Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Volledige werken. Deel 2 (1884)

Informatie terzijde

Titelpagina van Volledige werken. Deel 2
Afbeelding van Volledige werken. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Volledige werken. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.31 MB)

Scans (10.18 MB)

ebook (2.98 MB)

XML (0.61 MB)

tekstbestand






Editeur

Jozef Staes



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Volledige werken. Deel 2

(1884)–Theodoor van Rijswijck–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 50]
[p. 50]

De Bedelaer.

 
Wie komt daer ginds de bergen af
 
Gewikkeld in een slordig kleed?
 
Hy kromt zich op een eiken staf,
 
Als onder 't wigt van innig leed.
 
Een degen hangt hem langs de leden.
 
Met zynen knapzak, naer beneden.
 
 
 
De sneeuw bedekt geheel het oord,
 
En snerpend jaegt de wind in 't rond:
 
o Man! gy kunt niet verder voort,
 
De nacht daelt neêr, de hagel wondt.
 
Treedt in myn stulp en vlei u neder,
 
God gunne u morgen beter weder.
 
 
 
Kom grysaerd, kom, het haerdvuer brandt;
 
Kom, doe uw bibbrend lyf te goed,
 
Ik reik als gastvriend u de hand.
 
Blyf, tot de storm heeft uitgewoed;
 
Het avondmael wordt opgedragen,
 
Deel het met my en myne magen.
 
 
 
Was hem de melksoep te gemeen,
 
Of was de koek te hard gebraên;
 
Hy zag in mymring voor zich heên,
[pagina 51]
[p. 51]
 
En raekte 't een noch 't ander aen:
 
En wie hem iets bestond te vragen,
 
Hy hield zyn oogen neêrgeslagen,
 
 
 
Als zag hy in een sluimerdroom
 
Wat hem dit uer was toebeschikt;
 
Zoo zat hy, als een eikenboom,
 
Die door den fellen storm verwrikt.
 
Weldra met zyne trotsche takken
 
In 't mulle zand moet nederknakken.
 
 
 
Myn grysaerd! hebt gy uwe kling
 
Gezwaeid in meer dan éénen stryd?
 
Waer of gy toch dien houw ontvingt
 
Die u de wangen oversnydt?
 
Waer hebt gy voor 's lands heil gevochten?..
 
Vertel ons iets van uwe togten -
 
 
 
En allen zagen op hem neêr,
 
Zyn oogen schemerden zoo doof;
 
Zyn lichaem plooide meer en meer
 
Tot dat het van de zitbank schoof...
 
Ter hulp schoot ieder om hem henen;
 
En hy lag zielloos op de steenen.

(Naer het Engelsch.)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken