Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a. (1869)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.
Afbeelding van Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.Toon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.47 MB)

Scans (18.14 MB)

XML (1.76 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.

(1869)–F.A. Snellaert–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Datmen die arme onnosele niet verdrucken en sal. C. XVII.

 
DAt vijfste poent u nuch gebreect /
 
Hoe dat God Onse Here wreect /
 
Dats dat een man van groter machte
1435[regelnummer]
Nemt en̄ beroeft met crachte
 
Sijn goet enen maten man /
 
Die niet wederstaen en can.
 
Dats een sonde / voer waer gheseyt /
 
Die Onse Here zere wreect
1440[regelnummer]
Aen den man of aen die kinder /
 
Die dicke varen herde hinder;
 
Want wet dat Gode ontfarmt
 
Dat die mate te rechte karmt.
 
Heeft een maet man bemt of lant /
1445[regelnummer]
Dat den riken leghet wel ter hant /
 
Dat sal die rike hebben moeten /
 
Sijt met sueren of met sueten.
 
Hets wel te duchten / twaren /
 
Dat om ghene dine en varen
1450[regelnummer]
Meer volx ter hellen gloede
[pagina 337]
[p. 337]
 
Dan om begherten wille van goede;
 
Want en heet nu nieman vroet
 
Hine poghe na dertsche goet.
 
Prelaten / monken / papen /
1455[regelnummer]
Princen / riddren / knapen /
 
Dese gapen met allen sinnen
 
Hoe si meest goets ghewinnen.
 
Hare ghene wert goets sat /
 
Dit merkic in elke stat.
1460[regelnummer]
Hoe scandelijc / des sijt vroet /
 
Dat een mensche ghewint goet /
 
Op dat hi wert een here /
 
Alle die werelt doet hen ere:
 
Ia die valsche / dat verstaet /
1465[regelnummer]
Maer metten goeden heet hi quaet.
 
‘Here’ spreect David / die prophete vry:
 
‘Wie sal in dijn huys wonen metti?’
 
Nu andwert hi dus hier af:
 
‘Die sijn ghelt te woeker niet en gaf /
1470[regelnummer]
No ghene ghichte no miede
 
En nam van onnoselen diede.’
 
Ghi machteghe liede / des sijt vroet /
 
So wanneer dat ghi onrecht doet
 
Den onnoselen / dat Onse Here
1475[regelnummer]
Aen Hem trect dat harde sere;
 
Want Hi achse Hem selven ghedaen.
 
En̄ ghi sult sulken loen ontfaen
 
Alse die quade lude ontsinghen /
 
Die Cristus aen den cruce hinghen.
1480[regelnummer]
Dat was dat onnosel lam /
 
Dat neder in ertrike quam /
[pagina 338]
[p. 338]
 
En̄ sonder sijn scout / cleyn of groet /
 
Sterven moeste die bitter doet.
 
En̄ gheenre liede sekerlike
1485[regelnummer]
En vaert so vele te hemelrike
 
Alse der onnoselre / dat wet /
 
Die gherecht sijn en̄ simpel met.
 
Dese sijn al te samen
 
Gods rike erfghenamen /
1490[regelnummer]
Als Cristus / die Gods Soue /
 
Selve spreect harde scone.
 
En̄ wet dat dese sekerlike
 
Sot heten op ertrike /
 
En̄ oec nerghen toe goet.
1495[regelnummer]
Nu merke elke in sinen moet /
 
Na dien dat gherechtichede
 
En̄ onnosele verdulderhede
 
In hemelrike comen allene /
 
So es dat ghetal dan clene
1500[regelnummer]
Dat daer in comen sal;
 
Want die liede bina al /
 
Sijn si leeke ofte clerke /
 
Also alsict al bemerke /
 
Gaen om metter werelt wijsheyt.
1505[regelnummer]
Nochtan dat die wise man seyt
 
Dat deser werelt wijsheyt es
 
Sotheyt voer Gode / sijts gewes.
 
Die onnosele gherechte
 
Dat sijn Gods vercorne knechte /
1510[regelnummer]
En̄ haer claghen en̄ haer bede
 
Hoert God in elke stede.
 
Daer om hoedt u talder tijt /
[pagina 339]
[p. 339]
 
Waer ghi gaet of waer ghi sijt /
 
Dat ghi den maten niet en doet
1515[regelnummer]
Onrecht aen lijf of aen goet;
 
Want seker God soudt wreken.
 
Hiermet latic dit spreken /
 
En̄ wille u dinghen segghen voert /
 
Die ghi noch niet en hebt ghehoert.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken