Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel (1858)

Informatie terzijde

Titelpagina van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel
Afbeelding van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakelToon afbeelding van titelpagina van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.75 MB)

XML (1.41 MB)

tekstbestand






Editeur

Jan Baptist David



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel

(1858)–Jan van Ruusbroec–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

Vander gouden croenen der Arken. C. CXLIX.

18Voert meer de vrie eningheGa naar voetnoot3, die God maect met ons 19ende wi met Gode, die venden wi doergaen ende overvloit

[pagina 229]
[p. 229]

1met sijnre minnenGa naar voetnoot1, gheliker wijs dat de arke in der figuren 2overdect was, binnen ende buten, met puren goude. Hier 3boven hadde de arke in der figuren ene croene, ochte ·j· 4boert van finen goude, also wijt alse die arke was. Hier 5mede versta wi in dat overste onser eninghen een minleec 6omhelsen Gods ende onsGa naar voetnoot2, daer onse minne ende alle onse 7werke mede ghecroent sijn. Ende dit es dat hoechste daer 8onse ghemetene salicheit in gheleechtGa naar voetnoot3, ende des en ghe- 9voelt niemen dan die eninghe met Gode in sinen gheeste 10beseten heeft.

voetnoot3
Al onze handschriften hebben vrie. Daerentegen heeft Surius PorrĂ² triplicem illam unionem.
voetnoot1
Sur. ejusdem ipsius Dei amore inundatam ac penetratam sentimus.
voetnoot2
Sur. per quam (coronam) nos amorosum Dei ac nostrĂ® complexum accipimus in supremo unionis nostrae.
voetnoot3
Sur. in quo salus nostra finita consistat.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken