• Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Audio/Video
    • Calendarium
    • Thema's
    • Rederijkerskamers
    • Atlas
    • Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden
    • Informatie voor rechthebbenden
    • Over DBNL
    • Organisatie
    • Adressen
    • Vragen
    • Stages
    • Digitaliseringsverzoeken
    • Nieuwsbrief
    • Nieuwe titels
    • Privacyverklaring


  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8,97 MB)

ebook (6,37 MB)






Genre
sec - taalkunde

Subgenre
non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Print
Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden(1923-1925)–F.A. Stoett

1058. Als 't kalf verdronken is, dempt men den put,

d.w.z. ‘men doet iets te vegeefs, en te laat, als het niet meer baaten kan, gelyk medicyne te bereiden, na dat de kranke gestorven is’ (Tuinman I, 111); met raad na daad komen; eene gedachte die de Romeinen

[p. 414]

uitdrukten door clipeum post vulnera sumere; vgl. mlat. post furtum stabulum sero reparatur eqnorum; sero subtractis reparas presepe caballis (Werner, 89). In de oudste spreekwoordenverzamelingen luidt deze zegswijze: Als 't kint verdroncken is, so stopt (of deckt) men den put(te); zie Prov. Comm. 15; Servilius 89; 253; 271; Sart. I, 1, 63; Campen, 111. Bij Spieghel, 272: Alst kalf verdroncken is, zoo demptmen de put; Idinau, 12:

 
Hy stopt den put als 't kalf is verdroncken;
 
Dat past op alle, die te spade wijs zijn.

Vgl. verder Poirters, Mask. 118: Raedt naer daet, komt te laet: en den put te stoppen als 't calf verdroncken is, of suycker te stroyen op de vlaey als sy verbrandt is, dat is domme liedens werck; Pers, 461: Als 't kalf alreede was verdronken (toen het te laat was). De tegenwoordige vorm van het spreekwoord wordt, volgens Harrebomée, aangetroffen bij Gruterus I, 93 en op 23 Sept. 53: Alst kalf verdroncken is, zoo demptmen de put; Vad, Mus. V, 372: Après dommaige chascun est sage, elc leert t' zynen coste, of: als 't calf verdroncken is, dan vultmen den put1). Varianten van dit spreekwoord zijn het mnl. alst peerd verloren es slut men den stal naast t' is te late den stal sluyten, als het peerdt verloren is (Goedthals, 18); t' is te laet de gracht ghevult, alst calf verdroncken is; het is te laet de koey gesloten als het vogelken weg is (Adag. 34); 't gat stoppen als 't goet quyt is, is sorghen als 't geen tyt is (Huygens VI, 214); 't is te laet het stal te sluyten, als de osse is daer buyten (De Brune, 328). Zie verder Harrebomée III, 243; 411; Bebel, no. 543; Borchardt, 215, waar enkele lat. spreekwijzen worden opgegeven; Taalgids IV, 245; Joos, 92 en Ons Volksleven V, 162; vgl. ook het Friesch: de dobbe damje as 't kealtsje forsûpt is; hd. wenn's Kalb ersoffen ist, deckt der Bauer den Brunnen zu (Wander II, 1104); eng. when the steed is stolen, the stable-door is locked; in het Waalsch: il est trop tard de boucher la haie, quand la vache est partie.

1)
Zie Breughel, no. 41 en Stallaert II, 30.