Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Princeliicke deuiisen (1615)

Informatie terzijde

Titelpagina van Princeliicke deuiisen
Afbeelding van Princeliicke deuiisenToon afbeelding van titelpagina van Princeliicke deuiisen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (26.62 MB)

ebook (32.08 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

emblematiek
vertaling: Frans / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Princeliicke deuiisen

(1615)–Claude Paradin, Gabriel Simeon–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 418]
[p. 418]

CXCIV. Scribit in marmore laesus.

 
Die ongelijck geschiedt, sijn schade oft quetsing schrijft
 
In eenen Marmersteen, daert langen tijt in blijft.


illustratie
TROIA MIHI LICET TAMEN


 
Al is u macht nu groot, wilt niemant des vertreden:
 
Maer als ghij tmeest vermeugt, bruyct dan de meeste reden.
 
Die minder is dan ghij, doet ghij hem eenich spijt,
 
Hij sal verdragen nu tot op een ander tijt;
 
Mach hij sijn schoonst oock sien, en wil de cans wat keeren,
 
Als ghij daer minst op denct, hij sal u dat verleeren:
 
Het quaet dat ghij hem deedt, Ghij maer in stof en schreeft;
 
Twelck hij, doen hij dat leedt, In steen ghehouwen heeft.

SOmmige verwaende opgeblasen sotten, heur selven al te seer betrouwende op heuren rijckdom, ende het groot geloof ende

[pagina 419]
[p. 419]

aensien, daer sij teghenwoordichlijcken in zijn, en maeckender gheen werck met allen van, oft sij met woorden oft metter daet een arm oft onmachtich mensch overtreden, ende eenigen trots, oft schimp aendoen: denckende dat den ghenen die sij onghelijck ghedaen hebben, mits dat hij als nu geen goet, gunst oft bijstandt van vrienden ende maghen en heeft, oock nimmermeer middel sal connen hebben, om hem selver te wreken, oft henlieden van gelijcken weder te doen: maer dat hij gehouden is, het leet dat hem geschied, seer haest te vergheten: Niettemin hoe seer dat dese tyrannen (met recht mogen sij met hunnen eyghen naem ghenoemt worden) bedroghen zijn door heur groote dwaesheyt ende onverstant, dat sal heur de gelegentheyt, ende den tijt ten laetsten noch wel doen bekennen. Doch eerstelijck wil ick heur vermaent ende gewaerschouwt hebben door de tegenwoordighe Devijs van eenen man, die neder geseten zijnde, in een marmer plat tafelken snijdt oft houdt tghene hem in de ghedachten noch steeckt, met dese bijgevoegde woorden, Scribit in marmore laesus: dat is, Die onghelijck geschiet is, schrijft sijn leet in eenen marmersteen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken