Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 234]
[p. 234]

587. Gaar zijn,Ga naar eind587

d.i. geslepen, uitgeslapen zijn ‘van personen in toepassing op de vaardigheid van allerlei voorkomende zaken te behandelen, of de gevatheid om zich in verschillende aangelegenheden er door te helpen; geschikt voor alles, van zessen klaar, bij de pinken’ (Ndl. Wdb. IV, 99); fr. être cuit et recuit. Algemeen in Noord-Nederland bekend; zie Bergsma, 117: good gaar, uitgeslapen; half gaar, onnoozel = veur in d'oven bakken, van de schussel vallen (bij het in den oven zetten), neet good of recht geer; Gunnink, 131; V.d. Water, 66: Zoo gaar als enen dauw, zoo slim, zoo geslepen mogelijk; Gallée, 12; Weiland, 56: Die man is gaar of er gaar voor, hij is op alles afgeregt; Boekenoogen, 1309: Hij is gaar op den koek, hij is gaar, slim, geslepen, glad; evenzoo in 't fri. gear for de koek; in geare kearel; hiernaast halfgaar, simpel (vgl. Nkr IV, 31 Juli p. 2: Boeren, burgers, kunstenaren, halve-garen en zoo voort; Sjof. 237: Half gare brasems) of halfgebakken (reeds 17de eeuw), eng. half-baked; vgl. Molema, 143: t'Is maar 'n half-gebakken, hij is maar onnoozel; Claes, 66: half gebakken, half gek; Rutten, 305: halfgebakken, die getikt is; Waasch Idiot. 273: halfgebakken, sul; Teirl. II, 10: halfgebakken, halfgedraaid, onnoozel. Ook in de 17de eeuw niet gaar gebakken zijn (Brederoo, Moortje, 1581).

eind587
Synoniem is half zacht zijn.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken