Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[160] Weerstuit, aan T.D. (p. 279)

toelichting Waarschijnlijk is dit gedicht gericht aan de dichter Theodore Dodeur, een kennis van Six. Six schreef hem vanuit Spanje een uitvoerige dichtbrief en alleen daarin verschijnt Dodeurs naam onafgekort in Six' werk (no. [252]). Six' gedicht no. [81] zal ook aan hem gericht zijn. Dodeur was waarschijnlijk een koopman (vgl. de annotatie bij gedicht no. [252], met name die bij r. 80). Hij heeft wel dichtwerk gepubliceerd: van het in dit gedicht (r. 12) besproken treurspel heb ik geen spoor kunnen terugvinden (circuleerde het alleen in handschrift en had Six er zo kennis van kunnen nemen?), maar een t. dodeur ondertekend grafschrift op Van Galen is opgenomen achter de tweede druk van Montanus' biografie van de zeeheld (Knuttel 7512 (1654), p. 63). Misschien is ook het t:d: getekende gedicht Op 't vernietegen van 't genaemde Engels Parlement Door Olivier Crowel Hun Generael (Knuttel 7367 (1653), plano) van zijn hand. Over de persoon van Dodeur heb ik niets naders gevonden. Een Amsterdammer Gilles Dodeur was in 1625 koopman op de Levant (Heeringa i, ii, 1910, p. 969). Dit gedicht staat op p. 206-207 in Six' Poësy.
 
annotatie  
 
titel weerstuit: Terugstoot, Reactie
1 in 't kort: dwz. in een kort gedicht, een epigram
  dat Six, die was een langh Poeët: dat die Six, dat dat een dichter van lange verzen was
2 schamper: nl. implicerend dat Six breedsprakig (en daardoor saai) was
  doch na Vondels oordeel wel: maar naar Vondels oordeel juist. Vondel zou zich dus lovend over het versje van T.D. hebben uitgelaten. Hij zou zich, volgens Vondel, goed hebben uitgedrukt en een juiste opvatting hebben verkondigd.
3 Gelyk men praat: Vondels oordeel was Six dus alleen bij geruchte bekend.
  't zy: ‘het mag zijn, als het is’

[pagina 292]
[p. 292]

4 wedde: wed, dat
  't gestel: de vorm (van het gedicht). Six' kritiek zou zowel het taalgebruik als de versificatie kunnen betreffen.
5 gaauwert: slimmerd (hier ook met een toespeling op het snelle en korte van het gedicht van T.D.)
  schoon: ofschoon
6 klaar: duidelijk (genoeg)
  een spoogen, in den mond: iemand in de mond (het gezicht?) spuwden. Wordt bedoeld dat T.D. vooral verachting voor Six' woorden (zijn poëzie) had laten blijken?
7 of: alsof
  wonderlyks: uitzonderlijks
8 Elks tongh byt, van natuur, gelyk een dolle hond: ‘Iedereen kan, van nature, met woorden om zich heen bijten als een dolle hond’. De formulering is sententieus. De zin is mogelijk een citaat.
9 Een lukkigh opschrift: Een gelukkig (en ook: ‘ingevallen’) epigram
  valt licht: is gemakkelijk genoeg te maken
10 Alzoo voorseide een sot het eind der Switser krygh: Zo was er (bijvoorbeeld) een dwaas die (met een ‘gelukkige’ spreuk?) het einde van de Zwitserse oorlog voorspelde. Ik heb niet kunnen achterhalen op welke sot Six hier doelt. Ook weet ik niet aan welke Zwitserse oorlog hij denkt. Hij kan doelen op de strijd tussen de cantons onderling (vrede van Kappel, 1531), maar hij kan ook denken aan de Zwitserse onafhankelijkheidsoorlog en teruggrijpen op de jaren van Wilhelm Tell.
11 langh, en fraai te zyn: maar een lange adem te hebben en daarbij iets moois tot stand te brengen
12 welks voornaam ik verswygh: waarvan ik de voornaam (de hoofdtitel?) verzwijg. Is het te ver gehaald te veronderstellen dat het treurspel van T.D. een titel droeg als: ... of (het einde van) de Switser krygh?
13 verstand: kunstvaardigheid
14 Zoo lyde ik: Dan wil ik het verduren
 
correctie Op p. 206 van de bundel van 1657 staat in r. 8 van dit gedicht Elk. In de lijst met Drukfeilen achterin de bundel is dit verbeterd tot Elks.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken