Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Limburgse jaarkrans (onder ps. Karel Matthijs) (1955)

Informatie terzijde

Titelpagina van Limburgse jaarkrans (onder ps. Karel Matthijs)
Afbeelding van Limburgse jaarkrans (onder ps. Karel Matthijs)Toon afbeelding van titelpagina van Limburgse jaarkrans (onder ps. Karel Matthijs)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.35 MB)

Scans (11.54 MB)

ebook (4.80 MB)

XML (0.16 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Limburgse jaarkrans (onder ps. Karel Matthijs)

(1955)–C. Thewissen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 109]
[p. 109]

Slevrouwendaag

ALS de warme zomerdagen voor goed ingezet zijn, brengt elke maand een ander soort fruit. Je kunt de kalender van week tot week volgen in de étalages van de suikerbakkers waar de kerse- en de kronsele-vlaaie verschijnen en plotseling de mollebervlaaie, zwart als wiks, maar met een smaak van dennebomen en bosbeken, alsof de hele Bessemerhei er in getrokken was. En de eerste de beste keer, dat Ma de kleine zwarte kersen van de Vrijdagse markt mee bracht, bakte Tina keersekook en die dag speelden alle buurtkinderen op straat met zwarte monden en trokken gekke gezichten tegen elkaar om het succes der blauwe tanden.

De hele kinderbende had al meegeholpen van een paar waskorven wijmerengelei te maken en de zomer was al een eind op streek als Ma zei: ‘Persjoonkele, acht oor donkele’. Wij waren de Persjoonkele-aflaat gaan bidden, wat een der moeilijkste ondernemingen van het jaar was. Dezelfde bende, die dag in dag uit kattekwaad uithaalde, moet dan zo'n keer of tien biddend elkaar passerend de kerkdeur in en uit trekken. En blijf daar maar eens serieus bij!

Zo naderde zachtjes aan de Slevrouwendaag van vijftien Augustus, voor ons het mid-zomerfeest bij uitstek, omdat op die dag de processie voorbij kwam. Deze feestdag, die voor velen wel niet vergeleken kan worden met Kerstmis of Pasen, en zo midden in de vacantie wel eens in de verdrukking kan komen, was bij ons het hoogtepunt van het jaar. Dat kwam niet omdat het de Mei was van Ma, en van May, van de vele Mia's, Maria's en Mariá's, maar louter

[pagina 110]
[p. 110]

en alleen omdat op die dag de processie van Slevrouwe bij ons langs kwam.

 

Nu vrees ik dat pen en inkt te kort schieten om de hoogheid van dit feest te beschrijven. Er werd een extra grote poets voor gehouden en de jaarlijkse vernieuwingen als het witten van de steiweg of het tappeseren van een kamer werd dan nog ondernomen en voor de vijftiende wierpen Tina, Tineke en de Doevevrouw zich nog eens met geestdrift op de empire-tirelantijnen van de sigarenwinkel, waar de grote lichtkroon, de luuster, in de volle blink van zijn glazen slingers moest prijken. Dat poetsen van de winkel ging altijd gepaard met Tina's gemopper. ‘Stöpnèste! Niks es stöpnèste!’, waarmee zij haar geringe waardering uitdrukte voor de stijl van het keizerlijke Frankrijk. Maar zij meende er niets van, want als de gepoetste winkel in volle glorie prijkte, was Tina daar zeker zo fier op als Pa zelf en de zusters en zwagerse van Tina kwamen dan graag eens extra voor de deur drentelen en betuigden, dat het de mooiste winkel van de hele stad was.

Maar de familie van Tina had nog veel groter aandeel in de vijftiende Augustus. De Pa van Tina, die maar een straat verder woonde, was een hartstochtelijk kweker van bloemen. In het grote oude huis, waar hij woonde en waar we graag kwamen om te kijken hoe de zusters van Tina thuis sigaren maakten was naast de met blauwe stenen geplaveide steiweeg een klein tuintje, maar dat vol stond met de prachtigste bloemen, en ook op alle vensterbanken stonden potten met bloemen. Het waren van die paarse afhangende trossen, zorgvuldig geleid langs latjes, sommige hoog als kleine boompjes met stevige stammen. Wij noemden ze ‘bellepotten’, omdat het net

[pagina 111]
[p. 111]


illustratie

kleine klokjes waren. Het was een enorme pracht, met liefde gekweekt en geen postzegelverzamelaar of exotisch-aquariumliefhebber kon zuiniger zijn op zijn schatten als de Pa van Tina op deze bloemen. Laat ik U nu vertellen, dat op de vooravond van de vijftiende ál deze bloemen (soms drie handwagens vol!) afgestaan werden om de étalages van de
[pagina 112]
[p. 112]

winkel mee te versieren. Ik heb er Tina's Pa wel eens van verdacht, dat hij louter ‘ter iere van Slevrow’ een jaar lang deze planten verzorgde en de étalage waar dan een bonte Lieve Vrouw en een geel Heilig Hart schuil gingen onder een klein bos van paarse trossen, dat was een welverdiende expositie waar Tina's Pa ieder jaar veel eer mee inlegde. Wij waren dagen te voren naar buiten gestuurd om bloemen te plukken voor strooisel; Ma had daar nog wat bossen gladiolen van de Markt bijgevoegd en dit stond in de kelder te geuren. Heel officieel waren we er op uitgestuurd naar alle tantes en nonkes om namens Ma en Pa de familie te verzoeken de processie te komen zien. Overal werd de uitnodiging ontvangen met de verzekering dat men zou komen en bij tante Mária, die nóg familie langs de processieweg had, verdeelde men het gezin tussen de twee adressen, maar als noonk Zjo op het andere adres de processie was gaan zien, zou hij toch nooit nalaten na afloop bij Franswa en Mária - dat was bij ons - een drupke te komen drinken en met de bronk proficiat te komen wensen, want in ieder huis waar de processie passeerde, was die dag receptie in grote stijl.

 

Processie! Er zijn mensen, die er hun hand niet voor omdraaien omdat het toch altijd hetzelfde is. Er zijn mensen die met een beetje pijn in het hart gaan kijken, omdat het allemaal zo veranderd is nu de processies langs straten trekken waar men geen étalages versiert, geen strooisel plukt en na afloop geen proficiat wenst......

Als Pa en Ma ouder werden en aan hun dood dachten, weet ik dat zij ieder jaar baden om nog één keer de vijftiende Augustus te mogen beleven. En

[pagina 113]
[p. 113]

toen is de wonderlijke dag gekomen, dat voor het voorbijtrekken der processie maar even de rolgordijnen van de rouw voor de étalages werden opgetrokken en de familie schreiend naar de processie keek, want binnen in de zaal was die dag geen bronkreceptie. Daar lag Pa, gestorven met de zilveren mdeaille van de broederschap op de borst.

Ja, die vijftiende Augustus! Wat een vreugde en geluk ieder jaar om in de smalle straten te lopen, die geurden naar gesneden groen, dat als een karpet was, vergelijkend de versierde étalages en met volle aandacht bij de opbouw van het heilige-huisje bij dokter Indemans en Achter-het-Vleeschhuis! En welk een fierheid als in de processie, die door de nauwe hoge straten trok, een heernonk mee ging in een schone, rijke, oude koorkap. Onvergetelijk en onuitwisbaar!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken