Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De navolging van Christus (1908)

Informatie terzijde

Titelpagina van De navolging van Christus
Afbeelding van De navolging van ChristusToon afbeelding van titelpagina van De navolging van Christus

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.03 MB)

Scans (12.04 MB)

ebook (3.70 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Vertaler

Willem Kloos



Genre

non-fictie

Subgenre

traktaat
non-fictie/theologie
vertaling: Latijn/Neolatijn / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De navolging van Christus

(1908)–Thomas à Kempis–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Drie en vijftigste hoofdstuk.
(Hoe men de gunst Gods deelachtig moet worden.)

1. Zoon, Mijne genade is iets zeer kostelijks, en mag niet vermengd worden met uitwendige dingen, noch met aardschen troost. Gij behoort dus alle beletselen der genade van u af te werpen indien gij hare instorting wilt ontvangen. Zoek een heimlijke plaats

[pagina 209]
[p. 209]

op, woon gaarne met uzelf alleen, en verlang geen samensprekingen met andere menschen: maar stort liever uw innig gebed voor God uit, opdat gij een door Hem getroffen hart en een zuiver geweten bewaren moogt. Reken de heele wereld voor niets; God af te wachten verdient verre de voorkeur boven alle uiterlijkheden. Want gij kunt niet tegelijkertijd Mij afwachten, terwijl gij aan Mij denkt, en genoegen scheppen in uiterlijkheden. Van uw kennissen en de u lieven, moet gij u verwijderd houden, en uw geest spenen van allen aardschen troost. Aldus bad ook de goede Apostel Petrus: dat, wie in Christus gelooven, zich als vreemdelingen en pelgrims op deze aarde zouden voelen.

2. O, welk een toevertrouwen zal hij hebben bij het sterven, wien de begeerte naar geen enkel ding in deze wereld terughoudt! Maar dat men zijn hart zoo van alles afgescheiden houdt, dat kan nog niet begrepen worden door een zieken en zwakken geest, want de gewoonweg levende mensch, die 't dierlijke nog niet van zich afschudde, kent niet de vrijheid, zooals die genoten wordt door hem die alleen inwendig leeft. Want indien iemand in waarheid geestelijk wil leven, moet hij zich afscheiden van en verloochenen, zoowel wie hem na-staan, als alle vreemden, maar vooral moet hij op zijn hoede zijn voor zichzelf. Indien gij eerst u-zelf volkomen hebt overwonnen, zult gij het overige des te gemakkelijker onder den duim krijgen. De schoonste overwinning bestaat daarin, dat men over zichzelf zegepraalt. Want, wie zichzelf zóó in bedwang heeft, dat zijn zinnelijkheid gehoorzaamt aan zijn Rede, en zijn Rede op haar beurt weer aan hem, die is de ware overwinnaar van zichzelf en de heer der wereld.

3. Begeert gij tot dezen hoogen top te stijgen, dan

[pagina 210]
[p. 210]

moet gij mannelijk beginnen en den bijl aan den wortel leggen, om zoodoende de verborgene en onbehoorlijke begeerte naar uzelf en naar alle vergankelijke goed, dat alleen van u-zelf zou zijn, uit te roeien geheel en al. Want in deze ondeugd, n.l., dat de mensch zijn eigen Ik al te mateloos liefheeft, ligt bijna alles, wat met den wortel moet uitgeroeid worden; als dat kwaad maar eenmaal terneergeveld is, en geboeid, zal er een groote vrede en voortdurende rust in u komen. Maar, omdat weinigen er naar streven zichzelf geheel af te sterven, en volkomen buiten zichzelf te treden, daarom blijven zij in zichzelf verward, en kunnen zij zich niet geestelijk verheffen boven zichzelf. Maar voor wie vrijelijk met Mij wandelen wil, voor dien is het noodig, dat hij alle booze en onbestuurde begeerten van zichzelf eerst doodmaakt, en hij geen enkel schepsel aanhangt met begeerige, bijzondere liefde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken