Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Limburgsch sagenboek (1938)

Informatie terzijde

Titelpagina van Limburgsch sagenboek
Afbeelding van Limburgsch sagenboekToon afbeelding van titelpagina van Limburgsch sagenboek

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.62 MB)

Scans (15.38 MB)

ebook (4.40 MB)

XML (0.56 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

legende-mythe-sage


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Limburgsch sagenboek

(1938)–J.R.W. Sinninghe–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 332]
[p. 332]

Van de betooverde Rapen.

Daar was eens een kindermeisje die met de wichter bloemen ging plukken op de weide. Maar ziet, ze was even weg geweest en toen ze terug kwam bemerkte ze dat de kinderen verdwenen waren.

Ze begon te krijten en dorst niet weer naar huis gaan.

Toen kwam er een heer voorbij, die tot haar zei: ‘Ge moet niet grijnen, ik zal u de kinderen wel terug geven.’

En ziet, hij bracht haar naar een rapenveld en plaatste haar op een stoel midden in het veld.

‘Ziezoo,’ zei hij. Daar hebt ge een stoksken, een tooverstoksken, en daarmee kunt ge de rapen in alles veranderen wat ge maar wilt.’

Ze probeerde 't en het lukte. De eerste raap werd een schoon kleed, de tweede veranderde in een tafel en zoo voorts. Daar waren immers rapen genoeg.

Maar toen de rapen voos en slecht werden, werden de kleeren en alles wat er verder van de rapen geworden was, ook voos en slecht.

Ze had ook een koets getooverd met twee paarden, en de twee kinderen, die ze verloren had, er in.

Maar de koets bleef maar rond het rapenveld draaien, en niet lang had zij er in gezeten, of de raap, waar de koets van gemaakt was, werd ook voos en ze viel er doorheen.

Eindelijk was ze zóó ver gekomen, dat ze doodmoe en hongerig neerzat en haar bleef slechts één raap over. Wat deed ze ermee? Ze at hem op.

[pagina 333]
[p. 333]

Toen kwam de ‘aardige’ heer weer terug en nam haar het tooverstoksken af.

En ze stond daar en wist niet waarheen te gaan.

Gelukkig kwam er op dat oogenblik het rijtuig van haar mevrouw aan en daar zaten op: de knecht, de mevrouw zelf en de twee vermiste kinderen en ze namen het kindermeisje ook mee.

(Vaals).

Bron: 't Daghet in den Oosten, IX, blz. 44.
Aant.: Men hoeft geen psycho-analyst te zijn om in dit vertelsel het relaas van den droom van het kleine kindermeisje te zien, dat heimelijk bang is dat zij de haar toevertrouwde kinderen eens verliezen zal. Men lette op de droombeelden: de koets die maar altijd rond het rapenveld blijft rijden; de mooie dingen die te niet gaan. 't Vertelsel is kort en korter nog de droom; toch is in die enkele seconden een heel veld rapen verrot, wat in werkelijkheid weken duurt.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken