Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

586. Fut.

Vooral in de zegswijze ‘er zit geen fut in hem’, of ‘alle fut (fuut) is er uit’, dat wil zeggen alle kracht, opgewektheid, energie, kavok (Maastricht), is er uit, wat men te Deventer fup noemt (Draaijer, 12). Zie Opprel, 56 a: fut, kracht, opgewektheid, levenslust; ook in den zin van sperma (evenzoo in het Westvl.); Molema, 113: D'r zit nog fuut in; 518: D'r zit niks gijn fut in, er is geen voortgang, er wordt niet gehandeld; Boekenoogen, 220; Bouman, 29; De Vries, 71: fut, fuut, lust, geest, kracht; De Bo, 333 a; De Jager, Frequ. II, 131; V. Schothorst, 129; Harreb. I, 198; III, 479; Multatuli, Wouter Pietersen I, 249; Dievenp. 161: Bij den een vecht je met al je fut om je man de baas te blijven; B.B. 30: Toe dan, ouwe satansche kerel, heb je geen

[pagina 233]
[p. 233]

fut meer in je lijf; Slop, 266; Jord. 247; 328; Landl. 2; Kmz. 368: D'r zit nog fut in me spieren; 176: 'n Methode die 't laatste beetje fut uit me donder haalt; verder Mgdh. 94; 295; 300; Diamst. 88. Vandaar het adj. futloos o.a. de Arbeid, 8 Oct. 1913, p. 3 k. 4; Diamst. 208; Lvl. 230; Mgdh. 52: Schuw en futteloos als 'n hond; Nkr. VII, 29 Maart, p. 4: Fut- en lusteloos is 't al; Falkl. VI, 7; Nachtkr. 110: Een futloos lijf als was het 'n leeg pak kleeren; 111: Z'n gansche lichaam is één beving, één futteloosheid. Hiernaast een ww. ontfutten in Diamst. 382: Te moe, te ontfut. Naast deze beteekenis bestaat die van onzin, niets, een kleinigheid, een beetje (vgl. geen snars); zie Brieven van Abr. Bl. I, 270: Onkunde voor te wenden is maar fut, d.i. gekheid, onzin, beteekent niets; V. Janus, 62: 't Is waarlijk met dit warme weêr geen arbeidsloon. 't Is maar fut, dat wij daar aan leggen te peuteren; Weiland: ‘Fut, een woord van verachting of kleinachting in den gemeenen spreektrant gebruikelijk: dat is maar fut, dat is niets’; Bouman, 29: futje, kleinigheid, beetje; De Vries, 71: fuutje, kleinigheid, weinig geld; Diamst. 314; Uit één pen, 122: Dien geef ik voor een futje. Franck-v. Wijk houdt fut voor een onomatop. formatie, waarop de interjectie fut = voort, van invloed kan geweest zijn (zie Teirl. 438: t'Is fuut, t'is mis); vgl. voor een dergelijken oorspr. het syn. puf, poef, in de uitdr. de puf is er uit, geen puf hebben in iets (zie Franck-v. Wijk, 514Ga naar voetnoot1). Syn. is de griet, mor, nor is er uit (Boekenoogen, 263; 648); in Zuid-Nederland: de troef is er uit, hij heeft geen troef (ook in de 17de eeuw; zie Tijdschr. XXVII, 226) en de fop, foep, fok is er uit (Claes, 62; Rutten, 69; Onze Volkstaal II, 217).

voetnoot1)
Vgl. Halma, 520: puf, lust, trek, strijd: hij had daar geen puf op, il n'en avoit aucune envie; Speenhoff, I, 55:
 
Je bent een hartelooze juf,
 
Een trotsche, preutsche, nare nuf,
 
Saluut, ik heb in jou geen puf.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken