ik ben er eerlijker over geweest, zij het in een tweede fase. | |
5 maart 1995De Afro-Aziatische vergevingsgezindheid, zoals Bung Karno ten aanzien van Nederland demonstreerde of Mandela in Pretoria, zou wel eens een gevolg kunnen zijn van een wankel functionerend geheugen. Amerikanen en Nederlanders, die apartheid hebben uitgevonden, haten tot in hun kist. Zoals de rijtjes woorden - die wij op het lyceum uit hoofd moesten kunnen oprammelen - vervagen, zo schijnen heftige ervaringen van tientallen jaren terug in Aziatische hoofden voldoende te vervagen om geleidelijk aan met een dosis mystiek en religiositeit te worden weggepoetst. Zoals bij generaal Mursid. | |
[pagina 59]
| |
15:15 uurHet verzoek voor de verlenging van mijn visum is bij Alatas afgeleverd. Daarna heb ik meteen mijn dagelijkse brief aan Peter geschreven. | |
18:00 uur, taxiIk ontmoette in het Hyatt winkelcentrum de dochter en schoonzoon van Hartini Sukarno. Dat was weer een vingerwijzing Gods, want eindelijk kon ik duidelijk maken hoe haar uitlating dat Suharto ‘een lieve man’ was, mij voor altijd van haar had afgekeerd. De dochter antwoordde dat haar moeder onder stress stond, maar zij vertelde niet waarom. Zij ging ook niet meer uit. Zij was al tweemaal met hartproblemen in het ziekenhuis opgenomen. Mevrouw Hatta had haar met Lebaran bezocht. De dochter vervolgde: ‘Zij wilde u niet kwetsen, maar Suharto is de laatste tijd erg aardig voor haar geweest.’ Ik dacht: ja, ja, hij gaf haar gestolen geld om een paleisje te bouwen. Ik antwoordde: ‘Ik zal nooit een gunst van die man aanvaarden. Suharto heeft Bung Karno letterlijk laten doodtreiteren. Weet zij dat dan niet meer? Zij zat er met haar neus bovenop. Ik houd niet van theater. Zij had hem zelfs nooit meer een hand mogen geven.’ Uiteindelijk zei ik: ‘Ik zal altijd van haar blijven houden, maar ik wil mevrouw Hartini nooit meer ontmoeten.’ En ik dacht: Willem, je bent een echte belanda. Ik kan niet anders, er zijn grenzen. Ik heb tenslotte een echte Hollandse mind. | |
6 maart 1995Ik denk dat er heel wat (hetero) jongens zijn die meedoen om hier weg te komen en in andere landen met een vriend te gaan wonen. Frankie is een half Chinese jongen, die me kwam opzoeken gisterenavond. Absoluut niet voor seks, maar voor vriendschap. Ik schreef Gerrit Jan Wolffensperger: ‘Wist jij dat Nederland zijn ambassade in Bagdad heeft gesloten? Als dat waar is zitten we nog dieper in de zakken van Amerika dan ik al wist.’ Ik zocht op Ibu Ina in haar kantoor. Het lijkt erop dat ik verlenging zal krijgen, maar ze mocht Alatas niet bellen om dat na te vragen. Ze moest wachten tot hij haar belde. Ik heb ook weer 100 dollar naar Peter kunnen sturen. Het geeft me een goed gevoel. Honderd ineens is beter dan twee keer vijftig. Een taxichauffeur drukte op de knop voor de dubbele prijs, dus | |
[pagina 60]
| |
bij 2.000 roepia stapte ik uit, en betaalde het verschuldigde bedrag. Toen sprong ik achterop de motor van een jongen, die me voor 3.500 naar huis reed. Moet toch Peter eens schrijven hoe ik op mijn 70ste achterop motorfietsen spring, die er als hazen vandoorgaan en kriskras door het verkeer manouevreren. Ik geniet er wel van. De tijd is omgevlogen. Zeven weken voorbij, nog drie te gaan. Ik werk me rot, maar heb eigenlijk geen haast. | |
7 maart 1995Ik heb een kaartje gestuurd aan Sjan Poslavsky omdat Lex morgen jarig geweest zou zijn. Arjoso blijft zich in bochten wringen met grote en kleine leugentjes. Nu weer dat ik gezegd zou hebben nooit een cent van hem te hebben ontvangen. Ik hoop hem nooit meer te zien. Ibu Ina liet me weten dat ik morgen om 14:00 uur kan komen. Suharto gaat naar Sarajevo en naar de conferentie in Kopenhagen. Zal ik Alatas vragen of hij Suharto wil vragen of hij me wil ontvangen? Ik heb het al eerder gevraagd, maar ik zal het nog een keer doen. Ik nam Frankie - hij is niet Chinees, maar zijn vader is Menadonees en zijn moeder komt uit Djokdjakarta - vanavond mee naar het feestje bij Jo en Koerwet Kartaadiredja. Hun reactie was erg vreemd. Ik vroeg me af of zij dachten dat Frankie een spion van bakin was. Toen hij zijn handen ging wassen, fluisterde Jo me toe niets in zijn bijzijn te durven zeggen. En dat had Jo van Koerwet zelfs niet tegen me mogen zeggen. Nooit eerder zag ik zo'n uitgesproken voorbeeld van wat een politiestaat Suharto's Indonesië eigenlijk nog altijd is. Men durft niets te zeggen. Frankie vertrok om 23.15 uur. Misschien is hij bang voor me. Wie weet. Het leek opnieuw bezettingstijd. Ik ben het briefje waarop Frankie zijn naam had geschreven kwijt. Vreemd. Als ik iemand vertrouwde was hij het. Hij zei dat hij vrijdag zou komen, maar misschien zie ik hem nooit meer. | |
8 maart 1995Ik ging naar het pitjithuis met de blinde masseur. Zijn ruimte was een rommeltje, maar die man wist wat hij deed. Ik moest hem een aantal keer laten stoppen toen hij me af wilde trekken. Ineens kwam een Chinese jongen uit de cabine ernaast en nam het over. Maar ik wilde niet zomaar seks. Ik liet voor Ibu Ina een foto met Bung Karno achter op het mi- | |
[pagina 61]
| |
nisterie van Buitenlandse Zaken. Het is opnieuw gelukt mijn visum te verlengen. | |
22:50 uurHet is onvoorstelbaar wat ik op zo'n dag uitvreet. Na een lang gesprek met een jongen uit Madiun, kwam ik een jongen tegen met een motorfiets, die een extra helm bij zich had. Hij reed me naar Kalibata. Daar zat ik weer achterop een motor, op een mooie avond. Hij reed heel veilig. Hij zei dat hij wilde blijven slapen en zette zijn motor in de garage. Hij zag er best aardig uit zonder helm, maar hij was totaal passief. We zijn naar boven gegaan, maar het werd niets. Ik trok mezelf af en hij gebruikte mijn sperma om zijn pik mee in te smeren, maar ik liet hem zelf het werk doen. Ik vroeg me af hoe ik hem er veilig uit kon krijgen; gelukkig ging hij uit zichzelf weg. | |
9 maart 1995Om 14:00 uur was ik op de Nederlandse ambassade. Ik wipte even de bibliotheek binnen waar ik twee delen van mijn Memoires en Het slot Loevestein van Jan Frederik Oltmans zag staan. Mijn voor Indonesië belangrijkste boek, Den Vaderland Getrouwe, ontbrak natuurlijk. Toch valt het me mee dat ik er hoe dan ook sta. Ambassadeur Paul Brouwer ontving me nogal vriendelijk. ‘Uw voorgeschiedenis interesseert me niet, maar toen ik las wat u schreef, dacht ik: daar heb ik op Buitenlandse Zaken nooit wat van gemerkt.’ Hij scheen niets te weten van de brief van vorig jaar, van generaal Pamoe Rahardjo, die ik op het kabinet van Beatrix heb afgegeven met het verzoek om tijdens het staatsbezoek een krans op het graf van Bung Karno te plaatsen. Hoe werkt dit toch in Den Haag? Het ministerie informeert de ambassadeur niet over een dergelijk belangrijk verzoek, dat de tjap van Suharto droeg. Ik vroeg hem op de man of hij vond dat Dirk Vlasblom in nrc Handelsblad de lezers een beeld biedt van wat hier in Indonesië speelt. Hij antwoordde spontaan en heel beslist: ‘Nee, helemaal niet. De Volkskrant heeft hier helemaal niemand, terwijl dit land op dit moment in meer dan een opzicht zeer interessant is.’ Ik vroeg de ambassadeur, die wist dat ik een goede kennis van Wolffensperger was, waarom hij mij niet had uitgenodigd. ‘Daar heb ik niet aan gedacht,’ zei hij glashard. Hij had een etentje voor hem geregeld, voornamelijk gericht op Indonesiërs. | |
[pagina 62]
| |
Hij vond het ‘een uitstekende tip’ om alsnog een gesprek met generaal Pamoe Rahardjo te hebben. Ik denk dat hij er niet over piekert. | |
10 maart 1995Peter belde. Edwins show is een hit. Hij had een traantje gelaten tijdens het drama, dat zijn vriend schijnt op te voeren. De kritieken waren lovend en als ik iemand dit succes gun, is het Edwin. Even later belde Peter een tweede keer. Tijdens zijn eerste telefoontje wilde ik er niet over beginnen, maar nu vertelde hij zelf dat hij in mei, juni en juli in Nederland zou zijn. Het wordt tijd dat Peter met zijn moesje wordt herenigd. Ik belde ambassadeur Brouwer dat het wellicht een opbouwende gedachte was om de Indonesische couturier, Iwan Tirta te vragen om ter gelegenheid van het staatsbezoek avondjurken voor Beatrix, van Indonesische stoffen te laten maken. Ik vertelde hem dat ik Tirta had gesproken en dat hij dit graag wilde doen, zoals hij ook bij de bezoeken van koningin Fabiola en Elisabeth ii had gedaan. ‘Als u nog meer van die leuke suggesties hebt,’ zei de ambassadeur. ‘Ik barst ervan, maar ze luisteren niet,’ antwoordde ik. Ik heb meteen Iwan gebeld dat hij wellicht een uitnodiging van de ambassadeur zou krijgen. De taxichauffeur drukte het vanochtend prima uit: ‘Sukarno was onze president, Suharto is onze radja (vorst).’ Pak Hario zei dat hij dezelfde gevoelens koesterde jegens de familie Sukarno als ik. Ze nodigden hem uit om te komen zwemmen, maar hij zag er van af. ‘But Mega did pay you the missing funds for the book,’ zei Suhario. ‘Yes, she did, but the book is in their interest too. It was expense money to write the book, not a profit, because I wrote it for free. And it does not buy my respect or love either.’ Later belde Iwan dat de ambassadeur hem al om 11:50 uur heeft ontvangen. Hij had tegen Brouwer gezegd: ‘Ibu Suharto zal verrast zijn als Beatrix in een creatie van mij verschijnt. Wil de koningin een ochtend-, middag- of avondtoilet?’ Hij zei dat hij er de voorkeur aan gaf dat de naaister van Beatrix het zelf in elkaar zou zetten, zij het op zijn aanwijzingen en ontwerp. Ze hebben 45 minuten gesproken en het lijkt erop dat het plan rond is. ‘Ik ben je zeer dankbaar,’ zei hij. ‘Ik houd me aanbevolen voor een Tirta batik shirt,’ hoorde ik me tot mijn eigen verbazing zeggen. | |
[pagina 63]
| |
11 maart 1995Frankie kwam gisteravond toch nog opdagen. Ik vond het een ramp, want ik wilde schrijven. Toen hij ook nog bleef slapen en lag te snurken, was ik echt wanhopig. Ik stond om 06:30 uur op, maar ging uit medelijden toch naar boven en deed alsof ik hem wilde verkrachten. Alles wat hij riep was: ‘Au, be careful!’ Hij is dus een dame en dat gaat nooit werken. | |
RestaurantIk ben naar mijn oude vriendin Poem Hedinah gegaan in Kebon Jahe bij Jalan Muis. Zij zag er niet goed uit. Op 4 mei wordt zij al 70 jaar. Chinese ontwikkelaars gooien haar hele wijk tegen de grond en zij moet ook weg, na al die jaren in het huisje van haar vader te hebben gewoond. ‘Mijn vader werd hier 92, al was hij de laatste tien jaar blind.’ Ik vertelde haar over mijn boek over Bung Karno. ‘Hoe durf je? Ben je niet bang?’ zei ze in het Nederlands. Deze vrouw is zo alleen. Geen wonder dat ze ‘non’ is geworden. | |
12 maart 1995Het is 04:30 uur en de kakofonie van de moskeeën is in volle gang. Het heeft voor mij iets beangstigends. Het is ook nogal hysterisch om bij het krieken van de dag Allah aan te roepen. Het lijkt op de prehistorie. Ook veel jonge mannen, en zelfs kinderen zie je er op dit tijdstip. Het betekent dat hun geest rijp en vatbaar moet zijn voor onzin op dit vroege uur en dat terwijl de Indonesische economie de 21ste eeuw binnenkomt, en de hele wereld overstapt op computers vluchten zij in religieus abracadabra. Eigenlijk zou ik de hele dag in de stad willen slenteren en eens niet werken. Misschien doe ik dat ook wel. Het artikel voor de Gay Krant kan ik ook in de stad af schrijven. The Washington Post wil dat er een oorlogstribunaal voor Joegoslavië komt. Er moet gerechtigheid komen in Bosnië. Maar wat doet de wereld met de oorlogsmisdaden van Amerika en de cia? Geen moer. Walter Pincus meldt in The Washington Post dat Clinton heeft besloten de controle over de cia strakker aan te trekken. jfk wilde dat ook en voegde de daad bij het woord. Hij eindigde zijn leven op een plein in Dallas. De cia maakt deel uit van the invisible government in Amerika en dit zal voorlopig zo blijven. Alleen de Yanks zelf kunnen er verandering in brengen. Maar de kiezer is veel te druk met dollars verdienen om zich op te winden over wat er in Washington gebeurt. Het duurde vijf- | |
[pagina 64]
| |
tien jaar voor het grote publiek een einde maakte aan oorlogsmisdaden in Zuidoost-Azië. Ik heb Delgado geschreven dat ik hem weer wil komen opzoeken. Ik zou graag met hem praten over geheugenfuncties, dit mede vanwege de gedachte die ik kreeg naar aanleiding van Mandela en Sukarno's vergevingspolitiek. Ik hoop dat hij daar ook onderzoek naar gedaan heeft. | |
14:30 uurIk ga naar huis voor de rest van de dag. Het gaat toch weer regenen. Ik heb Peter een brief gestuurd en het artikel voor de Gay Krant is ook op de post. Ik kan wel aan de gang blijven met tippelen, maar het blijft een gok wie je uiteindelijk krijgt. Ik ga proberen een flinke ruk aan het boek te geven. Ik heb avocado's en nootjes en vanavond kook ik rijst en haal ik satés. Dat maakt de dag echt aangenaam. Nog twee zondagen te gaan. Frankie heeft zich niet meer laten zien. Die heeft de boodschap dus begrepen: veel te vrouwelijk. Ik hou van jongens. | |
13 maart 1995De islamitische vastenmaand is nu officieel voorbij en de straten in Djakarta zijn weer een chaos. Ik was om 17:00 uur in het hoerenhuis, vol jongens. Ze wachtten tot ik me had uitgekleed en grepen toen meteen naar mijn pik. Nadat de masseur me op mijn rug had gedraaid, speelden er drie jongens met mijn pik en kwam ik weer eens klaar. Het is teveel. Fidel Castro woont een topconferentie voor sociale ontwikkeling in Kopenhagen bij. Hij droeg een keurig donker kostuum. Dat is nieuw en verstandig. Overigens gaf men Suharto, als de Pol Pot van Indonesië, als tweede spreker het woord. Een schijnheilig verhaaltje van zeven minuten. Zijn boek had niet The Smiling General moeten heten maar The Smiling Puppet. Castro zal drie dagen naar Mitterrand in Parijs gaan. Het wordt een visite zonder Cubaanse vlaggen in de straten om de anti-Castro demonstranten niet te irriteren. | |
[pagina 65]
| |
Joesoef Isak, die ook in Suharto's concentratiekamp in Buru vele jaren opgesloten heeft gezeten, vertelde dat de gevangenen ook daar niet vrijuit durfden te spreken, omdat zij niet wisten wie ze konden vertrouwen. Hij bevestigde dat er ook nu nog steeds de sfeer van een politiestaat bestaat in Djakarta. Waarom schrijft niemand daar over? Het regent weer. Het is maar goed dat ik me had voorgenomen thuis te blijven. Ik heb bij het karretje vlak bij het huis van Guruh weer rijst met saté gehaald. Dat is voor mij voldoende. | |
15 maart 1995In de Amerikaanse Senaat zijn er weer de nodige idioten geweest die Frankrijk en Mitterrand hebben bekritiseerd, vanwege het bezoek van Castro. Het zou gebrek aan principes aantonen en ondermijning van het Amerikaanse embargo, wat er nooit had moeten zijn. Amerika begint sterk tegen Iran te ageren. Het land zou een basis vormen voor internationaal terrorisme. En de cia? Is dat geen internationale terroristische organisatie? Maar de bloedbaden in Vietnam en Indonesië werden in naam van ‘vrijheid en democratie’ gevoerd. Dat was de anticommunistische kruistocht van Eisenhower, jfk, Johnson en Nixon. De miljoenen Aziatische slachtoffers waren gerechtvaardigd, want de opmars van Marx en Mao moest worden gestuit. Ik heb Pieter Broertjes geschreven, nu ze hier niemand hebben, of ik een artikel uit Indonesië voor de Volkskrant zou kunnen schrijven. Het zal wel niet, maar ik probeer het toch. | |
TheaterAfschuwelijk dat alle juwelen en edelstenen slechts geslepen glas zijn. Alsof je papieren bloemen gebruikt. De muziek is goddelijk, maar iedereen praat er gewoon doorheen. Afschuwelijk. Ik haat theater, want het laat zien hoe ongeciviliseerd mensen eigenlijk zijn. De wajang was hopeloos. Er gebeurde niets. Het theater was voor een derde gevuld, en daarvan was tachtig procent buitenlander. Niemand begreep er iets van, want alles was in het Indonesisch. Het zou handig zijn als ze ook programma's in het Engels brachten. Ik ben voortijdig vertrokken, de regen in. | |
[pagina 66]
| |
schreven. Ik heb Suhario gebeld dat hij 100% gelijk had. Hij zei overigens dat hij nauwelijks kon bellen, net als de vorige keer dat ik in Indonesië was. Er gebeurde niet veel in het hoerenhuis. Een Chinese jongen bood me aan naar Hotel Borobudur te brengen. Vanavond ben ik weer naar het Bantengplein gegaan, waar ik Zul tegenkwam. Erg gefrustreerd, tien jaar een relatie, maar die was saai dus deden ze vaak trio's. Hij bracht me naar huis, waar we uiteindelijk seks hadden. | |
17 maart 1995De burgemeesters van Hirosjima en Nagasaki hebben voor ophef gezorgd. Zij hebben de vernietiging door de atoombommen op hun steden door de Amerikanen vergeleken met Hitlers ‘genocidal killing of jews’. De Holocaust en de twee kernbommen op Japan worden door de burgemeesters als de twee grootste misdaden tegen de menselijkheid van de 20ste eeuw beschouwd.Ga naar voetnoot47 Ze hebben natuurlijk gewoon gelijk, maar als de Amerikanen dit doen, durft niemand het genocide te noemen. Gunter Pauli belde me onverwachts uit Tokio op, en zei dat ik volgende week werd verwacht voor een lezing aan de United Nations University in Japan, wat hij voor me geregeld had. Een ticket met Garuda ligt al gereed. Nu moet ik eerst zien te regelen dat Indonesië me er weer inlaat als ik uit Japan terugkom. Phryne Quarles belde dat Jan Quist per juni wordt teruggeroepen. Zij vindt het een ramp. Het kantoor in Djakarta van Mees gaat weer dicht. Over Vlasblom zei Phryne: ‘Hij is met een Indonesische getrouwd en heeft een kind, dus als hij iets verkeerds zou schrijven, krijgt hij ruzie met zijn vrouw, bang als zij zal zijn dat hij er wordt uitgegooid.’ | |
18 maart 1995Ik begon weer vroeg te schrijven en heb zes hoofdstukken teruggebracht tot vier. Suhario had gelijk, maar zei het heel beleefd: ‘Te uitgebreid.’ Ik twijfel over de trip naar Japan en het accepteren van Gunters ticket. Ontmoette de journalist Harris Sitompoel (70), die ik hier in 1956 leerde kennen.Ga naar voetnoot48 Hij noemde mijn verwijt dat heel Indonesië Bung Karno gewoon in Dewi's huis had laten wegrotten | |
[pagina 67]
| |
terecht en zei: ‘Dat is het ware karakter van de Javaan. Het is waar, iedereen is nog steeds bang om zijn mening te geven.’ Journalisten worden regelmatig opgepakt. Hij zei dat het walgelijk was wat er in zijn land gebeurde. Joesoef had me een boek meegegeven voor hem, en toen ik dat overhandigde vroeg hij me Joesoef te bedanken. Ik heb hem gezegd dat een telefoontje het minste was wat hij kon doen. De Nahdlatul Ulama van Abdurrahman Wahid en de pdi van Megawati Sukarnoputri schijnen een alliantie aan te gaan om Suharto bij de komende verkiezingen te kunnen verslaan. Zou het dan na 32 jaar mogelijk zijn die basterd via een verkiezing weg te krijgen? | |
19 maart 1995Broer Theo's geboortedag. Het blijft onvoorstelbaar dat hij er al vier jaar niet meer is. Er is zelfs geen graf. Waarom moest hij zo lang lijden? Nauwelijks hebben de burgemeesters in Japan hun kritiek op Amerika gelanceerd of Nicholas Kristof komt in The New York Times met een reportage over Japanse oorlogsmisdaden in China. Een nu 72-jarige Japanse boer vertelt aan Kristof hoe hij als medisch assistent in het Japanse leger in China een Chinees levend open moest snijden. De Chinees was opzettelijk met de pest geïnfecteerd om te onderzoeken wat er dan met een mens gebeurt. De Japanners wilden onder meer de pest gebruiken om biologische wapens te ontwikkelen. De boer vertelde: ‘I cut him open from the chest to the stomach, and he screamed terribly, and his face was twisted in agony. He made an unimaginable sound, screaming horribly. But finally it stopped.’Ga naar voetnoot49 Dit artikel moet aantonen dat de Japanners zelf ook geen lieverdjes waren. Boes Suwandi Mangkudipuro kwam bij me langs in het huis van Guruh Sukarno.Ga naar voetnoot50 Hij bleef twee uur. Hij zat vol anekdotes over zijn tijd op Nijenrode, zijn ontbijt met Fatmawati en Bapak, en hoe Sukarno andere mensen moest gaan ontmoeten en bij het afscheid zijn handen op Boes zijn schouders legde en zei: ‘Het land heeft je nodig,’ en hem een tik op zijn wang gaf. Maar het gaat niet goed met Boes. Hij moest geregeld naar adem happen. Morgen moet hij opnieuw naar het ziekenhuis. Hij heeft geen cent, want in al die jaren dat hij bij Pertamina werkte, heeft hij zich verre van corruptie gehouden. De afschuwelijk corrupte dochter van Suharto, Tutut, is de minstens | |
[pagina 68]
| |
even corrupte generaal Ibnu Sutowo (vele jaren de baas van Pertamina en dus van Boes) opgevolgd als hoofd van het Indonesische Rode Kruis. Boes vertelde dat de dukunGa naar voetnoot51 van Suharto hem had gezegd dat een vrouw een grote rol zou gaan spelen in Indonesië. Daarom deed Suharto er nu alles aan om Megawati te vernietigen, want de bedoelde dame moet volgens hem of Mega dan wel Tutut zijn. Boes Suwandi vertelde dat rector Postma van Nijenrode hem tutoyeerde, en wederzijds. Postma had hem gezegd dat hij de enige prins tot dan toe op Nijenrode was geweest. Wist ik eigenlijk niet. Er is in Medan een bloedbad geweest na bepaalde publicaties. Van mijn boek zal ook gedonder komen. Ik ben hierover met Joesoef Isak gaan praten en hij beseft nu ook dat mijn boek alleen ondergronds kan worden uitgegeven en verspreid. Tom Anwar was hierover ook al bij hem langsgeweest, maar die had nog niet eens de helft gelezen. Joesoef polste me over het kuisen van het manuscript, maar aan de andere kant vindt hij dat ik moet kunnen schrijven wat ik wil. Joesoef vertelde op Buru vastgezeten te hebben samen met de secretaris van D.N. Aidit van de pki. De communistische partij zou een legervleugel hebben gehad, waar de kolonels Untung en Latief deel van uitmaakten. De 30 September-beweging was vanuit dat militaire collectief binnen de pki ondernomen, en het politbureau was er niet van op de hoogte geweest. Dus de coup van 1965 was wel en niet een pki-coup geweest. ‘Ook na de coup van 1965 waren we nog heel sterk. De kko waren veel sterker dan de eenheden die Suharto steunden,’ zei hij.Ga naar voetnoot52 Ik herinnerde eraan om die reden in 1966 de mariniers op militaire oefeningen voor de nos te hebben gefilmd. ‘Wij hadden nog drie divisies,’ zei Isak. Iedereen wachtte op het bevel van Bung Karno. Het kwam niet. Naar zijn mening had er al genoeg bloed gevloeid. Sukarno heeft zijn positie en zichzelf opgeofferd om nog meer bloedvergieten in Indonesië te voorkomen.’ Dat was dus al jaren mijn eigen analyse van dit drama. Joesoef voegde eraan toe: ‘Maar velen zagen het toch als een vorm van zwakte van Bung Karno, want hij liet het land achter in de armen van militair rechts.’ Dat was ook waar en dat heeft Sukarno zich onvoldoende gerealiseerd. | |
[pagina 69]
| |
20 maart 1995Gunter Pauli belde al vroeg. Ik heb ervan afgezien nog op de valreep naar Japan te gaan. Ik heb zelfs geen passende kleding voor zo'n reis bij me. Bovendien is mijn werk hier nog niet af, en ik wil hier langzamerhand weg. Pauli komt in april naar Europa. Misschien kan ik hem dan nog zien. Het rommelt in Saoedi-Arabië. De door en door corrupte koning Fahd, grote vriend van Washington, ‘sees enemies everywhere,’ meldt The Economist.Ga naar voetnoot53 Het artikel heeft de titel: living with islam. En begint alsvolgt: ‘Islam at its most ferocious is cutting a bloodstained path to the front to the world's attention. In Algeria insurgents slash the throat of anyone who has the temerity to disagree with them. Islamic gangs are out for blood in Turkey and Pakistan. In the latter blasphemers face a legal death. Anarchy reigns in Afghanistan. Suicide bombers are happy to die for Allah as long as they can take Israelis with them.’ Bij het lezen van deze demagogische zinnen, alsof het alleen maar gekken en heethoofden zouden zijn die Israëlisch bloed wilden zien, realiseerde ik me voor de zoveelste keer hoe men ook door bladen als The Economist steeds weer wordt misleid. Als Israël de onwettige bezetting van Palestina - in strijd met tientallen vn-resoluties - zou opheffen, zou er geen Palestijn meer te vinden zijn die tot harakiri bereid zou zijn. Ik hoorde de Franse premier Balladur op televisie zeggen: ‘La guerre froide est finis, la guerre économique commence,’ wat me zeer te denken gaf. Niemand zegt er wat van, of gaat erop in. In de geest van de mensen is ‘oorlog’ al als normaal geaccepteerd. Ik heb Sukmawati andermaal geschreven hoe ik over het optreden van haar en haar familie denk.Ga naar voetnoot54 Dat hoofdstuk is afgesloten. klm-directeur Frans Gruber liet me een uur wachten. Ook zo keurig. Dat is bij de klm ook wel eens anders geweest. Ik had tijd om vanuit zijn kantoor naar de banktorens van Djakarta te turen en vroeg hem waar dat allemaal mee betaald werd. ‘Geleend geld,’ zei hij. ‘Van de Amerikanen geleerd, maar dat voorspelt dus niet veel goeds,’ zei ik. ‘Djakarta is een gigantische kunstmatige ballon,’ vervolgde hij. De klm ging nu ook verhuizen naar een kantoor in een buitenwijk, wat 250.000 dollar uitspaarde. We reden naar zijn huis. Hij was uitermate koel en afstandelijk | |
