Met twee maten (1956)

Met twee maten

(1956)–Paul Rodenko– rechtenstatus

Auteursrechtelijk beschermd

Inhoudsopgave

Inleiding - tevens gebruiksaanwijzing

Met de ene maat Albert Verwey ‘Ik heb u lief’

Herman Gorter De dag gaat open als een gouden roos

Henriette Roland Holst-van der Schalk O diepe baai en altijd open haven

J.H. Leopold Duizend en een nacht

In de bleke wangen als violen

P.C. Boutens Goede dood

Karel van de Woestijne Gij zult mij allen, allen kennen

Ik droom uw droom

Sluit uwe oogen op het licht

De meiskens uit de taveernen

Johan Andreas dèr Mouw (Adwaita) Lang rolt, een bol van klank, de knal van 't schot

Jacob Israël de Haan Doodsangst

[Wie (dwaas!) boven zijn twee-heid meent te stijgen]

[Door God alleen tot God gedreven]

Geerten Gossaert Het brandende wrak

P.N. van Eyck O dood, geheime nachtegaal

Een donker huis

Wie zijn lijden eeuwge noodzaak heeft bevonden

F. Schmidt-Degener Threnos

Viool der waarheid

H.W.J.M. Keuls Het leven heeft alles geschonden

Ik ben verwonderd en alleen

J.C. Bloem November

De Dapperstraat

Willem de Mérode Vaas met Judaspenning en pauweveren

Jan van Nijlen Het wonder van de kermis

A. Roland Holst Het leven

Willem Elsschot Het huwelijk

J. Greshoff Liefdesverklaring

J.W.F. Werumeus Buning Zoo teedere schade als de bloemen vreezen

Richard Minne Dag van schoonheid

Droomde ik niet eens van alle malkontenten

Martinus Nijhoff Satyr en Christofoor

De kamer hardt de lucht niet langer van

Paul van Ostaijen Marc groet 's morgens de dingen

Rijke armoede van de trekharmonika

Gaston Burssens Uit: Elegie

[En toen haar hartslag aan haar slapen]

[En toen het laatste gulpje bloed haar mond ontsprong]

Marnix Gijsen De krantenvrouw

Herman van den Bergh Wij voeren het kouter

H. Marsman Invocatio

De hand van den dichter

Hendrik de Vries Mijn broer

Ziek en moe naar mijn bedje gebracht

J. Slauerhoff Grafbeeld van Nôfrit

Birds in the night

Jan Engelman Adieu

Anthonie Donker De nachtegaal

Pierre Kemp Principe

Mevrouw N.N. te zijn

Victor E. van Vriesland Gedragslijn

S. Vestdijk Keuvelend met verliefde kronen

De uiterste seconde

Leda en de zwaan

E. du Perron P.P.C.

Gerard den Brabander Schaatsenrijden

Ik, kleine slaaf van poëzie en taal

Zich niet meer...

Gerrit Achterberg Het schilderij

Wassende breedte

Ida G.M. Gerhardt Het gebed

Maurits Mok Een nieuwe dag

Karel Jonckheere Bij de dood van een parelhoen

Ed. Hoornik De man in de stad

M. Vasalis De idioot in het bad

Adriaan Morriën Annunciatie

Landelijke liefde

Bertus Aafjes In den trein

Gerard Diels Liedje

Nes Tergast De nacht brak

J.B. Charles De poppen

L. Vroman Volencis

Guillaume van der Graft Maastricht

Hans Lodeizen [Vertellingen en ongelukken gingen altijd samen]

[Al die dingen gebeuren en zijn]

Met twee maten I ‘Experimentelen, wat nu?’

II De poëzie van het echec.

III De toekomst ligt in het verleden.

IV Originaliteit als poëtische tucht.

V De Oer-sprong uit het Andere.

VI De poëzie van het ‘vlies’.

VII De twee maten.

Met de andere maat Albert Verwey De weg van taal

De sloper sloopt. De regenvlagen waaien

Herman Gorter Stil staan wij, als twee meeuwen

['t Gele riet rondom]

[De zon is op en 't is hier stil]

Henriëtte Roland Holst-van der Schalk Goddelijke baring schuimt in de kolken

Geduld mijn ziel en geduld

A. van Collem Ben ik de klank die door de luchten relt

Dit zal het einde zijn: een witte doek

Ik heb dit lichaam wel bemind: de zon

Zoals deez' tekens, door de dunne wand

J.H. Leopold Staren door het raam

In het besomberde vertrek

Ik keer mij toe en mijn gezicht

P.C. Boutens Morgenlijk verwachten

En nu - ik ben niet meer alleen...

Liedje van de straat

Karel van de Woestijne Een vrucht, die valt

Het huis is rondom mij vol sletten en soldaten

De dag schuift vóór den Dag

Geur van het reeuwsche beest

Johan Andreas dèr Mouw Stuk gruiz'len, 't strand op, van de horizont

Jacob Israël de Haan Geselstraf

[De vogel zingt]

[Dood: en ik haat u, Dood; ik haat u]

Geerten Gossaert Thalassa!

P.N. van Eyck Naar Zoagli

F. Schmidt-Degener 't Woord zoekt de tuin van Eden

H.W.J.M. Keuls De regen spint zijn dunne draden

Mijn woorden aarzelen altoos

Verraadt mij niet, zwevende kleine stemmen

Ik ben u na uw sterven gaan beminnen

J.C. Bloem Eerste lentedag

Willem de Merode Dit blijft altijd: dat mij uw ogen lichten

Jan van Nijlen Landschap

A. Roland Holst De verlorene II

Ex tenebris mundi

Afnemend omoorlogen

Zij voorspelden mijn lied

J.W.F. Werumeus Buning Sonnet

Adieu, herinnering

Richard Minne Utopia

Martinus Nijhoff Memlinc

Het stenen kindje

Het lied der dwaze bijen

Paul van Ostaijen Wals van kwart voor middernacht

Gaston Burssens Dreef van niet bezongen Lust

Bedrogen Uitkomst

Marnix Gijsen Bij een sterfbed

Herman van den Bergh Achter de stilte

Terras der vreemde goden

H. Marsman ‘Paradise regained’

Hendrik de Vries Koorts

J. Slauerhoff Quelpart

Jan Engelman Voi che sapete

Pierre Kemp Avondstemming

Zwart-blauwe punt-poort in het heelal

Victor E. van Vriesland Middag

S. Vestdijk De dode zwanen

Gerard den Brabander Vervloekt

Al in den droom vermoord

Daar scheert door de verlatenheid der eeuw

Ik ben de vrucht van dit vijandig paren

Dichters moeten de minnaars uit zich weren

Maurice Gilliams Tristitia Ante

Gerrit Achterberg Achter het einde

Het meisje en de trom

Ida G.M. Gerhardt De mantel

Maurits Mok Waar gaat haar licht nog om....

Ed. Hoornik Ontploffing

Op school stonden ze......

M. Vasalis De weg terug

Onweer in het moeras

Paard gezien bij circus Straszburg

Adriaan Morriën Twee werelden

Bertus Aafjes Naar de natuur

De dag van morgen

Gerard Diels Toen naakte handen, met verzet geladen

Spaanse gitarist

Nes Tergast Zie

Nog is het niet zo ver terug

J.B. Charles Voor het verdronken meisje

L. Vroman Aan R.N.

Voor wie dit leest

Guillaume van der Graft Advent I

Ochtendgebed voor als het nog donker is

Hans Lodeizen In een wereld van louter plezier

Hans Andreus Studie in Indigo

Met scherpe blinde ogen

Lucebert Het boek

Hugo Claus Een maagd