Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 518]
[p. 518]

2611. Op zwart zaad zitten (of geraken),

d.i. zijn vermogen kwijt zijn of raken; bekrompen moeten leven, te weinig hebben om te leven en te veel om te sterven; uit zijne betrekking ontslagen zijn; eig. van vogels, met name kanaries gezegd, ‘die al het witte zaad in hun bakje hebben opgegeten, zoodat alleen het zwarte overblijft, dat zij minder lekker vinden’; Ndl. Wdb. IV, 1625; XI, 290. In Zuid-Nederland op droog zaad zitten of op het droge zitten (hd. auf dem Trocknen sitzen). Zie Harreb. II, 485 a; III, CLII; Schoolm. 30: Terwijl hij zijn buik als een pakschuit op marktdag laadt en zijne ouders vertroost met de hoop op zwart zaad; bl. 137: Woont hij soms bij een boer in of gepensioneerden soldaat of bij een verloopen domenee op zwart zaad; Onderm. 85; Barb. 61: Prosper Bien-Aimé, pensionhouder met tien leege kamers en geen enkelen huurder zit op het allerzwartste zwarte zaad; Nkr. VII, 17 Mei p. 3:

 
Als j' op den troon
 
Van maar zoo'n kleinen staat zit,
 
Dan snap ik best, dat j' op t' eind van de maand
 
Verschrikkelijk op zwart zaad zit.

Groot-Nederland, 1914, bl. 393: De Europeesche toestand zette me op zwart zaad; bl. 444: Wel alle jezis... eerst 'n end met me traktement de laagte in en nou op zwart zaad; Handelsblad, 30 Mei 1915 (ochtendbl.) p. 6 k. 5: De kunstenaar zit op zwart zaad, want alles gaat per automaat; Joos, 94; Antw. Idiot. 381; Loquela, 367; in het fri.: op swart sied sitte of op 'e doppen sitte; Twente: op de bolstern zitten; vgl. de uitdr. op water en brood zitten, vroeger te water en broode, mnl. te borne ende te brode, van gevangenen gezegd; Ndl. Wdb. III, 1538. Schertsender wijs noemt men dit ook op witten wijn en tulband zitten (Harreb. II, 348 a). Voor 't fr. zie Nyrop IV § 339.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken