Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzamelde gedichten. Deel 1 (1947)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzamelde gedichten. Deel 1
Afbeelding van Verzamelde gedichten. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzamelde gedichten. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.00 MB)

Scans (2.40 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzamelde gedichten. Deel 1

(1947)–J. Slauerhoff–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 70]
[p. 70]

Scène au Crépuscule (d'une Veilleuse)

Personen: Comtesse X., schoon.
Corbière Tristan, leelijk.
Tooneel: een groote kamer, laag van zoldering met zware balken. Avond. Zij toeven aan een der breede ramen.
 
Comtesse:
 
't Wordt avond...
 
Tristan:
 
Dat is soms dageraad,
 
Bijvoorbeeld wanneer een schip vergaat,
 
Naar fakkellicht - strandvonders-verraad -
 
Gelokt tegen rotsen te pletter stort;
 
Wanneer 'k in de zon slaap en wakker word
 
Bij maanlicht...
 
Comtesse:
 
Nú kiemt Venus, de ster der
 
Liefde, en brengt ons...
 
Tristan:
 
Waartoe? En verder?
 
Comtesse:
 
Als je 't niet weet, kan ik het niet noemen.
 
Tristan:
 
Maar toonen wel. Waarom 't verbloemen?
 
Mij, onervarene, die je toch doorziet,
 
Wil je verleiden. Is het waar of niet?
 
Comtesse:
 
Waarom maak je mij zoo beschaamd?
 
Tristan:
 
Om tegen te houden wat jij beraamt.
 
Comtesse:
 
Je weert mij altijd af. Wat ben je ruw!
 
Tristan:
 
Weer ik je af? Was je vanzelf niet schuw?
 
Comtesse:
 
Geloof me, ik vergeet hóe je bent.
 
Tristan:
 
Van mijn geboorte af werd ik miskend.
 
Comtesse:
 
Maar nooit door mij.
[pagina 71]
[p. 71]
 
Tristan:
 
Dan ben je gedwongen
 
Te erkennen, dat mijn gestalte verwrongen,
 
Mijn gewrichten misvormd...
 
Comtesse:
 
Tristan, genade!
 
Maak mij niet ziende!
 
Tristan:
 
Jij was 't die mij vroeg.
 
Aanvaard 't gevolg van je liefdedaden,
 
Zooals ik die mijner ouders droeg:
 
Dat mijn vader, bijna tot zijn vaadren vergaderd,
 
Nog een twintigjarige maagd heeft benaderd;
 
En deze baarde...
 
Comtesse:
 
(haar handje op zijn mond) Stil, nu is 't genoeg.
 
Even stilte. Comtesse liefkoost hem schuchter. Neigt naar de diepte der kamer, waar een bed met rooskleurigen hemel schemert.)
 
Comtesse:
 
(neuriënd) Mignonne, allons voir si la rose...
 
Tristan:
 
(dito, valsch) Prends garde, elle a beaucoup d'épines!
 
Comtesse:
 
O, ik zie alles nu in teederroze.
 
Alles voelt zacht aan...
 
Tristan:
 
Ook het onvoorziene?
 
Comtesse:
 
Ik wil niets dan je gelukkig maken.
 
Tristan:
 
En ik wil niet van mijn levenswijs raken.
 
Comtesse:
 
Neem het toch licht, kan ik je dat niet geven?
 
Neem... mij ...
 
Tristan:
 
Dan wordt het zwaarder!
 
Comtesse:
 
Neen!
[pagina 72]
[p. 72]
 
Tristan:
 
Hoe wil jij leven?
 
Comtesse:
 
Niet alleen blij. Misschien... als een chrysant,
 
Die schoon weet te bloeien en te verkwijnen.
 
Tristan:
 
En ik... wilde sterven, door een brisant
 
Die mij, afzichtlijke, totaal deed verdwijnen.
 
Comtesse:
 
Mijn arme Tristan, geef mij je spot
 
En neem mijn liefde.
 
Tristan:
 
Een hooger bod
 
Voor mijn eenige vesting, mijn toeverlaat!
 
Denk je dat ik mij daaruit laat lokken?
 
Dan ben ik weerloos, als je mij verlaat,
 
En heengaan zul je, vroeg of laat.
 
Op een goeden morgen ben je vertrokken,
 
Een haastigen, wanhoop veinzenden brief
 
Heb ik dan levenslang voor lief.
 
Eenmaal vind je mij toch weer mismaakt
 
En krijgt berouw, en dan neem je wraak
 
Op mij, verstooteling, voor je vergissing.
 
Ik waarschuw voor overijlde beslissing.
 
Comtesse:
 
Ik weet, je bent leelijk. Toch heb ik je lief.
 
Verweer je niet langer - als ik mij wil geven.
 
Tristan:
 
(hijgend) 't Invoerverbod wordt niet opgeheven.
 
Levenslang ben ik gesloten gebleven,
 
Nooit nog heb ik mij blootgegeven.
 
Comtesse:
 
Doe het dan nu. Als ik mij ook verwaardig...
 
Vind je mij schaamtloos?
[pagina 73]
[p. 73]
 
Tristan:
 
Neen, betreurenswaardig;
 
Je loopt regelrecht in je ongeluk.
 
Comtesse:
 
Houd mij niet tegen. Gun mij dit geluk.
 
Tristan:
 
Heb je nooit mijn harde knoken gevoeld?
 
Comtesse:
 
Hield ik je niet omhelsd?
 
Tristan:
 
Heeft dat je niet verkoeld?
 
Comtesse:
 
Als ik je aanraak, huiver ik verrukt.
 
Tristan:
 
Dan heb je mij nooit vast aan 't hart gedrukt.
 
Comtesse:
 
Je bent geen minnaar. Een weerbarstige klip!
 
Houd je meer van je hond, de zee en je schip?
 
Tristan:
 
Mijn hond ziet mij aan met bewondering,
 
De andre twee dienen voor afzondering.
 
Comtesse:
 
En mag ik die niet met je deelen?
 
Voorgoed alleen...
 
Tristan:
 
Zou je je gaan vervelen,
 
En kwalen krijgen die ik niet kan heelen.
 
Ik zoek den storm, geen kalme kustvaart en
 
Je kunt niet rooken, je kunt ook niet kaarten.
 
Comtesse:
 
Ik zal het leeren.
 
Tristan:
 
Hoe? Door godlijke genade?
 
Aan boord kun je niet doorgaan voor mijn gade,
 
Ik werd toch overspelig met de zee,
 
'k Zou altijd twijflen tusschen jullie twee.
 
Bovendien is de équipage voltallig,
 
't Vaarwater gevaarlijk, de schuit bouwvallig.
 
Comtesse:
 
Wil je mij tegen mijn liefde verdedigen?
[pagina 74]
[p. 74]
 
Of alleen je eigen spotlust bevredigen?
 
Je hebt mijn schaamte, mijn trots gewond,
 
Gedaan of mijn schoonheid niet bestond.
 
Als ik dan nu nog vraag, nòg smeek en je zeg:
 
Doe dien angst voor mijn teleurstelling weg -
 
Nu nog. Geloof je dan, dat ik in één lot saam
 
Met jou wil zijn, voorgoed alles wil wagen
 
En niet voor later vrees... Moet ik nog vrágen?
 
Tristan:
 
Maak het dan donker, één twee drie, in Godsnaam.
 
 
 
(La veilleuse délicate s'éteint.)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken