Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1612. Een nest.

In de 18de eeuw sprak men van een ‘nest van een huis’ voor een slecht huis, een krot, een geringe, armzalige woning (zie Halma en Sewel), een gebruik, dat thans nog evenals in het hd. bekend is; eveneens in Zuid Nederland (zie Antw. Idiot. 2254), waar het ook met verachting op een huishouding of een genootschap wordt toegepast (Waasch Idiot. 456 b). Hiernaast kent men sedert de 18de eeuw (C. Wildsch. VI, 29: een stout nest) een nest (van een meisje), een ondeugend, ingebeeld, nuffig meisje; zoo'n nest! = zoo'n ondeugend, ook: zoo'n preutsch of zoo'n bazig ding!

[pagina 73]
[p. 73]

fri. in ondogens nêst, stout meisje; in ald nêst, hatelijke oude vrouw; V. Schothorst, 177: nestig, nesterig, nuffig, ingebeeld. De beteekenis ontwikkeling is hier niet duidelijk. Het liefst zou ik uitgaan van de bet. jonge, onvolwassen visch, die als aas of als voer dient (vgl. brasem; no. 143). Zie verder Ndl. Wdb. IX, 1856.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken