Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Roze Kate (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van Roze Kate
Afbeelding van Roze KateToon afbeelding van titelpagina van Roze Kate

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.09 MB)

Scans (58.40 MB)

ebook (11.44 MB)

XML (1.66 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Roze Kate

(1893)–Nestor de Tière–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 725]
[p. 725]

Vier-en-veertigste hoofdstuk
Eene nieuwe Beschermster

Moeder Genoveva was eene eerbiedwaardige vrouw, van rond de zestig.

Wie haar zag was dadelijk voor haar ingenomen.

Goedheid straalde uit haar moederlijk oog, en hare kostgangers, oude gebrekkelijke lieden uit den geringen stand, zouden haar op de handen gedragen hebben.

Moeder Genoveva hoorde toe tot ééne der adellijkste families van Brussel, en was in het klooster getreden toen zij reeds in de twintig was.

Men had destijds allerhande gissingen gemaakt over de redens die jonkvrouw Griselde van Hoogvorst hadden doen besluiten den sluier aan te nemen, en vele vertelsels hadden desaangaande de

[pagina 726]
[p. 726]

ronde gedaan.

Niemand echter wist bepaald de reden te geven van het besluit door de jonkvrouw zoo onverwachts genomen.

Zij stond op het punt in 't huwelijk te treden, en alles was voor het bruiloftfeest in gereedheid, toen men plotseling hoorde dat het huwelijk niet zou plaats hebben en de jonkvrouw, onder den naam van zuster Genoveva, in een klooster gegaan was.

In strenge inachtneming der dikwijls harde kloosterregels had zij haar leven verder doorgebracht. De armen en ongelukkigen waren hare beste en trouwste vrienden geworden.

 

Haar gansch onmetelijk fortuin had zij hun met vreugde opgeofferd.

Het oud vaderlijke huis der Wolstraat had zij, vóór een tiental jaren, tot een Godshuis laten inrichten, waarover zij zelve het bestuur in handen nam.

Bijgestaan door enkele andere zusters, trachtte zij zooveel mogelijk de laatste dagen der oudjes, die haar toekwamen, te verzachten.

 

Jaar in jaar uit herbergde het gastvrije toevluchtsoord der Wolstraat een twintigtal ouderlingen van beider geslacht.

 

De mannen werden gebezigd tot het verrichten van tuinwerk of anderen weinig zwaren arbeid, en de vrouwen hielden zich onledig met brei-en spinwerk, wel te verstaan degene onder hen die tot dergelijke lichte bezigheden bekwaam waren.

Moeder Genoveva ontving Roze Kate met buitengewone minzaamheid.

Zij nam het meisje bij de hand en trok haar mede naar het midden van het vertrek, waar zij haar in een armstoel deed plaats nemen.

Ook Heinke Haas groette zij met veel vriendelijkheid.

- Zoo dus, zijt gij Roze Kate; wat zijt ge struisch, en blozend! Precies het beeld uwer moeder-zaliger.

- Mijne moeder! Gij kendet mijne arme moeder? vroeg

[pagina 727]
[p. 727]

Roze Kate, plotseling hevig ontroerd bij de herinnering aan de duurbare overledene.

- Ja, mijn kind antwoordde Moeder Genoveva, ik kende de brave vrouw als mijne eigene zuster.

De stem der goede vrouw trilde van ontroering terwijl zij die woorden uitsprak.

- O, dan zult gij mij over haar ongelukkip leven wellicht een en ander kunnen mededeelen, bad Roze Kate. Ik was zoo bitter jong toen moeder stierf, en moeder Cornelia-zaliger wist niets anders van haar dan dat zij uit eene verre streek naar het Zonieënwoud was komen wonen waar zij met niemand omgang had.

Alleen had men haar nu en dan in gesprek gezien met Zigeuners die in het woud hunne tenten opsloegen.

Is het daarom misschien dat men moeder uitgaf als toovenaarster? vroeg Roze Kate droevig en als tot zich zelve sprekend.

- Lief kind, de geschiedenis uwer arme moeder is eene sombere aaneenschakeling van harde lotgevallen die ik u eerstdaags zal vertellen.

Ik heb gehoord in welke omstandigheid zij het leven verloor; en onlangs vernam ik dat de persoon, die aan haar kind zoo vele blijken van liefde geschonken had, in vreeselijke omstandigheden het leven verloor.

Een ander persoon, die u genegenheid bewees, werd van de afschuwelijkste aller misdaden, van moedermoord, beticht in de gevangenis geworpen, gemarteld, en zal, waarschijnlijk, onschuldig veroordeeld worden zoo wij er niet in gelukten hem aan de handen zijner geheime vijanden te onttrekken.

Want ik ben overtuigd dat hetzelfde noodlot, dat op uwe moeder-zaliger drukte, ook u vervolgt en dat de gebeurtenissen, die voorvielen in uwe omgeving, in verband staan met degene die over vele jaren plaats grepen. Doch, laat ons eerst hooren wat onze brave vriend Heinke ons mede te deelen heeft.

[pagina 728]
[p. 728]

Maar, beste man, wat deert u? riep Moeder Genoveva nu eensklaps Heinke's gehavend uitzicht bemerkend! Zijt gij ziek?

- Stel u gerust, Eerwaarde Moeder: mij deert volstrekt niets. Wij mogen God danken dat alles zoo goed met mij is afgeloopen.

- Er is iets ongewoons met u gebeurd? vroeg de Moeder-Overste. Wordt gij aangerand?

- Ja.

- Ik dacht het al! Weer eene nieuwe misdaad?

- Godlof, gelukten de spitsboeven er niet in ze ditmaal te voltrekken, zei Heinke.

- Vertel spoedig wat u wedervaren is, sprak Moeder Genoveva.

Nu verhaalde Heinke van naaldje tot draadje wat er met hem in het Zonieënbosch was voorgevallen.

Roze Kate kon hare eigene ooren niet gelooven.

Was het mogelijk dat zulke akelige gebeurtenissen in den omtrek konden voorvallen?

Moeder Genoveva had met de grootste aandacht toegeluisterd.

Bedenkelijk had zij het hoofd geschud toen Heinke van den Graaf Bruno van Oudburg gewaagde en ook toen er sprake geweest was van Cornelis Dirix.

- Maar, vroeg zij, na geruimen tijd in diepe gedachten verzonken te zijn geweest, wat wildet gij eigenlijk toch met uwe bespieding in het kamp boven den Viersprong?

Ik begrijp niet waarom gij u blootsteldet aan hetgeen u in werkelijkheid dan ook overkomen is, of zocht gij misschien de gelegenheid te ontvluchten?

- Neen, aan ontvluchten dacht ik niet. Ik wist van Koenraad dat ik veilig was zoolang ik onder zijne hoede stond.

- Koenraad, Koenraad, zei de moeder overste denkend, en in haar geest vorschte zij na aan wie die naam haar herinneren kwam.

- Zou dat mogelijk zijn? sprak ze, het woord tot haar eigen richtend.............

[pagina 729]
[p. 729]


illustratie
Men oordeele over zijne verslagenheid blz 732


[pagina 730]
[p. 730]

- Ja, waarom niet, Gods inzichten zijn zoo ondoorgrondelijk.... Wij zullen dat later onderzoeken.

Daarna, zich weer tot Heinke keerend, scheen zij het antwoord op de zoo even door haar gestelde vraag af te wachten.

- Ik had gehoord, zoo sprak het bultenaarken, dat het in bedoelde kampplaats was dat, over jaren, de gebroeders Swartz voor de laatste maal gezien werden en daarna spoorloos verdwenen waren. Nooit heeft men iets meer van hen gehoord, niets.

De nieuwsgierigheid spoorde mij aan, nu het toeval mij in die beruchte en zoo slecht befaamde kampplaats gebracht had, te onderzoeken wat er eigenlijk van de drie gebroeders Swartz geworden was.

- Wat werd er dan zoo ongemeens van die lieden verteld? vroeg de Moeder-Overste, in schijn onverschillig.

In haar binnenste echter was zij hevig ontroerd.

- Indien de Eerwaarde Moeder het verlangt, zal ik haar alles verhalen wat ik over die geschiedenis gehoord heb.

- 't Is mijn innige wensch.

- Ik zal het wat van verre moeten ophalen, zei Heinke. Zal het u niet vervelen? vroeg hij vriendelijk.

- Volstrekt niet. De geschiedenis der Swartzen is in nauwer verband met die van Roze Kate en van hare moeder dan iemand van u allen veronderstellen kan.

- Dan zal het mij een dubbel genot zijn te zeggen wat ik sedert jaren links en rechts heb vernomen. Ik zal er Moeder Genoveva genoegen mee doen en onze brave Roze meer dienst mede bewijzen.

- Nog een woord vooraf, sprak Moeder-Genoveva, hebt gij niemand anders herkent dan Bruno van Oudburg en Cornelis Dirix?

- Neen, van de gansche bende kende ik niemand dan die twee.

- Waar is Koenraad, uw beschermer, afgestapt?

- In den Gouden Anker heeft hij zijn intrek genomen.

- Ik dacht het! sprak Moeder-Genoveva haastig; ja, ja, hij moet het zijn, hij is het!

- Koenraad verzocht mij hem daar te komen vinden, zoodra mijn onderhoud met de eerwaarde Moeder-Overste zal afgeloopen zijn, zei Heinke.

- Goed. Wij zullen daar straks over spreken; ik luister thans naar uw verhaal over de gebroeders Swartz.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken