Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Christelijke religie (1949)

Informatie terzijde

Titelpagina van Christelijke religie
Afbeelding van Christelijke religieToon afbeelding van titelpagina van Christelijke religie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.07 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.47 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Christelijke religie

(1949)–K. Schilder–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 22]
[p. 22]

Artikel 16.
De praedestinatione divina.

Wie praedestinatie zegt, zegt voorbeschikking. Deze kan zijn in bonam en in malam partem; ze kan onhouden een beschikking tot berderf en een beschikking tot heerlijkheid. Het woord praedestinatie is hier vox media. De praedestinatie-leer is zeer gewichtig, omdat alles hier afhangt van visie en uitwerking. Velen. loochenen en bestrijden deze leer; in de philosophie wordt er geweldig tegen geageerd, terwijl ook mystieken, pantheisten e.d. er niets van moeten hebben.

Als bv. Spinoza betoogt, dat God geen doel stelt, dan wordt daarmee door hem beweert: God destineert niet, laat staan praedestineert. Zoals een driehoek 180 graden involveert, dus 180 graden gedestineerd zijn in een driehoek, zo zou men moeten zeggen: God is gedestineerd, maar alleen in een logische samenhang, niet in een teletische of voluntatieve samenhang. Ongeveer hetzelfde vinden we bij de Hegelianen: God doet alle dingen door een invendige vrijheidsnoodzaak, maar in God is dan alleen wil en doel te veronderstellen, als men God naar beneden haalt en Hem trekt in het menselijk vlak.

Bovendien beweert deze groep van philosophen, dat God de absolute idee is, die nog God moet worden, die dus op den duur komt tot destinatie, zodat er niet gesproken kan worden van een God, Die van eeuwigheid praedestineert.

De Theosophen verkiezen de term Deitas boven Deus. Ze spreken liever in verband met het doen en denken van God over suchen dan over willen; het is ook van hen verre, om de praedestinatie-leer te aanvaarden. Wij geloven echter, dat de praedestinatie niet een half uur van te voren is te bepalen, want het prae is hier betrokken op alle tijden: van eeuwigheid. Nu iets over de bestrijding in de theologische wereld.

We zien dan, dat vooral de Remonstranten te velde trekken tegen deze leer. Zij zien het zo, dat er van een onveranderlijke voorbeschikking alleen daarom al geen sprake kan zijn, omdat God veranderlijk is. De wortel van deze remonstrantse opvatting is hun onschriftuurlijke Godsleer.

(Cf. in dit verband Hegel: De idee wordt tot God; dus is God principieel veranderlijk; een consilium immutabile van God is bij Hegel onbekend, want waar God veranderlijk is, daar is een onveranderlijk besluit onmogelijk).

Zo ligt ook bij de Remonstranten heel hun dwaling verankerd in de valse leer van een veranderlijken God. Hierin is Vorstius hun voorgegaan. Hij poneerde, dat er in God altijd is een prae (ante) en een post; een amor praecedens en een amor subsequens, een voluntas antecedens en een voluntas subsequens; een bonitas antecedens en een bonitas subsequens; dit treedt dan ook op bij de praedestinatie. De Remonstranten kennen dus wel degelijk de term praedestinatie. Een ketter doet altijd zijn best, de taal van de Kerk vast te houden. Zij leren: God heeft alle mensen lief; dit is een amor praecedens, een generaal genadeverbond na de val. Dan ziet God de onwil bij de mensen en heeft Hij vervolgens nog slechts de gewilligen lief, d.w.z. zij, die een goed gebruik maken van het natuurlijk redelicht (de bijzondere openbaring is niet noodzakelijk). Zo is dus God veranderlijk. Er is alzo bij hen drieërlei praedestinatie:

a.praedestinatio ad primam gratiam;
b.praedestinatio ad gratiam efficacam;
c.praedestinatio ad gloriam.
a.houdt in de roep, die tot alle mensen komt;
b.dan komt de genade voor hen, die aan die roep gehoor geven; dat is dus
[pagina 23]
[p. 23]
een genade, die werkelijk vrucht draagt; maar ook dan kan de mens nog afvallen;
ad c.zij, die volharden tot het einde, ontvangen de gratia ad gloriam en zijr dus begrepen in deze derde vorm van praedestinatie.

De bestemming komt hier achter de feiten aan. Het besluit is weliswaar genomen van eeuwigheid, maar op grond van een ‘vooruitgezien geloof’. Dit alles is volkomen in strijd met de Gereformeerde leer, die naar de Schrift is. Als God naderhand de feiten zou zien en dan naar die onvoorziene feiten zou handelen, dan zou Hij geen God meer zijn! Een afhankelijke God is een contradictio in terminis. De praedestinatie gaat uit van de onafhankelijkheid, van de vrije souvereiniteit Gods.

Het is dan ook geen toeval, dat de Vijf Artikelen tegen de Remonstranten handelen over Christus' verdienste, over de oorzaak der wedergeboorte en over de volharding der heiligen.

De Remonstranten leerden, dat dit de verdienste van Christus is, dat Hij de mogelijkheid verwierf tot wederoprichting van het Verbond; het ligt aan den mens, of God die mogelijkheid op hem kan toepassen. De mens wederbaart zichzelf. Het geloof is de grond van de verkiezing.

Gods Woord leert evenwel duidelijk, dat het geloof nooit grond maar wel vrucht van verkiezing is; cf. Ef. 2:8. Daar staat dia niet met de accusativus, maar met de genitief, waaruit ook overduidelijk blijkt, dat het geloof geen grond kan zijn, maar het instrument is, waardoor wij het heil in Christus aannemen.

In verband met de praedestinatie-leer ontstond ook de kwestie van het infra- en supra-lapsarisme. Het loopt daarbij over de vraag, welke de orde was in Gods besluiten. Deze kwestie zal echter behandeld worden bij de bespreking van het volgende artikel.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken