Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Reizen van Puk en Muk. Naar het land van de mensen. Deel 2 (1937)

Informatie terzijde

Titelpagina van Reizen van Puk en Muk. Naar het land van de mensen. Deel 2
Afbeelding van Reizen van Puk en Muk. Naar het land van de mensen. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Reizen van Puk en Muk. Naar het land van de mensen. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.88 MB)

Scans (4.75 MB)

ebook (5.60 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Illustrator

Carl Storch



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Reizen van Puk en Muk. Naar het land van de mensen. Deel 2

(1937)–A.J.F. van Ostaden–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 14]
[p. 14]

20. In het circus.

Puk en Muk waren erg bedroefd de eerste dagen dat ze in 't circus waren. Toch was de baas van 't circus zeer goed voor hen. Hij gaf hun lekker eten. Maar de kleintjes raakten 't nog niet aan.

De directeur dacht: dat zal wel overgaan. Over 'n paar

illustratie

dagen zijn ze hier wel thuis en dan doen ze gewoon mee aan, net of ze hier al hun leven gewoond hebben.

Dat gebeurde ook, maar 't duurde langer dan de baas gedacht had.

Puk en Muk moesten nu gaan leren. Ze moesten kunsten kunnen maken om later voorstelling mee te geven. Dat leren begon heel makkelijk, net als in school. De baas hield 'n grote hoepel 'n eindje van de grond, en daar moesten Puk

[pagina 15]
[p. 15]

en Muk door springen, zonder de hoepel ook maar eventjes aan te raken.

Zo waren ze weer 'n keer aan 't leren en toen zei de directeur tegen Puk:

‘Maar jongen, wanneer laat je nu je paraplu 'ns in de bak staan. Je hebt ze eeuwig en altijd bij je.’

‘Ja meneer, anders kennen de mensen me niet. En met m'n paraplu kan ik alles. Die heeft ons al dikwijls goede

illustratie

diensten bewezen, ik wou ze nog niet voor honderd gulden kwijt zijn.’

Elke dag oefenden de jongens met hun baas. 't Werd telkens en telkens al moeilijker. Puk en Muk schoten goed op. De directeur was zeer tevreden. Ze gingen nu iets leren wat erg moeilijk was. Ze moesten over 'n dunne draad lopen. Die draad was 'n eindje boven de grond gespannen. Telkens en telkens vielen Puk en Muk er af.

[pagina 16]
[p. 16]

‘Maar volhouden, jongens,’ zei de baas, ‘dan komt 't wel.’

Puk en Muk hielden vol en leerden 't zo goed, dat ze op 't laatst echte koorddansers waren.

Nu waren ze ver genoeg om er mee voor den dag te komen in 't circus.

Ze waren nu in 'n ver land aangekomen. De baas noemde het Rusland, en Puk en Muk geloofden dat wel. In 'n stad van dat land bleef 't circus 'n hele week staan. 't Was 'n grote stad en de baas dacht daar veel geld te beuren.

Overal liet hij grote papieren aan de muren en palen plakken. Daar stond op:

CIRCUS BEDOTTI!     CIRCUS BEDOTTI!
Voor de eerste maal in deze stad.
Komt zien!          Komt zien!
Optreden van de wereldberoemde dwergen
PUK en MUK.
Nog nooit zo iets gezien.
Entree: 1e rang f 1.-     De Directeur
2e rang f 0,50     Rinaldo Bedotti.

't Werd gelezen heel de stad door, en druk besproken ook.

De eerste avond was 't al zeer druk. Puk en Muk hadden reuzesucces. Er werd geklapt dat de mensen hun handen pijn deden. Ze vonden die kereltjes ook enig, hoor. 't Was in die dagen alles Puk en Muk wat de klok sloeg.

[pagina 17]
[p. 17]

En de laatste avond was 't zo druk, dat de directeur duizend angsten uitstond. Je kon over de hoofden lopen. Alles was bezet tot in de verste hoeken. Zenuwachtig liep de baas rond. Hij dacht: dadelijk zakt heel m'n tent in mekaar en dan krijgen wij de grootste ongelukken. Toch liep alles nog goed af.

Puk en Muk moesten zich nog wel 'n keer of drie laten zien, toen ze uitgespeeld waren.

Na afloop kwam er 'n heer naar den directeur. Die man zag er wel niet erg heer-achtig uit, maar 't was 'n rijke Russische heer. Dat kon je eigenlijk pas weten, als je z'n portemonnee 'ns had gezien.

‘Meneer Bedotti, ik had U iets te vragen.’

‘Tot uw dienst, meneer.’

‘Ziet U, ik vind die Puk en Muk toch zo'n kwieke kereltjes. Zou ik die niet van U kunnen kopen?’

‘Kopen? meneer, U begrijpt, Puk en Muk dat is juist mijn succes. Die trekken 't volk naar mijn circus.’

‘Ja ja, ik begrijp alles. Maar ik zal ze goed betalen.’ Hij haalde z'n geld voor den dag en liet Bedotti 'n briefje zien van 1000.

En meneer Bedotti rekende vlug: Gekocht voor vijftig, verkopen voor duizend, dat is 'n zoet winstje van negen honderd en vijftig pop. Daar had Bedotti toch wel zin in.

Hij boog heel diep en keek met begerige ogen naar 't briefje. ‘Als Puk en Muk er niets op tegen hebben, meneer, sta ik ze graag aan U af.’

Puk en Muk moesten komen. Ze hadden er niets op tegen om met dien man mee te gaan, want in 't circus waren ze 't al lang moe.

‘Mooi, Puk en Muk, dat hoor ik graag. Nu zal ik me

[pagina 18]
[p. 18]

eerst 'ns bekend maken. Ik heet Iwan Nicolawitsj, en ik ben een van de rijkste mannen uit heel Rusland.’

Puk en Muk lachten, omdat ze dachten: die rijke meneer zal ons best kunnen helpen om weer naar Klaas Vaak terug te komen.

Puk en Muk namen afscheid van Rinaldo Bedotti. Die man had goed voor hen gezorgd. Ieder aan één hand van den Rus stapten ze naar buiten.

‘Kom jongens, dan gaan we recht naar 't station. Ik woon

illustratie

in deze stad niet, maar nog wel twintig uren hier vandaan.

Op straat werden ze nagekeken door de mensen.

‘Hé, daar heb je Puk en Muk van 't circus. Ze gaan vertrekken.’

De mensen wisten niet, dat ze nu geen Puk en Muk van 't circus meer waren. Ze waren Puk en Muk van Iwan Nicolawitsj.

In de trein reisden ze eerste klas. Die Rus kon het best betalen; hij had geld als water. Toen ze aan 't rijden waren, begon Iwan te vertellen. ‘Iwan dat betekent Jan, en witsj

[pagina 19]
[p. 19]

dat betekent: de zoon van. Mijn vader heette Nicolaas en nou ben ik Nicolawitsj. Gesnapt?’

‘O, dan heet U Jan Klaassen, maar dat op z'n Russisch,’ zei Puk.

‘Precies, jij bent 'n verstandig baasje, dat je dat zo gauw gesnapt hebt.’

En toen dacht Muk: ik ken ook Russisch. Ik heet Mukki Klaasvacowitsj. Daar zou hij Puk wel eens mee verrassen als ze met z'n tweeën maar 'ns alleen waren.

Toen ze lang, heel lang gespoord hadden, stapten ze eindelijk uit. Waar ze aankwamen, had 't gesneeuwd voor geweld.

‘En nu zullen we 'ns naar huis gaan. Roebel, m'n koetsier komt ons hier afhalen met de slee.’

Buiten stond vlak voor 't station 'n fijne slee, met twee paarden bespannen.

Roebel groette z'n heer heel beleefd en keek naar Puk en Muk of hij zeggen wou: wat moeten die twee hier. Vragen, dat paste natuurlijk niet en dat zou hij ook niet gewaagd hebben. Maar hij kwam 't toch wel te weten.

‘Roebel, zie 'ns wat twee leuke knechtjes ik heb mee gebracht.’

‘Ja,’ zei Roebel, ‘en erg klein. Zulke klantjes heb ik van m'n leven nog niet gezien.’

‘Zo lopen er ook niet veel op de wereld. Daarom heb ik ze juist mee gebracht. Kom maar, jongens. Gaan jullie daar maar zitten naast mekaar. Dan kruip ik achter in de slee. Er is makkelijk plaats voor ons drie.’

Puk en Muk zaten lekker warm onder 't grote berenvel vlak tegenover Iwan.

Roebel sprong op de bok.

‘Vooruit, paardjes!’

[pagina 20]
[p. 20]

En daar schoven ze over de mooie witte sneeuw. De belletjes rinkelden en klingelden. Wat was dat prettig rijden! In 'n rijtuig hadden Puk en Muk nog nooit gezeten, behalve op dat van de Postiljon. Maar dat kon zo heerlijk niet zijn dan op zo'n slee.

Roebel hield er de vaart goed in door z'n paarden maar telkens aan te vuren als ze wilden gaan vertragen.



illustratie

Nu en dan wisselde Iwan Nicolawitsj 'n woordje met Puk en Muk, en de overige tijd zat hij maar tegen hen te lachen.

Ze sloegen de grote weg af en reden de voortuin van 'n prachtige villa binnen. Dat was 't huis van dien rijken meneer. Je kon wel zien, dat hij 't geld voor 't pakken had, alles zag er even piekfijn uit.

En dat zou nu 't nieuwe huis worden van Puk en Muk. Wat zou dat 'n heerlijk leventje worden!

Iwan stapte binnen. Hij zette Puk en Muk in 'n zijkamer.

‘Hier even wachten, jongens, ik kom je dadelijk halen.’

Meneer stapte binnen en groette z'n vrouw.

‘Jekatrien, ik ben weer thuis.’

[pagina 21]
[p. 21]

‘Wees welkom, Iwan, wees welkom.’

‘En nu heb ik iets voor je meegebracht! Vrouw, nu zul je nooit meer zeggen dat ik nooit iets meebreng als ik uit ga. Raad 'ns.’

‘'n Nieuwe bontmantel?’

‘Och nee vrouw, die heb je nog tien in de kast hangen.’

‘'n Nieuwe hoed?’



illustratie

‘Maar vrouw, heel de zolder slingert vol hoeden.’

‘'n Fijne broche van diamant?’

‘Nee vrouwtje, je hebt van raden toch ook niet veel verstand. Wacht 'ns even, ik zal 't 'ns even laten zien.’

Hij ging Puk en Muk halen.

‘Kijk 'ns hier, Jekatrien.’

‘Och ooooch! Iwan toch, hoe leuk! Wat 'n lieve kereltjes, en zijn die voor mij?’

‘Ja, dat zijn onze knechtjes, voor jou en voor mij.’

‘En hoe heten jullie?’

Puk en Muk gaven de vrouw 'n handje.

[pagina 22]
[p. 22]

‘Ik heet Puk, mevrouw.’

‘Ik heet Muk, mevrouw.’

‘Pukkie en Mukkie, en zo'n leuke namen ook al. Maar hoe zullen we die uit mekaar houden?’

‘De dikste heet Muk, vrouw, en die met z'n paraplu is Puk. Zo onthou ik ze ook.’

Puk en Muk lachten. Die twee lui leken heel lieve mensen. Als dat zo bleef, zouden zij het wel rukken.

En als ze dan 'n tijdje lang goed knecht hadden gespeeld, dan zouden ze vragen of ze naar hun goeden oom Klaas mochten terugkeren en naar hun lieve broertjes.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken