Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Met twee maten (1956)

Informatie terzijde

Titelpagina van Met twee maten
Afbeelding van Met twee matenToon afbeelding van titelpagina van Met twee maten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.77 MB)

Scans (1.65 MB)

ebook (3.24 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

bloemlezing


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Met twee maten

(1956)–Paul Rodenko–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

VII
De twee maten.

In mijn voorrede heb ik al gezegd, in grote lijnen, hoe deze dubbele bloemlezing tot stand is gekomen, nl. volgens de principes goed-slecht en warm-koud. Laat ik de eerste afdeling van de bloemlezing voor het gemak de a-keuze noemen, de tweede de b-keuze. Over de a-keuze als zodanig valt eigenlijk weinig te zeggen: ik heb eenvoudig die gedichten als ‘kern’ bijeengebracht die mij, koel oordelende, wel tot het beste leken te behoren van de laatste halve eeuw; ik ben hier dus in principe niet anders te werk gegaan dan ieder ander bloemlezer; wanneer er een keuze gemaakt moest worden tussen twee gedichten van dezelfde schrijver, die allebei tot zijn ‘beste’ behoorden, maar waarvan het een ‘representatiever’ leek dan het andere, heb ik het eerste gekozen. Maar twee dingen dienen hierbij opgemerkt te worden. In de eerste plaats stond de ruimte niet toe een uitgebreide keuze te maken, zodat sommige dichters in deze ‘kern’ wat eenzijdig vertegenwoordigd zijn; laat ik dus zeggen dat de bloemlezing (dit geldt zowel voor de a- als voor de b-keuze) een keuze van gedichten geeft die men als ‘kern’ zou kunnen beschouwen, maar dat daarnaast een tweede, een derde ‘kern’ met gelijke poëtische rechten zouden zijn te vormen. In ieder geval lijkt deze ‘kern’ mij niet minder dan een andere ‘kern’ van gelijke omvang, zodat het er voor het praktische doel van deze bloemlezing niet op aankomt. Een belangrijker punt is dit: in de b-keuze komen een aantal gedichten voor, die vrij algemeen tot de beste of sterkste

[pagina 130]
[p. 130]

gedichten van deze eeuw gerekend worden; hadden deze dan niet net zo goed in de a-keuze kunnen staan?

Hier ligt inderdaad een moeilijkheid en ik moet toegeven dat het werken ‘met twee maten’ soms wel eens een beetje op schaken met jezelf gaat lijken, waarbij zich altijd de moeilijkheid voordoet wie van mij beiden nu wit en wie zwart is. Maar tenslotte is het niet zo, dat de a- en de b-keuze twee radicaal tegengestelde gezichtspunten vormen; zelfs al was het zo, dan nog zou het kunnen voorkomen dat een bepaald gedicht in beide bloemlezingen past: een gedicht is immers een zeer complex geheel en het is zeer wel mogelijk dat men hetzelfde gedicht op radicaal tegengestelde gronden mooi vindt. Ik heb dus in het algemeen een gedicht, dat zowel naar het a- als naar het b-criterium een hoogtepunt vormt, in die afdeling ondergebracht, waar het in het kader van de totale keuze, het totale beeld, het meest op zijn plaats leek. Om de confrontatie van de a- en de b-keuze ook werkelijk een ‘experiment’ te doen zijn (en niet een dogmatisch lesje) heb ik het mijzelf en de lezer niet gemakkelijk gemaakt door bv. een verzameling ‘uitgesproken’ a-gedichten, ook als ze minder goed zouden zijn, tegenover een verzameling ‘uitgesproken’ bgedichten, ook als ze minder goed zouden zijn, te plaatsen; ik heb voor beide afdelingen ‘het beste’ gekozen, voor de b-afdeling dus het beste volgens het criterium warm-koud (of juister: warm-warmer-warmst), een criterium dat ik bij mijn eerste keuze (vóór ik een definitieve selectie maakte) met opzet volkomen intuïtief heb toegepast, waarbij mij gebleken is dat het criterium binnen de warme zone - dus waar het gaat om het op hun onderlinge waarde toetsen van de eenmaal uitgekozen b-gedichten - niet wezenlijk verschilt van het a-criterium. Alleen, de oorspronkelijke keuze, de b-keuze als zodanig, verschilt hierin van de a-keuze dat zij bij dezelfde dichter in het algemeen een andere zone van in aanmerking komende gedichten aanwijst; maar dat er niettemin overlappingen zijn (en dat een gedicht dat in de a-afdeling voorkomt daarom voor het b-criterium niet per se helemaal koud hoeft te zijn, meestal zelfs in de lauw-tot-warme, alleen niet in de warmste

[pagina 131]
[p. 131]

zone ligt) spreekt wel vanzelf en maakt het ‘experiment’ mijns inziens juist waardevoller. De lezer kan nu meeexperimenteren, volgens eigen inzichten hergroeperen enz. De b-keuze blijkt dan, zoals ik naar ik hoop in deze verantwoording heb aangetoond, een zekere innerlijke consistentie te vertonen, een ‘warme zone’, die dwars door alle scholen, richtingen en dichterfiguren heen, onder bepaalde aspecten Verwey met de experimentelen blijkt te verbinden (van wie ik er in de b-keuze maar een drietal heb opgenomen, omdat het belang van deze bloemlezing nu eenmaal in de herwaardering, hergroepering van het verleden ligt en de experimentelen anders teveel ruimte in beslag hadden genomen: en dat de b-keuze relatief veel uit het werk van de experimentelen zou aanwijzen ligt voor de hand). Ik heb in deze verantwoording alleen enkele van de belangrijkste aspecten aangeroerd en getracht deze in hun onderlinge, organische samenhang te tonen; natuurlijk zijn er nog heel wat meer aspecten die de b-dichters onderling verbinden en die de a-dichters weer verbinden in hun gezamenlijk anders-zijn ten opzichte van de b-dichters. Over het algemeen zal de a-bloemlezing minder homogeniteit vertonen dan de b-bloemlezing, omdat de keuze hier niet op één consistent criterium berust, - althans, naar mijn mening is de b-bloemlezing door een zekere homogeniteit en consistentie gekenmerkt, maar het laatste woord in dezen is natuurlijk aan de lezer.

 

PAUL RODENKO


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken