Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken. Deel 36. Het Jan-Klaassen-spel (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van Werken. Deel 36. Het Jan-Klaassen-spel
Afbeelding van Werken. Deel 36. Het Jan-Klaassen-spelToon afbeelding van titelpagina van Werken. Deel 36. Het Jan-Klaassen-spel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

Scans (8.47 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.30 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken. Deel 36. Het Jan-Klaassen-spel

(1930)–August Snieders–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 171]
[p. 171]

XXXI. Uitgeschitterd.

Eenige weken later trad mijnheer Bareel, op zekeren avond zeer laat, in het kantoor, opende met een valschen sleutel den lessenaar van zijn klerk, zag nauwkeurig bij het kaarslicht hoe elk stuk gelegd, hoe het geheel geschikt was, zocht daarna en vond eindelijk de hem ter hand gestelde actiën, maar hemel! wat waren zij veranderd. Het waren geen bastaards meer: men zou zeggen dat het doopsel van Tony haar gewettigd had. Wat wonderen een behendig man toch verrichten kan!

‘Ik dacht wel,’ mompelde mijnheer Bareel met een helschen lach op de lippen, ‘dat de rat aan de vergiftigde suikerbollen zou geknaagd hebben. Die schurk heeft - toekomst! ...’

Mijnheer Bareel legde alles zorgvuldig op zijne plaats; hij overlaadde Darenge met overvloed van vriendschap, riep hem dikwijls in zijn kabinet, sprak vertrouwelijk met hem over verschillende zaken, financiëele plannen, op te richten naamlooze vennootschappen, commanditaire maatschappijen; noodigde hem te eten, schonk hem een goed glas wijn en gaf zijner dochter wenken hem vriendschappelijk te zijn. In het oog van deze had hij, zoo zij zeide, veel gewonnen, sinds hij zoo moedig op het terrein gestaan en zoo grootsch zijn vijand behandeld had.

Zoo onderhield hij zijn bediende, eenige dagen later, over de schuldvordering van Drummel en wenschte die uit den weg geruimd, de diamanten en de andere panden, in zijn bezit teruggekeerd te zien. Het was Darenge die

[pagina 172]
[p. 172]

met den woekeraar overeen kwam, het verschuldigde tegen eenige winstgevende actiën te verwisselen - en de klerk bepaalde zelfs een klein percent, want de koers van den dag stond bijzonder gunstig, en het was zeker dat de actiën nog zouden stijgen.

Denzelfden avond dat een paar beursvrienden zich bij toeval in het kabinet van den wisselaar bevonden, en nu eens lachten, dan eens ernstig spraken over de beweging der actiën van de spoorwegmaatschappij, die inderdaad met stoom naar boven gesleept werden, nam mijnheer Bareel achteloos eenige echte en kostbare actiën, telde ze even achteloos, maar zag wel dat de vrienden en Darenge, die insgelijks aanwezig was, het oog op dat alles gevestigd hielden, en over andere zaken luchtig sprekende, omsloot hij de stukken door een wit papier. Daarna verzegelde hij het paket en bij die bewerking verzocht hij zelfs aan mijnheer Tony het waslicht dicht bij het lak te houden. Even onverschillig schreef hij het adres van ‘Mijnheer Drummel, rentenier’ op het pak en reikte het den klerk over, om het aan Drummel te bezorgen. De teruggaaf van het bij den schrok berustende, behoefde hij niet te gelasten: met dat geheim was Darenge immers bekend.

Het was echter reeds laat in den avond, en gewis zou de achterdochtige Drummel de stukken in het volle daglicht willen zien; daarbij ontmoette Tony in den gang juist de oude mevrouw, welke hem uitnoodigde de aankoopen te komen zien, welke Marietta zooeven gedaan had. Wie zou aan eene zoo lieve vraag kunnen weêrstaan! Juist nu dien avond was mevrouw zoo spraakzaam, Marietta zoo bevallig, dat Tony geruimen tijd in de woonkamer vertoefde, en eindelijk besloot zijne boodschap den volgenden dag te volbrengen, en het pak zorgvuldig in zijn lessenaar te sluiten.

Des nachts toen alles rustig was, sloop mijnheer Bareel andermaal uit zijn kabinet naar het aangrenzend kantoor;

[pagina 173]
[p. 173]

met de onrust op het gelaat, stak hij den valschen sleutel op den lessenaar; maar toen hij het pak daar achteloos neêrgeworpen zag liggen, fonkelde zijn anders zoo koel oog als dat eens duivels....

Des morgens opende Tony den lessenaar en vond het pak op dezelfde plaats liggen; 't was wel hetzelfde omslagpapier, hetzelfde zegel, dezelfde hand die het adres geschreven had.

‘Hoe, is die boodschap niet afgedaan, mijnheer Darenge?’ vroeg plotseling mijnheer Bareel, die achter hem stond, ter zelfder tijd eene uitstekende punt der vervalschte actiën vooruit trok en deze snel te voorschijn haalde. Tony beefde van schrik; hij voelde zijne haren te berge rijzen. Had Darenge tegenwoordigheid van geest gehad, hij zou gezien hebben, dat zijn actiënbundel eenigszins magerder was geworden.

De wisselaar bezag de eerste actiën, fronste de wenkbrauwen en scheen zich met moeite te bedwingen. Zonder Tony aan te zien, zeide hij op een min of meer gestrengen toon:

‘Mijnheer Darenge, vang zulke gekheden niet meer aan. Als gij uitspanning zoekt, teeken dan nog liever neuzen en ooren op mijn grootboek; dat is minder gevaarlijk.’

Onder het uitspreken dier woorden, scheurde hij de stukken door en wierp ze in het vuur; daarna hernam zijn gelaat de gewone plooi en er was niets buitengewoons meer in den toon zijner stem.

Tony was te zeer uit het veld geslagen, om een woord te zeggen, hij ging uit en gevoelde hoe grootmoedig zijn patroon daar gehandeld had. Valsche handteekens! maar dat had hem immers tot den dwangarbeid kunnen brengen! Inderdaad, mijnheer Bareel moest hem veel achting toedragen, om het gebeurde als eene gril, als eene aardigheid te beschouwen.

[pagina 174]
[p. 174]

De wisselaar zou voorzeker zijn klerk noch de waarde in papier, noch de diamanten, noch de overige stukken toevertrouwd hebben, wist hij niet dat zijn hart een dierbaarder schat in zijn huis had - zijne dochter - dan wel die handvol geld.

Een uur later bracht Tony de papieren, de diamanten van mevrouw en eene uitmuntende kwitantie in het kabinet van zijn patroon, die - het was duidelijk zichtbaar - aan het gebeurde niet meer dacht.

Er waren sinds die operatie verscheidene weken verloopen. Mijnheer Bareel had de echte actiën, die hij - men heeft het begrepen - uit het pakket gehaald en door valsche vervangen had, op ver afgelegen beurzen geplaatst en had, door ze op tijd te verkoopen, een aanzienlijke som gewonnen - iets wat Drummel, altijd door het meer geplaagd, ditmaal ten eenemaal verwaarloosd had. Mijnheer Bareel was er reeds op bedacht, eindelijk de valsche actiën, in handen van den woekeraar, door andere te vervangen, zich zelf van de onrust te bevrijden en tevens....

Recht-uit gesproken, lezer, ik heb nog nooit den bult der berekening gehad; als kind, op de schoolbanken, deed mij niet alleen de logarithmen en de algebra sidderen; maar een regel van drieën deed mij zelfs bleek worden! Gij zult mij dan ook vergeven, dat ik de plannen van dien speculant niet verder uitleg en mij uit die moeilijkheid red, met een aantal.... te plaatsen, 't geen zeggen wil, volgens zekere dichters, dat de lezer indien hij verkiest, zelf het overige kan aanvullen.

Doch de ontdekking van mijnheer Drummel kwam nog altijd te vroeg, en hoewel al de voorzorgen met een helsch talent genomen waren, om Tony Darenge voor den dader te doen doorgaan, zou de speculant dat uiterste liever vermeden hebben.

De woekeraar was mistroostig in zijn huis teruggekeerd en zat bij het lamplicht op die vervloekte actiën te staren,

[pagina 175]
[p. 175]

toen er aan zijn huis gebeld werd en Tony Darenge binnensnelde, triomfantelijk een oude roode brieventesch in de hoogte stekende. Het was de portefeuille, welke hij den avond te voren, terwijl zijn broeder bij den baron van Dormael was en hij, met Anna-Bella's toestemming, een gewaanden brief in den lessenaar zocht, had weten in te palmen.

Doch de oude Drummel ontving hem met een vlammend oog en een paar nog stevige vuisten; hij greep den jongen deugniet bij de keel en schuimbekkend van razernij, riep hij hem toe: ‘Schurk, die valsche actiën durft uitgeven!’

Tony dacht eerst dat de woekeraar zinneloos geworden was; want hij toch was in de overtuiging, dat het pak onvervalschte, echte waar bevatte; maar hij had, let wel op, lezer, twee zijner actiën aan eenen hem plagenden schuldeischer in betaling gegeven; hij zag - zoo meende hij - juist die twee zijner stukken op tafel liggen, en hij vroeg niet meer hoe zij daar gekomen waren, maar zich met een machtig geweld losrukkende, sprong hij brieschend naar de tafel, greep de hem veroordeelende papieren en smeet ze in het vuur.

Dan greep hij Drummel vast, en deze onder de sterke hand van Tony onbeweeglijk gemaakt, zag de beschuldigende papieren in eene heldere vlam vergaan!

Zwarte Kaat was, bij den aanvang der worsteling, het huis uitgestoven om de politie te verwittigen, en toen Darenge bemerkte dat er niets meer van de hatelijke stukken overbleef, liet hij den woekeraar los en sprong de deur uit.

De bewijsstukken tegen den stoutmoedigen Tony waren vernietigd; mijnheer Bareel had een degelijke kwitantie in handen, en kon getuigen inroepen ten gunste zijner eerlijke voldoening: beiden waren gered en Drummel was - bestolen.

[pagina 176]
[p. 176]

Toen Darenge de huisdeur wilde verlaten, greep hem echter de stevige hand der politie bij de keel; worstelen was te vergeefs. Dienzelfden avond zat de zoon van den stoeldraaier in de gevangenis, en er zou hem geene veroordeeling te wachten gestaan hebben, hadde de Voorzienigheid den weg niet aangeduid, die rechtstreeks naar de overblijvende valsche actiën geleidde!

Hoe eene nietigheid, een behendig man toch in het ongeluk kan storten!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • Het Jan-Klaassen-spel. Met levende beelden uit onzen tijd