Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren
Afbeelding van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leerenToon afbeelding van titelpagina van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.22 MB)

XML (0.78 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie
non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/rechtswetenschap


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren

(1948)–A. Pitlo–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 124]
[p. 124]

Hoofdstuk XIV

Verhandeling
van het
Notaris-ampt,
of
Korte Inhoud
van al het zaaklijke dat tot de wetenschap
van het Notariaat vereischt wordt;
Benevens een kort en bondig
Examen,
zeer dienstig voor alle de geenen die zich
op het Notaris-ampt toeleggen.
In vraag en antwoorden opgesteld
Door
P.F. Rechtsgeleerde.
derde druk
te Amsteldam,
Bij P.G. en N. Geysbeek, Boekverkoopers.
1804.

De eerste druk dateert van 1740. Van wanneer de tweede druk is, heb ik niet kunnen achterhalen. Ik put uit het eenige exemplaar dat ik in handen heb weten te krijgen, een derden druk, uit den aanvang van de 19de eeuw. Blijkens de opmerkingen, die Lybreghts over den eersten druk van dit werkje maakt (zie p. 131), is de derde druk gelijkluidend aan den eersten.

Het titelblad belooft veel. En de aanhef van de Voorrede spant onze verwachtingen nog hooger. ‘Ziehier, waarde Lezer! een kort en bondig tractaat, waarin gij in een kort bestek dat geen zult vinden, het welk tot eene grondige kennis van het notariaat vereischt wordt, en waarmede zich een ieder binnen een korten tijd tot

[pagina 125]
[p. 125]

het Ampt van Notaris bekwaam kan maken. Waarbij gevoegd is een kort Examen, niet alleen ten hoogsten dienstig voor die geenen die het voorschreven Ampt ten eenige tijde trachten te oefenen, maar zelfs voor ieder' ingezeten, die met grond, door behulp van dit tractaat, van allerhande Acten zal kunnen oordeelen, en dezelven zonder schroom, indien het vereischt wordt, verbeteren.’

De inhoud beantwoordt allerminst aan deze schoone voorspiegelingen. De tekst beslaat 51 pagina's van dit in 8o uitgegeven boekje. Daarvan zijn de eerste 31 pagina's gewijd aan een ‘verhandeling van het notarisampt’. Wij vinden hier - uiteraard zeer beknopt - wat een notaris is, wat hij te doen heeft, waaraan hij denken moet. Het zit, zooals Lybreghts aantoont, vol fouten en is opgestopt met een goedkoope schijngeleerdheid van Latijnsche termen en rechtsspreuken.

Dan volgen er twee bladzijden onder den titel ‘Kort begrip van het geen, ingevolge van het voorheen gedoceerde, in het examen der notarissen aan hen kan worden voorgesteld’. Het is een lijstje van 24 vragen. Ik neem er eenige uit over:

19Wanneer is een handeling of contract frauduleux?
20Wanneer is een acte simulaat?
21Wat is het verbod dat een contract niet usurair mag zijn?
22Welke handelingen zijn naar rechten verboden?

Op de 24ste vraag volgt de verzekering: ‘Als een notaris deze 24 vragen kan beantwoorden, kan hij zijn promotie bekomen’.

Het slot van het boekje is een Kort examen der notarissen, beslaande 18 bladzijden. Als wij het naast het examen uit van Aller leggen, zien wij, dat het bijna letterlijk is overgenomen. In dit Kort examen lezen wij als eerste vraag: Wat is een notaris en waarin bestaat zijn Ampt? En het antwoord luidt: Een openbaar Beamptschrijver, in dier voege als hiervooren in de inleiding tot

[pagina 126]
[p. 126]

een openbaare Beamptschrijver breeder staat geëxpresseerd. Bij van Aller luidt het antwoord: Een openbaar Beamptschrijver, in sulker voegen als hiervoren in de Inleydinge tot een openbaren Beamptschrijver breeder staat geexpresseert. Men ziet, het plagiaat is niet gecamoufleerd!

De letterdiefstal in dit boekje is groot en slordigbrutaal. Een paar maal vinden wij verwezen naar ‘hetgeen reeds te voren in deze inleiding is behandeld’, terwijl het onderwerp daar voor het eerst ter sprake komt. Ook op die plaatsen hebben wij te doen met letterlijk plagiaat uit van Allers Inleydinge.

Dit prul geeft een totaal verkeerden kijk op wat voor het notarieel examen en het notariaat in dien tijd vereischt werd. Lybreghts heeft er de pen tegen opgenomen. Deze heftige man, ook hier niet van eenige querulantie vrij te pleiten, wijdt aan de bestrijding van dit lorrige boekje bijna evenveel vellen druks, als het geheele boekje beslaat. Hij toont aan, dat het waarschijnlijk een oud dictaatje is, of een oude verzameling van aanteekeningen, vol innerlijke tegenspraak, die door P.F. op onverantwoordelijke wijze, als ware het zijn eigen werk, gepubliceerd is.

Verschuilt zich achter de initialen ‘P.F.’ notaris Mr. P. Forcade, te Vianen resideerende van 1738-1742? Het jaartal klopt, de eerste druk is verschenen te Utrecht, hetgeen ook klopt, want wie in Vianen schreef, zal wel naar een drukker in Utrecht zijn gegaan. Maar dit is slechts een vermoeden.

Wij kunnen ons over dit alles niet meer zoo boos maken als Lybreghts dat deed. Meer zal ik er niet over zeggen, want slechts terwille der volledigheid maak ik van dit onbeduidende tractaatje gewag. Schrijver noch drukker hebben zich van Lybreghts aanval iets aangetrokken. Want in den derden druk vinden wij woordelijk dezelfde plagiaten. Men heeft zelfs niet gepoogd den schijn te vermijden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken