Bijlage III (bladz. 48).
Ziehier de eenige versjes, die in het geheugen van oude vrienden van Willems nog bewaard bleven, uit een stukje, in 1830 door hem aan Willem I opgedragen:
1.
Goede Willem, Neerlands vader,
Die mijn koning waart en blijft.....
2.
'k Noemde U eertijds Neerlands vader,
Toen geen rampspoed trof als nu;
'k Werd geen muiter, geen verrader.
Altijd klopt mijn hart voor U.
3.
Doe, o Vorst! uw recht beklijven;
Stel een einde aan onze smart;
Mocht Gij in mijn land niet blijven,
Altijd blijft Gij in mijn hart.