Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[110] Op het dooden van een slangh (p. 188)

toelichting In een passage in dit Spadicht van 1656 blikt Six terug naar een onplezierig oponthoud op Sardinië, naar alle waarschijnlijkheid tijdens zijn oversteek van Alicante naar Genua in het voorjaar van 1650. Het gedicht staat op p. 130 van Six' Poësy.
 
annotatie  
 
1 al: zeker
  oover hondert jaar: dwz. zo goed als dood (een eeuw gold als de maximale levensduur van een mens, wnt iii, iii, 3936)
2 Wyl: Terwijl
  doornemantel: kennelijk een mantel waarmee men zich tegen de doornstruiken beschermde die men tijdens wandeltochten tegenkwam
3 beide Spaân: nl. het Oude, noordwestelijke en het Nieuwe, zuidoostelijke Spa (Guide des curieux, 1818, p. 7-8)
  vermaaklik: genoeglijk
  trantel: kuier (wnt xvii, i, 2048)
5 Barissaar: la Source de Barisart (Baedeker Belgique, 1910, p. 84-85 en p. 88)
  de stoppende fontein: de bron met stoppende werking
6 Van niemand: Door geen van de aanwezige kuurgasten? Of: Door geen mens, dwz. Door mij niet?
  heschonken: van drank voorzien
8 Zoo: expletief, sluit aan bij Wyl (r. 2)
  stip: stap (presens historicum, wnt xv, 1748, deze plaats)
  een gras, en vaarenplein: een open plek in het bos met gras en varens
9 ribbeen: lijf (eigenlijk: borstkas)
  rosse: roodachtige. Sommige adders zijn roodachtig bruin. Ze komen in de Ardennen plaatselijk voor en kunnen tot 80 cm lang worden.
11 stofvraat: stofvreter (vgl. Genesis 3:14). Ook het woord appelwortel legt al een zeker verband met de paradijsslang.
12 Gebeeten: Verstoord
  tangh: tong (klankvariant in rijmpositie; tangh als aanduiding voor ‘gebit’ lijkt minder aannemelijk gezien Uit synen bek, r. 13).
14 stok: de wandelaars te Spa maakten gebruik van soms fraai bewerkte wandelstokken, de zgn. ‘bordons’. Het reisgidsje Den Wegh naar het Spaa, 1655, p. 5 noemt dit ‘Spa-stokje om na de Fonteinen te gaan’ een vast toebehoren voor elke kuurgast (vgl. ook Lafagne, Spa, p. 8 en p. 16-18).
  ontvlooden: die ... ‘de dans ontsprong’ (bepaling bij my, r. 13)
15 de stok des boôs der Gooden: de staf van Mercurius of Hermes, de boodschapper van de goden, waaromheen zich twee slangen kronkelen
16 hoe dat ik was te moe: hoe het mij te moede was
17 Het vermiljoen: De gezonde rode kleur
  heilende: van genezing blijk gevende

[pagina 204]
[p. 204]

19 die grooter slangeblikken: die blikken van een nog grotere slang
20 ongesond: toen ik nog ongezond en dus vanzelf al bleek was
  schicht: pijl
21 Oristan: Oristano, aan de westkust van Sardinië
22 Door: Door ... gedwongen
23 De wolven sach, in schaapekleeren: Me als een schaap door wolven zag bedreigen. Six vergelijkt hier zijn eigen situatie met de ballingschap van Ovidius (vgl. de annotatie bij r. 24).
24 Naso: Ovidius
  in 't Barbaarisch Pontus: in Pontus, het gebied aan de Zwarte Zee, waarheen Ovidius verbannen was. Ovidius klaagt in zijn tweede brief Ex Ponto dat hij zich in zijn ballingsoord temidden van vijandige lieden bevindt. Zij gebruiken addergif op hun pijlen, zo schrijft hij, en gedragen zich tegenover de balling als een wolf tegenover gekooide schapen (vgl. ook Ovidius' Tristia iv, i, 77 e.v.).
25 slongh: slingerde, zwaaide (wnt siv, 1782, deze plaats)
  staf: wandelstok (niet: slang, zoals wnt xiv, 1782 deze plaats verklaart, mogelijk met een beroep op Exodus 4:3-4?)
26 heene: weg
27 Noch gaf het spul: Toch kostte het (nog) moeite (vgl. wnt xiv, 2682-2683)
  bolde: afmaakte (het werkwoord bollen duidt gewoonlijk het doden van runderen met een voorhamer aan, wnt iii, i, 308)
28 Nu ben 'k: in tegenstelling tot Ik was van daagh (r. 1)
  geen: nog geen
29 die: nl. die seevendartich jaar
  straal: dag (eigenlijk: zonneschijnsel)
30 sprokkel: de sprokkelmaand, februari. Six was dus jarig op 19 februari en zou in 1657 37 jaar oud worden.
  ver t'soek: ver te zoeken, veraf. Als het metrum hier regelmatig is, ligt de nadruk op t'soek.
32 Bekommert: nl. door de gebeurtenis, die herinnert aan de onberekenbaarheid van het lot


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken