Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren
Afbeelding van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leerenToon afbeelding van titelpagina van De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.22 MB)

XML (0.78 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie
non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/rechtswetenschap


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken en wat zij ons omtrent ons oude notariaat leeren

(1948)–A. Pitlo–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 158]
[p. 158]

Hoofdstuk XX

Praeceptor
der jonge
Notarissen
of,
de Wiskunst
der
Notariaale Practyk:
kortlijk bij vraagen en antwoorden,
midsgaders door instrumenten, daartoe
betrekkelijk, gedemonstreerd
en samengesteld,
door
Mr. Franciscus Lievens Kersteman,
Professor honorair en Doctor der beide rechten.
te Amsteldam, bij
J.B. Elwe.
MDCCXC.

De Kersteman van 1790 is een deerniswekkende, verouderende man, die uit armoede soms in bedelaarshuizen zijn toevlucht moet zoeken. Maar zijn geestkracht blijft ongebroken. Hij schrijft in deze jaren in razend tempo. Broodschrijverij; maar - ik oordeel slechts over het juridische werk - de begaafdheid van den auteur houdt het toch steeds op een zeker peil. En de pen blijft vlot en willig in de hand van dezen veerkrachtigen man - die zich zelf zijn ellende te wijten heeft, maar den moed nooit verliest - het werk ontaardt niet in een zichzelf herhalen.

Hij is in 1790, als zijn Praeceptor der jonge Notarissen verschijnt, 62 jaar (na 1792 verneemt men niets

[pagina 159]
[p. 159]

meer van hem); het is dan 25 jaar geleden dat hij de Nieuwe Oeffenschoole schreef. Was er behoefte aan een werk als dit? Geenszins. De uitkomst bewijst dit; het werd niet herdrukt. Als de bittere geldnood hem niet gedreven had, zou Kersteman dit werk niet hebben geschreven.

Vergelijkend zijn beide notarisboeken zien wij, dat hij in den Praeceptor meer onderwerpen behandelt dan in de Nieuwe Oeffenschoole, maar hij gaat er minder diep op in. Het is oppervlakkiger, het is haastwerk. Toen de nood hem niet drong, schreef hij beter. De aardigheid is er voor hem af, de fleur in het leven is voor hem verstorven. Hij noemt nu zijn comparanten gewoon A en B. En met 250 pagina's 4o slaat hij zich er door heen.

Maar nergens is het tot een herhaling of een overschrijving van het oudere werk gekomen. Uiteraard vinden wij er dezelfde juridische opvattingen in neergelegd als in de Nieuwe Oeffenschoole, maar hij geeft overal andere casusposities, andere modellen en een andere opzet van het betoog.

De auteur dient zijn boek met bescheidenheid aan. In de korte voorrede staat: ‘ondertusschen heeft men dit beknopt tractaatjen, gedeeltelijk getrokken uit de beste schrijveren, gedeeltelijk opgehelderd met de benodigde Explicatiën en daartoe behoorende opstellen van Instrumenten van eigen Inventie, alleenlijk willen doen dienen, om een generaalen grondslag te leggen, tot de kennis der uitgestrekte pligten van het Notarisamt’.

De branie is er uit. Kersteman is a wiser and a sadder man geworden. En hij zorgt dan nu ook, behalve voor een inhoudsopgave, voor een voorrede en een bladwijzer op de modellen. De opzet is in zooverre dezelfde gebleven als die van de Nieuwe Oeffenschoole, dat ook hier ieder hoofdstuk in drie gedeelten is verdeeld: vraag en antwoord, explicatie en modellen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken