Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1057. Kalf

wordt sedert de middeleeuwen als type genomen van domheid en onnoozelheid (hd. Kalb; eng. calf); vandaar eene uitdr. als een kalf van een jongen d.i. een flauwe, kinderachtige jongen, een domme jongen; in het Antw. een meutten, motten (fr. mouton) van een jongen, een doodgoede sul (Antw. Idiot. 813); ook zegt men van een lomp, zwaarlijvig persoon: gij zijt een kalf (in Antw. en Teirl. II, 102); en van iemand, die zeer goedaardig is: hij is zoo goed als een kalf; zie Van Effen, Spect. IX, 79; C. Wildsch. II, 320: Haar broer is een recht goed kalf; Halma, 252: Hij is een goed kalf, een goede bloed. Zoo iemand wordt ook wel kalf Mozes genoemd (Joos, 14; Tuinman 1, 3; Harrebomée I, 375; Ndl. Wdb. IX, 1190), waarbij men zich herinnere, dat in Num. 12:13 Mozes' zachtmoedigheid geroemd wordt tegenover Mirjam en Aäron (Zeeman, 385Ga naar voetnoot2)). In het Antw. Idiot. 362 en Waasch Idiot. 181 a; 447 a: dom als 't kalf van Mozes, als kalfken Mozes (of als 't peerd van Christus). In Pommeren gebruikt men kalf Mose, van iemand die ‘quaklich, kindisch’ is (Wander II, 1116); vgl. ook eng. a regular Moses; to be as meek as Moses; ook in het Finl. Zweedsch komt Mozes in dezen zin voor (Reinius, 32).

voetnoot2)
Bij Teirl. II, 102 wordt kalfke-Mozes vermeld als het gouden kalf der Israƫlieten.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken