Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar (1997)

Informatie terzijde

Titelpagina van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar
Afbeelding van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van CalcarToon afbeelding van titelpagina van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (34.03 MB)

Scans (73.16 MB)

ebook (21.27 MB)

XML (2.58 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

bloemlezing
non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar

(1997)–Piet Couttenier, Lia van Gemert, Karel Porteman, M.A. Schenkeveld-van der Dussen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 479]
[p. 479]

‘Mannelijk dravende’ zielsgedichten
Anna Rethaan
(Middelburg, 6 januari 1684 - Middelburg, 30 oktober 1729)

Anna Rethaan werd op 6 januari 1684 geboren in Middelburg. Haar moeder Margaretha Everaarts, die in Tholen woonde, was net in Middelburg toen het kind zich aandiende. Johan Pieter Rethaan was in Tholen stadspensionaris.

Pas toen ze 42 jaar was ging Rethaan gedichten schrijven. Deze laatbloei ontstond misschien wel omdat er een dichtende schoonzoon in de familie gekomen was: Pieter Boddaert (1694-1760). Hij was getrouwd met een stiefdochter van Anna Rethaan, een kind uit een eerder huwelijk van Johannes Radaeus, met wie Anna Rethaan in 1706 trouwde. Deze Boddaert publiceerde zijn eerste bundel Stichtelijke gedichten in 1726. Anna Rethaan las haar schoonzoon, die slechts tien jaar jonger was, soms voor uit eigen werk.

Het was ook Pieter Boddaert die de gedichten van Rethaan na haar overlijden klaar maakte voor de pers. Iets van de drukgeschiedenis van het bundeltje is te volgen uit brieven die een vriend van Boddaert, Pieter de la Ruë, schreef aan de Amsterdamse ondernemer en gelegenheidsdichter Barend Gerbrandt Homoet (1695-1769). Op 11 juli 1730 kondigde De la Ruë aan dat het bundeltje mogelijk gedrukt zou worden. Op 19 september van datzelfde jaar was het boekje inderdaad verschenen bij de Middelburgse drukker Schrijver. De la Ruë en Boddaert kregen als tekstbezorgers maar een beperkt aantal exemplaren, zodat ze enkele vrienden moesten teleurstellen. Uit een brief Van de la Ruë van 3 november 1730 blijkt dat de bundel door ‘Hollandse liefhebberen’ - wie dat dan ook mogen zijn - goed ontvangen werd. In zijn ‘Mengeling van aantekeningen’ beschrijft Pieter de la Ruë enkele concrete reacties op de bundel van Rethaan. De meningen waren verdeeld. Sommigen vonden dat de gedichten van Rethaan enige bevalligheid misten. Maar Homoet vond de gedichten van Rethaan juist erg goed omdat ze zo ‘mannelijk draafden’.

In 1737 werd er ten behoeve van het Panpoeticon Batavum een schilderij gemaakt naar een portret van Anna Rethaan op 23-jarige leeftijd. Lucas Pater tekende voor het gedicht dat haar afbeelding in het juiste licht moest plaatsen. Hij constateerde:

 
Nu sticht ze met haar dicht, eerst deed zij 't met haar leven;
 
Doch hare oprechte ziel heeft zich naar God begeven.

Naast vijf verjaarsgedichten bevat het bundeltje van Rethaan op één uitzondering na slechts sonnetten. De thematiek van de gedichten laat zich niet moeilijk samenvatten. De gedichten beschrijven en becommentariëren voortdurend de toestand van de vrome. Het is karakteristiek dat de eerste vijf sonnetten opschriften dragen die de verschillende geestelijke situaties van de ziel weergeven: de zuchtende ziel, de ziel bemoedigd, de onderworpen ziel, de verkwikte ziel, de gebrekkige ziel.

De gedichten van Anna Rethaan gaan over het gevoelsleven van de gelovige, die nu eens door Gods liefde vrede ervaart, dan weer door eigen zonde met gevoelens van zelfverachting te kampen heeft. Het bundeltje bevat verder twee gedichten over zelfonderzoek, twee avondmaalsgedichten en twee gedichten over de dood.

[pagina 480]
[p. 480]


illustratie
86 [Toegeschreven aan] Johan van Haensbergen (1642-1705), Anna Rethaan Het kapsel, en de laag uitgesneden en rijk versierde jurk staan in opmerkelijk contrast met de exclusief-vrome inhoud van Rethaans gedichten


[pagina 481]
[p. 481]

1. Verkwikte ziel

In dit sonnet beschrijft de dichteres een bijna mystieke ervaring tijdens het bidden. In geestesvervoering meende ze dat ze de ‘strijdende kerk’ (Gods kinderen op aarde) verlaten had en opgenomen was in de ‘triomferende kerk’ (de gestorven zaligen).

Verkwikte ziel
 
Wat hemelstraal! wat licht, was 't, Heer, dat in mij scheen!
 
Terwijl ik voor uw troon, ootmoedig neergebogen,
 
U bad met hert en mond en alle zielsvermogen,
 
Was 't of aard', zond', ramp, vriend, lief, leed, ja al verdween.
 
 
5[regelnummer]
't Was, Jezus, of mijn ziel, ten hemel ingetreên,
 
U heerlijk zag, en in verwond'ring opgetogen,
 
Door liefdenskracht verruktGa naar voetnoot7, het onvolmaakte ontvlogen
 
In u, mijn hoofdGa naar voetnoot8, met God reeds was volmaakt ineen.
 
 
 
't Was of in vreugdezang ik mij, met heilige engelen
10[regelnummer]
En zaligen vereend, thans ongestoord zou mengelen
 
In Godes roem; de strijd scheen voor mij uitgestreên;
 
 
 
En of ik eeuwig in triomf met u zou leven:
 
Maar ach! in korten tijd heeft mij dees vreugd begeven,
 
En 'k vind mij nog, helaas! in 't strijdperk hier beneên.

2. Op het afsterven van Juffrouw Sara Petronella Jacobi

In dit begrafenisgedicht beschrijft de dichteres de milde dood (euthanasia), die de gelovige verlost van het zondige vlees en het zwakke lichaam en haar leidt in de heerlijkheid. Aanvankelijk geniet de ziel (hier: de geest) afzonderlijk van de eeuwige rust; het lichaam wordt na het laatste oordeel met de ziel verenigd.

Op het afsterven van Juffrouw Sara Petronella Jacobi, Den 8 Maart 1727
 
Daar ligt nu mijn vriendin! de dood heeft haar geveld;
 
Maar denk niet, dat zij door de dood is overwonnen.
 
Neen, neen! de geest is in 't volmaakt bezit gesteld
 
Van 't leven, dat zij door Gods Geest hier had begonnen.
 
 
5[regelnummer]
Zij wordt niet, als voorheen, door 't zondig vlees gekweld;
 
Angst, pijn, ramp, vijand haar niet meer benauwen konnen,
 
Terwijl ze ook 't lichaam wacht, bevrijd van 's doods geweld,
 
Wordt de eedle geest verzaad uit de eeuw'ge levensbronnen.
[pagina 482]
[p. 482]
 
In alles heeft ze op Gods, haars Vaders, gunst vertrouwd.
10[regelnummer]
't Geloof, op Christus' recht en voorbeê vast gebouwd,
 
Deed haar, vol liefde en hoop, heur einde vrolijk wachten.
 
 
 
Zij vond haar troost in 't woordGa naar voetnoot12, door 's Geestes licht bestraald.
 
God heeft, eer 't kwaad heur trof, de ziel tot zich gehaald,
 
Terwijl zij in zijn roem sleet 's lichaams laatste krachten.
Bron
‘Nagelatene gedichten van vrouwe Anna Rethaan’. In: Nagelatene Gedichten van vrouwe Anna Rethaan, en van Juffrouwe Anna Maria Vincentius. Middelburg 1730.
(1) p. 6.
(2) p. 38.

Literatuur
F. Nagtglas, Levensberichten van Zeeuwen. Deel II, p. 455-457.
P. de la Ruë, Geletterd Zeeland. 1741. p. 140.
Pieter de la Ruë, ‘Mengeling van aantekeningen’. UBA, sign. XIV G 2, 6e honderdtal, aant. 98; vgl. 5e honderdtal, aant. 77.
SP
voetnoot7
in geestvervoering
voetnoot8
Christus wordt voorgesteld als het hoofd van zijn gemeente
voetnoot12
de bijbel

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • Nagelatene gedichten van vrouwe Anna Rethaan en van juffrouwe Anna Maria Vincentius


auteurs

  • S.D. Post

  • over Anna Rethaan


datums

  • 8 maart 1727