[pagina 70]
| |
terwijl zijn echtgenote, Olga Gruber, mij bij hen thuis te eten had gevraagd, omdat zij bevriend was geweest met de kring rond mijn grootvader Willem Oltmans uit Indië. Olga had dit etentje met mij doorgedrukt. Zij herinnerde zich dat mijn grootvader blind was toen hij ver in de tachtig was, ze moest dan op zijn schoot zitten. Ik woonde in 1951 bij hem in Amsterdam, maar dat weet ik niet meer, ook niet of hij blind was, of slechtziend. Ze waren het eens dat Jan Quist zijn mond voorbij had gesproken, toen hij mij vertelde dat de ambassade me beschouwde als vijand nummer één. Ze zeiden het niet, maar herkenden kennelijk dit oordeel. Misschien deed Frans daarom wel zo lullig. Na het ‘gezellige’ etentje werd ik niet naar Kalibata teruggebracht. Ik liep door de straten op zoek naar een Blue Bird taxi, maar er was er nergens een te vinden, dus zocht ik ander vervoer. Ik dacht: die mensen nooit meer. Een motorrijder nam me mee, ik liet me afzetten bij Joesoef Isak, wat niet zo ver weg bleek. Ik deed Joesoef het volgende voorstel: ‘Jullie brengen een gekuiste uitgave van 180 pagina's uit, op voorwaarde dat mijn echte boek ondergronds uitkomt.’ Hij scheen opgelucht. In The Jakarta Post heeft Helie de Pourtales van de bank Lazard in Parijs, Irak geprezen voor de fantastisch snelle wederopbouw van de Iraakse olie-industrie na de geallieerde vernietigingsoorlog in 1991. ‘Their commitment to reconstrution bordered on extreme national pride,’ aldus De Pourtales. Het blijft Saddam, die de inspiratie blijft voor deze nationale trots. Voorzitter Mohammad ‘Bob’ Hasan van de Indonesian Wood Panel Producers (Apkindo) heeft nog steeds het hoogste woord in Djakarta, als Indonesische hout-tsaar. Hij gaat gewoon door met de bossen van Kalimantan systematisch om te hakken en te verkopen. Hij deelt de winsten met Suharto en diens cronies. | |
21 maart 1995De Indonesische mind is in de war geraakt door het vasthouden aan archetypes uit het verre verleden, als wajang en oud bijgeloof dat het karakter en geest heeft gevormd van de Indonesiër. De Indonesiër is niet in contact met de realiteiten van nu. Hij lijkt met een been in een andere wereld te staan. Ik moet toch nog eens opzoeken wat Multatuli over ‘het zachtste volk der aarde’ schreef, want dat zijn Indonesiërs dus allerminst. Douwes Dekker heeft het zonder Freud, Jung en alle andere navorsers van het brein moeten doen. Zijn uitspraak is een kapitale misser. Ze lijken het zachtste volk op aarde, maar daar houdt het mee op. | |
[pagina 71]
| |
Peter belde. Hij had de 100 dollar ontvangen en noemde het ‘generous’. Hij had al twee jaar geen nieuwe schoenen of kleren gekocht, dat ging hij nu doen. Dat maakte me zo naar. Ik heb hem meteen nog 200 dollar gestuurd. Ik was weer bij Joesoef en heb de concessie van mijn leven gedaan. Ik laat Joesoef mijn manuscript aanpassen zonder verdere controle van mij, zodat het openbaar gepubliceerd kan worden. Daarnaast zal ik een pamflet publiceren waarin ik uitleg waarom ik met deze afspraak akkoord ga. Vincent Monnikendam komt morgen. Hij heeft 2.500 meter film over Indië ontdekt en wil een documentaire maken met de hulp van Joesoef. Het is me deze reis wel duidelijk geworden dat Indonesiërs ertussenuit knijpen als er iets gebeurt wat zij niet hadden verwacht of niet begrijpen. Dienal verdween, Chakra verdween, Frankie verdween en Sukma eveneens. Zelfs Arjoso verdween. Zij gaan de problemen niet aan. Onbegrijpelijk, maar met mensen die vluchten, kan je niets bespreken. | |
22 maart 1995Ik heb eigenlijk nooit meer gekeken wat voor filmmateriaal ik voor de nos maakte en wat daar mee gebeurd is. Ik moet dat Vincent Monnikendam eens vragen. Newsweek komt met een omslagartikel over de hersenen. ‘The mind, of course, is just wat the brain does for a living,’ schrijft Sharon Begley. Het kan me weinig schelen waarom mannen anders denken dan vrouwen of hoe dat zit, want ik weet dit al jaren. Mij interesseert het functioneren van die grijs-roze massa in ons hoofd en de neurologische kant ervan. ‘Mind is the essence of being. The central nervous system has remained an enigma. Still, the neuro-anatomical map of man gains accuracy. Molecules fit more precisely together than a Swiss watch. How could this have developed by accident? The brain demands a lion share of the body's energy. It represents 2% of the body weight and consumes 20% of the available oxygen. Brain research produces half a million scientific papers annually.’ Dat interesseert me, niet het verschil tussen jongens en meisjes.Ga naar voetnoot55 Ik ben vrijdag uitgenodigd om bij The Jakarta Post vijftien redacteuren te ontmoeten. Dat is op het nippertje, maar ik heb er wel zin in. Ik heb Paul de Ridder een brief gestuurd met de vraag of hij | |
[pagina 72]
| |
een pamflet uit wil geven: ‘Beatrix, blijf thuis!’ Ik zal zien wat hij ervan denkt. Mijn laatste brief aan Sukma schijnt beweging te veroorzaken. Guruh belde vanavond dat hij eraan kwam. Hij had een jongetje meegebracht dat er voor spek en bonen bij zat. Maar er ontstond geen echt contact meer tussen Guruh en mij, en hij vertrok weer. Voor mij is het te laat. Genoeg is genoeg. Het is verschrikkelijk, maar ze hebben alle betekenis voor me verloren. Guruh zei: ‘Inside I often asked myself when I could come and see you,’ maar bovendien was ik ook druk, en schreef ik een boek. Dus de enige keer dat we praatten was toen ik de sleutel verloren was. Ik legde zeer helder uit dat ik alle Sukarno's had opgegeven, inclusief Hartini en Dewi. Maar hij vond dat het allemaal een misverstand was. | |
23 maart 1995Tien doden en 5.500 gewonden door een zenuwgasaanval in de ondergrondse van Tokio. Zelfs Hitler gebruikte geen saringas, dat 500 maal krachtiger is dan cyanide. ‘Sarin is made from organic phosphorus, sodium fluoride, alcohol and several other chemicals,’ schrijft The Jakarta Post. Ik ben bang dat dit maar een proefritje is. We zijn afhankelijk van de zegen van gekken, het is gevaarlijker dan ooit. Ik wachtte van 08:30 tot 11:20 uur op Santo. Hij kon vanwege het staatsbezoek van de Oostenrijkse president niet eerder door de verkeerschaos komen. We kwamen meteen tot de kern van de zaak en bediscussieerden mijn boek. ‘Wim,’ zei hij, ‘there is a silent network that aims at the 1998 election. Timing, now, is everything. If your book is published now, and you also talk about my family, it could lead to my sons Tony and Dito and other young intellectuals being arrested. This would setback what we aim at by 30 years. Your thinking has already been written about in the controversial book of Primadosa. It is known what kind of book you will write. So the government will allow publication of your Bung Karno book and next they will arrest anyone mentioned in it, or even those who are suspected having read your book.’ Die benadering was nieuw voor me. ‘Then the book I have been writing is a trap?’ ‘Nobody understands why they allowed you into the country to write your book in the first place,’ antwoordde Santo, mijn vriend sinds 1961. ‘Even Ali Alatas could lose his post as For- | |
[pagina 73]
| |
eign Minister over this,’ zei hij ook nog. Hij werd gebruikt als lokaas. Werd daarom mijn dagboek gejat? Ben ik door het oog van de naald gekropen? ‘We must be better than them,’ vervolgde Santo. ‘If you write a book full of hate, you are like them. They, the government, want you to write that book. Wim, they know you. They know your thinking. They know what to expect. This is a police state. We all know what is going on.’ Zelfs Suharto's vriend B.J. Habibie, die Santo en Marguerita kennen omdat hij een huis in Bandung heeft, en hierover met hen heeft gesproken, doorziet wat er aan de hand is. Ik legde uit dat ik zeer wantrouwend was jegens Arjoso, die er misschien altijd al aan mee heeft gewerkt. Santo vroeg zich af hoe hij nog eens na kon gaan of het een val was. ‘Margaret would always say you see spooks! But this morning she said: “Tell Wim, this story.”’ Het is verbazingwekkend dat Santo, als Sujono, er volledig van overtuigd is dat mijn boek lokaas zou zijn, om opzettelijk pro-Bungkarnostemmen te vangen voor de verkiezingen. Maar Santo maakte het duidelijker dan Sujono. Hij vertelde dat zijn overleden vriend Dewanto eerst de baan van Harmoko had bekleed. Deze heer zou betrokken zijn geweest bij de mysterieuze vroegtijdige dood van Dewanto om diens functie zelf te krijgen. Murdiono, de huidige staatssecretaris naast Suharto, is een super-gangster volgens Santo. Bayu, de zoon van Bung Karno en mevrouw Hartini werken nu voor deze Murdiono. Lekkere boel. Indonesiërs lijken principeloos. Ze zijn - als zachtste volk der aarde - met een natte vinger te lijmen. ‘Now you want to write a pamflet about the Beatrix visit. Don't do that simultaneous with the Bung Karno book,’ zei hij. Zijn adviezen maakten voor mij de zaak van kwaad tot erger. ‘I have no friends here to whom I can talk to like to you,’ zei Santo. ‘What will you gain with the Bung Karno book? Then, once more, you cannot come to Indonesia. The timing is all wrong.’ Nauwelijks was Santo weg of de secretaresse van Alatas belde dat ik morgenmiddag verwacht word voor een gesprek met Alatas. Ik belde The Jakarta Post en vroeg of ze me op konden halen. ‘If we can arrange for a car,’ zeiden ze. Toen belde ik Joesoef. Hij zei: ‘Aha, Mr. Oltmans finally conforms.’ Ik pas me helemaal niet aan. Ik wil door niemand gebruikt worden, maar het lijkt erop dat iemand achter de schermen per se wil | |
[pagina 74]
| |
dat ik dit boek schrijf. Wie? Dat was ook steeds Santo's vraag. Hoe kan ik daar achter komen? Na al deze ellende ben ik naar Hotel Borobudur gegaan voor een soepje en liep er tegen Bambang Iswanto aan. Aardige jongen, nog geen nicht, maar hij ging mee en het werd een plezierige ontmoeting. | |
24 maart 1995Generaal Amir Machmud, een van de drie generaals die in 1966 in Bogor de Supersemar van Bung Karno in ontvangst namen, adviseert in de bladen van heden dat men nu maar de vraag waarom het oorspronkelijke document onvindbaar is, moet laten rusten. Ik ken die man van de ontbijttafel op het paleis bij Bung Karno in 1966. Dat was 30 jaar geleden. Samen met de generaals Yusuf en Basuki Rahmat had Amir Machmud dit bevel van Bung Karno in handen gekregen. Suharto gaf er zijn eigen invulling aan. Ook The Jakarta Post schrijft vandaag achteloos (hoe kunnen ze anders in deze fascistische politiestaat?), dat president Sukarno zou hebben bevolen ‘to wipe out communism from Indonesia.’ Dat was de opdracht van Washington en de cia aan Suharto. Dat is natuurlijk nooit de opdracht van Bung Karno geweest. Dat was de smerige draai die Suharto en de zijnen aan de Supersemar hebben gegeven om het door de Amerikanen gewenste bloedbad onder communisten in Bung Karno's schoenen te kunnen schuiven. Natuurlijk is het oorspronkelijke document van de aardbodem verdwenen. Bij de stand van zaken in 1995 - en de wankele geheugens van Indonesiërs in het algemeen - is het ook geen onderwerp van discussie meer. Maar komt het werkelijke verhaal van de Supersemar ooit in de Indonesische geschiedenisboeken? Ik heb altijd gedacht dat ik, anders dan anderen, ook als een oudere man kwiek en monter uit bed zou stappen. Maar ik constateer toch met enig chagrijn dat ik me steeds langzamer in of uit bed hijs. | |
Wachtkamer KemluZometeen ontmoet ik minister Alatas. Er staan twee grote portretten van minister Warren Christopher van Buitenlandse zaken. ‘To Alex by Christo. Thanks for your help in Seattle, looking forward to Bali.’ Daar zie je weer hoe het huidige Indonesië in de zak zit van necolim,Ga naar voetnoot56 zoals Bung Karno de imperialistische Westerse kliek samenvatte. | |
[pagina 75]
| |
25 maart 199503:30 uur, BandoengGisteren om 12:00 uur ontmoette ik minister Alatas in zijn gigantische werkkamer op het ministerie. Ik begon met een opmerking over de foto's van Christopher en dat Bung Karno zich in zijn graf zou omdraaien. Daarna kwam ik snel ter zake. Ik zei precies waar het op stond, hoe het schrijven van mijn boek (waar ik hem een groot gedeelte van had gebracht, totdat het kritiek werd in verband met Suharto) voortdurend balanceren was geweest tussen een verslag van historische waarde samenstellen en tezelfdertijd in het oog te houden dat ik het aan hem persoonlijk had te danken dat ik hoe dan ook in Indonesië was. Uiteindelijk had ik besloten tot een herschrijven van bepaalde passages, die ik hem zou bezorgen. ‘I would appreciate that,’ zei hij. Ik zei hem dat ik alleen over Sukarno had geschreven omdat het niet eerlijk zou zijn over Suharto te schrijven terwijl ik hem zelf niet gesproken had. Ik vroeg hem of het niet mogelijk zou zijn Suharto te interviewen over een aantal historische gebeurtenissen en zijn antwoorden in het tweede deel van het boek op te nemen. Hij keek verbaasd en zei dat Suharto waarschijnlijk niet in hetzelfde boek zou willen staan als Sukarno. ‘Maar misschien zou dit een afzonderlijk boek kunnen worden,’ zei hij. ‘Als ik het manuscript heb herschreven, stuur ik het u via de heer Suhartono Hadikusomo,’ zei ik. ‘Wie is dat,’ vroeg hij. ‘Stuur het maar via de ambassadeur. Ik zal hem op de hoogte stellen.’ We bespraken nog allerlei zaken, zoals mijn overtuiging dat in een democratische wereld Indonesië als vierde of vijfde grootste land recht had op een permanente zetel in de Veiligheidsraad - en niet Engeland of Frankrijk. Ook dat ik met Iwan Tirta - een kennis van Alatas - en ambassadeur Brouwer bezig was Beatrix voor haar staatsbezoek in batik te hijsen. Hij lachte. Ik bracht nog de situatie van Kartika Sukarno ter sprake en vroeg hem, zoals ik hem eerder had geschreven, of er een mogelijkheid was dat zij met een post binnen Kemlu niet een basis voor haar leven zou kunnen opbouwen. Hij antwoordde dat hij erover na zou denken.Ga naar voetnoot57 Van het ministerie van Buitenlandse Zaken ging ik naar The Jakarta Post, om daar met geïnteresseerde redacteuren te spreken | |
[pagina 76]
| |
over mijn boek over Sukarno. De redactieruimte liep vol, zelfs helemaal vol. Ik begon de problemen rond mijn boek uiteen te zetten. Was het mogelijk eerlijk te schrijven? Ik wilde enerzijds Pak Alatas, die mij een visum had verstrekt, niet in verlegenheid brengen, zoals ik hem had beloofd. Tegelijkertijd wilde ik een eerlijk verslag schrijven over wie Bung Karno was geweest. Moest ik dan maar de discussie over Suharto helemaal schrappen? Ik vertelde Alatas te hebben gevraagd of ik Suharto in dit verband toch niet zelf mocht interviewen. Maar ik ging niet uit de weg om in dit gesprek met journalisten Suharto te vergelijken met Pol Pot. Ik ben collegiaal en volkomen open tegen ze geweest. Ze gaven mij zelfs een enveloppe met niet minder dan 300.000 roepia. Een redacteur die opviel, was David Liebhold, een jonge Australiër. Er zat een corpulente Amerikaanse redactrice voortdurend bezorgd naar me te staren. David wachtte me later op, en zei: ‘You gave a masterful lecture.’ Hij zei zelf in een kampong te wonen en Indonesische vrouwen zeer te waarderen. ‘They all still love Bung Karno,’ zei hij. ‘That is what they say, but all of Indonesia deserted him in 1965 believing cia lies that he had initiated a pki coup.’ Als je er dieper over nadenkt, kijk je nooit meer een Indonesiër aan. Een Indonesische journalist vroeg: ‘How did Sukarno feel in 1966 when you spoke with him?’ ‘He felt betrayed. And deserted by the people, who seemed too readily to accept the lies that the military regime told them about him.’ Toen ze applaudiseerden, zei ik: ‘Do not applaude me, I only tried to tell you how he really was.’ Na afloop aten we wat in het restaurant van de krant. Mijn hele verhaal was op band opgenomen. Ik haaste me naar huis, informeerde Joesoef Isak vluchtig en toen was Santo er al en we vertrokken haastig. Later reed ik met Santo over de prachtige weg door de Javaanse bergen via de Puntjak naar Bandoeng. Hij joeg me nu echt de stuipen op het lijf. Hij vreesde dat de lezing bij de krant een val van bakin was geweest. Hij wist zeker dat de hoofdredacteur van The Jakarta Post anti-Sukarno en pro-Suharto was. De opname zou tegen me gebruikt worden. ‘But if bakin plans anything against you,’ zei Santo, ‘they must now involve Alatas, because you are a foreigner. So let us see how powerful Alatas is.’ Nu zit ik in de problemen, ik weet het. Was het werkelijk een val? We aten wat in een restaurant bij hen naast de deur, waar Margaret zich bij ons voegde. Ze praatten nu voor het eerst gedetailleerd over de politiestaat die Indonesië is. Marguerita ver- | |
[pagina 77]
| |
telde dat in 1978 speciale troepen betogende studenten aanvielen met bajonetten, zij zat er middenin. En terwijl we praatten, werd ik me er zeer van bewust dat de bandopnamen bij The Post inderdaad tegen me gebruikt konden worden; bakin heeft zijn zaak gemaakt: belediging van Suharto. Ik sliep slecht, kreeg zelfs hoofdpijn, van het gepieker over Santo's opmerkingen over wat er achter de lezing bij The Jakarta Post zou kunnen hebben gezeten. Ik had momenten dat ik me zo bang maakte dat ik me afvroeg of ik ambassadeur Brouwer om bescherming moest vragen. Of aan Alatas opbiechten waarom ik bang was geworden? Maar het was zo slim. Want na het welslagen van het gesprek met Alatas was ik in een opgewekte stemming geraakt, en dit onderdeel in de psychologische oorlogvoering zou ervoor zorgen dat ik ‘overmoedig’ zou raken in de lezing. Maar misschien maak ik het allemaal te groot. | |
08:30 uur, treinstation BandoengDe zoon van de vermoorde Dewanto woont voorlopig bij Santo en Marguerita. Hij liet me het boek van Adam Schwarz zien, A Nation in Waiting waarin op pagina 2 stond, dat Bung Karno aan Suharto zou hebben gevraagd: ‘What are you going to do with me, I am your leader?’Ga naar voetnoot58 ‘I have always respected you, as I did my parents’, Suharto supposedly replied. ‘To me you are not only our national leader, but I consider you as a parent. I like to regard you highly but, unfortunately, you do not wish this.’ Voor een voormalige correspondent van de Far Eastern Economic Review die deze Schwarz is toch treurig dat hij niet duidelijk en onomwonden aangeeft dat deze woorden tussen aanhalingstekens uit de koker van de gediplomeerde verrader Suharto komen en door Sukarno, die er niet meer is, niet weersproken kunnen worden. Wat zij, die Bung Karno werkelijk gekend hebben, achteraf alleen maar kunnen doen, is op dit soort vervalsingen wijzen. ‘Willem,’ zei Santo, ‘we have become a nation of liars, with no ethics or values. I have to lie every day in my office [wo: met 150 architecten in Bandoeng]. When a life is no longer based on values or ethics, what happens to the soul? Life is like a test-school. How to please the teacher. Orde Baru of Suharto is about physical and material well-being. No-one can practice free thinking anymore, let alone free speech. We live in a police state and it is getting worse all the time instead of getting | |
[pagina 78]
| |
better. The suppression increases and increases. Like in colonial times, when nobody could say what he felt or thought. It has become Indonesia's second nature to suppress true feelings and thoughts. Look at what they are doing with Permadi.’ Permadi Satrio Wiwoho is Javaans mysticus en Megawati-aanhanger, die een oneerbiedige opmerking over de profeet Mohammed zou hebben gemaakt. Daarnaast zou hij verdachtmakingen aan het adres van Suharto en de Golkar-partij hebben gericht. Hij maakte het wel erg bont, toen hij ook nog in een toespraak zei dat de pki misschien slecht was, maar nooit mensen onder druk zette of chanteerde om lid te worden, zoals Suharto's Golkar doet. Toen hij bovendien voorspelde dat een nakomeling van Sukarno de volgende president van Indonesië zou worden, deed dit de deur voor Suharto dicht. Nu is de staat een proces tegen Permadi begonnen. Santo en Marguerita waren het overigens eens met mijn observatie dat Javanen vluchten, wegrennen of zich verstoppen als er een probleem of controverse is, net zoals Sukma wegrent van een discussie, de telefoon niet opneemt en toch van mij verwacht dat ik naar Lebaran ga. Het leven is voor mij geen wajang. Ik kijk uit het raam van de trein naar Djakarta. Het landschap is zo prachtig, ook al is het afschuwelijk weer. Fascinerend. | |
26 maart 1995DjakartaIk ontmoette Tony, de zoon van Santo, bij Seaworld, waar hij curator is. Hij liet me een enorme Napoleonvis zien. Deze vis levert per kilo een fortuin op in Hong Kong, maar is drie maanden geleden tot beschermde diersoort verklaard. Deze vissen worden allemaal vrouwelijk geboren, maar halverwege hun leven worden ze mannelijk. We aten een visje in het restaurant, waar het eten idioot duur was. Toen ik thuis kwam, lag er een brief van Arjoso.Ga naar voetnoot59 Hij ontkent dat hij zich niet aan de afspraken had gehouden. Ik verdiep me niet langer in dat brein. Ik heb een lange brief aan Alatas geschreven om hem te bedanken. Ik heb hem toegezegd mijn manuscript te herschrijven waarna ik het hem zal doen toekomen. Ik heb hem ook gewezen op Arjoso, mijn twijfels over die man en dat hij misschien een mannetje is van de geheime diensten. Ik heb Alatas gevraagd of hij die man bij me uit de buurt kan houden. | |
[pagina 79]
| |
Vanmiddag kwam iedereen afscheid nemen. Joesoef Isak kwam als eerste, met een taxi. Sukmawati zag er oogverblindend mooi uit, met een jurk die ik nooit eerder zag. Ik moet voortdurend naar haar hebben gestaard, omdat ik altijd weer herkenning van haar vader bij haar zoek. Dat ik er niet was bij de familie voor Lebaren, nadat ik eerst had gezegd dat ik zou komen, was een schok geweest die ze niet kon verteren. Toen Sukma zei dat Suharto de coup had gepleegd om de rijkste man van Indonesië te worden, heb ik dat weersproken. ‘Daar dacht hij toen nog niet aan. Hij voelde zich jarenlang door Bung Karno vernederd, die hem doorhad. Hij nam gewoon wraak, want hij wilde laten zien wat hij allemaal kon, ter compensatie van zijn gigantische minderwaardigheidscomplex, wat niet vreemd is naast jouw vader. En omdat de man door en door rot is, zit Indonesië nu in de ellende, zoals je overal om je heen ziet. Het lijkt welvarend en fantastisch, maar het is allemaal schone schijn en a make believe world.’ Ook generaal Suhario kwam eindelijk weer opdagen, samen met een erg aantrekkelijke zoon. Hij zei dat mijn boek prima was. Het geld is eindelijk geregeld. Ik weet nog niet of ik Peter een deel stuur of dat ik het allemaal zelf houd, als ‘winst’ voor het werk wat ik heb geleverd. | |
27 maart 1995Toen ik op het punt stond naar het vliegveld te gaan, arriveerde mijn oude vriend Mas Machram Tjokrodimurti, in 1957 eerste luitenant van het Garuda Bataljon in Egypte en samen met Mas Marlo mijn twee beste vrienden daar.Ga naar voetnoot60 Nu is hij gepensioneerd kolonel. Hij is de broer van mijn vriendin Penny, met wie ik sinds 1957 altijd in contact ben gebleven. Het enige wat we konden doen, was nog even langs haar huis rijden en daarna moest ik dringend naar het vliegveld. | |
18:00 uur, luchthaven Soekarno-HattaGodzijdank kwam ik zonder problemen met 22 kilo overgewicht door de controle. Ze gaven mij stoel 9B, maar ik wist dit om te zetten naar 9A, want ik vertik het om in het midden te gaan zitten. Het zal me benieuwen wat mijn gezellige landgenoten deze keer voor me aan ellende in petto hebben. Het is vier graden in Amsterdam. We vliegen over Tasjkent en Moskou. |
|