Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1829. Een pilaarbijter,Ga naar eind1829

d.w.z. een huichelaar, een schijnheilige, een heilig vat met verdoemde reepen (Claes, 259); een kerkuil (Sewel); een geveinsde kerkpilaar (Kluchtspel III, 105); mnl. pilarenbiter. Kiliaen: Pijlern-bijter, hypocrita in aede sacra: superstitiosus; qui assidue, anili superstitione imbutus, in aede sacra decidet: quasi columnas mordens sive erodens. Andere bewijsplaatsen zijn Roode Roos, 156; Hooft, Schijnheilig, 391 (Pantheon-ed.); Rabelais II, 247: Schijnheylige, gebodprevelaers, pilaerbyters, huyghelaers, en woud-broeders; Halma, 504: pijlaarbijter, huichelaar, geveinsde; II. 637: Un pilier d'église, pijlaarbijter, een die uit of om iedele eere de kerken in alle voorvallen bezoekt; C. Wildsch. III, 301; Harreb. I, 57.

[pagina 163]
[p. 163]

Het is een spotnaam voor iemand, die altijd in de kerk zit en voortdurend biddend of prevelend opziet tegen een pilaar, waaraan bijv. een schilderij van den een of anderen heilige hangtGa naar voetnoot1). Zie ook Ons Volksleven V, 165 en vgl. het fr. un mangeur de crucifix, un faux dévot (Littré I, 919). Vgl. no. 149.

eind1829
Zie het artikel in Ndl. Wdb. XII, 1842, waar wordt opgemerkt, dat een afbeelding van een pilaarbijter en -bijtster (een monnik en een non) voorkomt links en rechts beneden aan het koorhek in de Groote of St. Bavokerk te Haarlem.
voetnoot1)
Vgl. De Brune, Bank. I, 473: Men vindt menschen, die veeltijds met de knyen, ontrent de kerck-pylaren en gestoelten zitten, prevelende de woorden van 't gebed. met zuchten naer. In het hd. noemt men een vrouw, die voortdurend voor het venster zit uit te kijken eine Fensterbeiszerin of Rahmenfresserin (Schrader, Bilderschmuck, 24).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken