Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Afrikaans, ons volkstaal. 71 theses, of stellinge, neergeleg en verklaar (1891)

Informatie terzijde

Titelpagina van Afrikaans, ons volkstaal. 71 theses, of stellinge, neergeleg en verklaar
Afbeelding van Afrikaans, ons volkstaal. 71 theses, of stellinge, neergeleg en verklaarToon afbeelding van titelpagina van Afrikaans, ons volkstaal. 71 theses, of stellinge, neergeleg en verklaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.82 MB)

Scans (25.68 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.29 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

studie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Afrikaans, ons volkstaal. 71 theses, of stellinge, neergeleg en verklaar

(1891)–S.J. du Toit–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 66]
[p. 66]

Ses-en-twintigste stelling.

Die o'ergang hiir van Hollans tot Afrikaans is gelyk an di o'ergang van Angel-Saksiis tot Engels in Engeland. Dis inderdaad opmerkelik watter o'ereenkoms daar bestaan tussen Engels en Afrikaans wat angaan di maniir waarop di geskidenis van di nasi sig in albei gevalle op di taal afgedruk het.

Di stelling is deur andere voor ons op bekwame wyse gemaak en verdedig sodat ons hiir net 2 getuige op te roep het.

Teeno'er Hoofregter De Villiers syn meer angehaalde Voorlesing het di Zuid Afrikaan di tyd o.a. opgemerk (Afrik. Taalbeweging, bl. 93): -

 

‘Dat de taal der overwonnelingen soms die der overwinnaars verdringt, dat helderde hy op met het feit, dat het Angel-Saksisch en het Fransch eeuwen lang een gemeenschappelyk bestaan in Engeland hadden, maar dat het laatste uiteindelyk voor het eerste week. Doch dat hetgeen in de 17de en 18de eeuwen in Zuid Afrika plaats vond op het gebied der taal, eene bloote herhaling was van hetgeen in de 11de, 12de en 13de eeuwen in Engeland werd aanschouwd, daaraan schynt de heer De Villiers niet te hebben gedacht. En toch, welk eene analogie bestaat er tusschen beide! Gelyk het Hollandsch de inheemsche talen alhier verving, zoo verving het Angel-Saksisch de taal der Britten. Franschen landden hier aan en verloren in den loop des tyds hunne taal, doch namen niet het geschreven, het grammatikaal Hollandsch aan, maar een gesproken dialect of “patois” - indien men dat woord verkiest - ontstaan uit eene ontbinding van het zuiver Hollandsch. Naar Engeland kwamen Fransch sprekenden over in veel grootere getallen dan naar deze kolonie; zy kwamen als overwinnaars met al den invloed van stand en magt, en gevolgelyk slaagden zy er in hunne taal in te voeren als die der Regering en der beschaafde zamenleving; doch ten langen laatste trof het Fransch daar hetzelfde lot als hier - het verdween. Doch het maakte plaats, niet voor het geschreven Angel-Saksisch van vóór de verovering, met zyne ingewikkelde grammatica, meer verwant aan het Hollandsch dan aan eenige andere taal ter wereld; maar voor eene corruptie dier taal, die, even als ons Kaapsch Hollandsch, wel door het volk werd gesproken, maar niet geschreven. Het zuiver Angel-Saksisch bestond niet meer.

[pagina 67]
[p. 67]

Het had (alweer even als ons Kaapsch) verloren “die grammatikale ingewikkeldheden, veroorzaakt door de verbuiging der zelfstandige naamwoorden, die schynbaar willekeurige onderscheidingen van geslachten, dat regeren door voorzetsels” enz., welke het Hollandsch voor zoo velen moeijelyk maken. “Alles dat maar eenigzins kon verwaarloosd worden, zonder schade te doen aan het groote oogmerk van de meening des sprekers of schryvers uit te drukken - welk ander doel van een sierlyken of kunstlievenden aard het oog mogt dienen, werd zonder genade geweerd. Eene verandering als deze is buiten kyf de ontbinding eener taal.” Zoo schryft Craik van het Engelsch, dat de overwinning behaalde. Het is alsof wy een taalkundige hooren declameren tegen de oplossing van het Nederduitsch in “die Afrikaanse Taal.” Het was voor zulk een praatvorm, alzoo ontstaan, dat het Fransch moest zwichten. Het zwichtte voor een dialect, even ontaard, en op dezelfde wyze ontaard als ons Afrikaansch, waardoor het hier werd overwonnen. Telt het Afrikaansch vele woorden van Hottentotschen, Maleischen en Franschen oorsprong: het dialect, dat in Engeland kwam bovendryven, telde nog veel meer Celtische, Deensche, Latynsche en Fransche woorden. In haast ieder opzicht schynen zy verwant. Waarom zou dan de eene voor de andere moeten wyken in Zuid Afrika? De heer De Villiers zegt, omdat het Engelsch eene prachtige taal is, en het Kaapsch een barbaarsch mengelmoes. Maar dat was juist het oordeel, dat in de twaalfde eeuw werd geveld over het Fransch en Engelsch respectivelyk; en toch verdrong het laatste het eerste. En er zyn tallen van andere voorbeelden, dat het niet altyd de beste taal is die wint. Zie, de heer De Villiers zegt, dat het Kaapsch lang niet haalt by zuiver Hollandsch, en toch beweert hy, dat het eerste in Zuid Afrika meer levenskracht dan het laatste aan den dag legt. Het Latyn plaats makende voor het Italiaansch, het oude Grieksch voor het moderne Grieksch, het Zuidelyk voor het Noordelyk Fransch - ze zyn allen voorbeelden in denzelfden trant.’

 

Opmerking verdiin oek wat Hoofregter Reitz op di punt angemerk het (Afrik. Taalbeweging, Bylage, bl. 7): -

‘Het is inderdaad merkwaardig en belangwekkend met een “oog des onderscheids” de verwonderlyke gelykaardigheid te zien tusschen de Engelsche en Kaapsch Hollandsche taal, wat aangaat de wyze waarop de geschiedenis der natie zich in beide gevallen op de taal heeft afgedrukt. Spalding verhaalt, dat de twaalf of veertien Celtische woorden, die alleen in de Engelsche taal zyn overgebleven, allen van toepassing zyn op artikelen van huiselyk gebruik voor vrouwen; waardoor het historisch

[pagina 68]
[p. 68]

feit bevestigd wordt, dat de Saksische overwinnaars der Britten al de Celtische mannen over de kling jaagden maar de vrouwen als slavinnen en bywyven behielden.’

Wat 'n fyne spot sit daar tog in di geskidenis! Dat nou juis di Engelsman wil fout vinde met onse taal, terwyl syn eie taal net so is as ons syne, alleen ons het ons taal veul suiwerder en reelmatig er gehou en ontwikkel as hy syne!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken