Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De lotgevallen van Huckleberry Finn (1946)

Informatie terzijde

Titelpagina van De lotgevallen van Huckleberry Finn
Afbeelding van De lotgevallen van Huckleberry FinnToon afbeelding van titelpagina van De lotgevallen van Huckleberry Finn

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.68 MB)

Scans (9.62 MB)

ebook (3.58 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Illustrator

Rein van Looy

Vertaler

Elise M. Cameron



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman
vertaling: Amerikaans-Engels / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De lotgevallen van Huckleberry Finn

(1946)–Mark Twain–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 142]
[p. 142]

Hoofdstuk XXIX.

Toen ze aan boord waren, kwam de koning op me af, schudde me bij mijn kraag en zei: ‘Proberen ons kwijt te raken, hè vlegel? Dus je hebt genoeg van ons gezelschap, hè?’

‘Nee, Uwe majesteit’, zei ik, ‘heus niet, Uwe majesteit!’

‘Vertel me dan eens wat dit betekent, of ik zal je binnenste buiten keren.’

‘Ik zal U alles vertellen, eerlijk! De man die me vasthield, was erg aardig tegen me, het speet hem dat hij een jongen zo in gevaar zag en toen iedereen zo verrast was toen het goud werd gevonden, liet hij me los en zei dat ik moest maken dat ik wegkwam, anders zouden ze me vàst ophangen. Het gaf toch niets of ik al bleef en ik had geen zin om te worden opgehangen. En daarom zei ik tegen Jim dat hij moest voortmaken en ik zei dat ik bang was dat U en de hertog al dood waren en ik vond het erg naar en Jim ook en ik was vreselijk blij toen ik U zag aankomen, vraagt U maar aan Jim of het niet waar is.’

Jim zei dat het waar was en de koning zei tegen hem, dat hij z'n mond moest houden en tegen mij zei hij: ‘O ja, dat lijkt me erg waarschijnlijk!’ En hij schudde me weer heen en weer en zei dat hij er over dacht om me te verdrinken.

Maar de hertog zei: ‘Laat die jongen met rust, ouwe idioot! Wat zou jij gedaan hebben? Heb jij soms naar hem gevraagd toen je ontsnapte? Ik kan me er niets van herinneren.’

Toen liet de koning me los en begon het hele dorp en iedereen die er in was te vervloeken.

Maar de hertog zei: ‘Begin maar eerst bij jezelf, jij bent de oorzaak van alles. Vanaf het begin heb je alleen maar stommiteiten uitgehaald, behalve toen je zo kalm voor de dag kwam met het verhaal van die blauwe pijl. Dat heeft ons tenminste gered, daarom zijn we naar het kerkhof gegaan. En dat goud heeft ons een nog groter dienst bewezen, want als die idioten er niet zo op afgestormd waren om het te zien, hadden we geen kans gehad om hem te smeren en dan zouden we vannacht een das om hebben gehad.’

Ze zwegen een tijd lang en schenen na te denken. Toen zei de koning afwezig: ‘Hm, en wij dachten dat de negers het hadden gestolen’.

[pagina 143]
[p. 143]

Ik kromp in elkaar van schrik.

‘Ja’, zei de hertog sarcastisch, ‘dat dachten wìj.’

Na wel een halve minuut te hebben gezwegen teemde de koning: ‘Tenminste - ìk dacht het’.

De hertog antwoordde op dezelfde toon: ‘Integendeel - ìk dacht het’.

De koning blies zich op van kwaadheid en zei: ‘Wat bedoel je, Bilgewater?’

‘Als we het dáárover hebben, dan mag ik misschien wel vragen wat jìj bedoelde’, zei de hertog.

‘Hoe zou ìk dat weten’, zei de koning, erg sarcastisch, ‘misschien sliep je en wist je niet wat je deed.’

De hertog stoof op en zei: ‘O, hou op met die komedie. Denk je dat je een idioot voor je hebt? Geloof je nou heus dat ik niet weet wie dat geld in de kist heeft gestopt?’

‘Zeker geloof ik dat je het weet - want je hebt het zelf gedaan.’

‘Dat lieg je!’ - en de hertog vloog hem naar de keel.

‘Hou je handen thuis!’, riep de koning. ‘Laat m'n keel los - ik neem m'n woorden terug.’

‘Als je eerst bekent dat jij het geld daar hebt gestopt en dat het je bedoeling was om mij te laten schieten en het later op je ééntje te gaan opgraven.’

‘Wacht nog één minuutje, hertog - als je me eerlijk verzekert dat jij het geld daar niet hebt verstopt, dan zal ik je geloven en alles terugnemen wat ik heb gezegd.’

‘Jij oude schurk, ik heb het niet gedaan en dat weet je heel goed!’

‘Nou, ik geloof je. Maar zeg me alleen maar één ding en wordt nou niet weer kwaad - was jij ook niet van plàn om het geld te gappen en te verbergen?’

De hertog dacht even na en zei toen: ‘Wat doet het er toe, ik hèb het in ieder geval niet gedaan. Maar jij wou het niet alleen doen, maar je hebt het gedaan ook.’

‘Ik mag doodvallen als ik het heb gedaan, hertog, en dat is de waarheid. Ik wil niet zeggen dat ik het niet van plan was, maar jij - ik bedoel - iemand anders is me voor geweest.’

‘Dat lieg je! Jij hebt het gedaan en je zal bekennen dat je het gedaan hebt, of...’

De koning begon benauwde gorgelgeluiden te maken en zei toen hijgend: ‘Genoeg! - Ik beken!’

Ik was erg blij hem dat te horen zeggen, ik voelde me er heel wat geruster door.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken