Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.57 MB)

Scans (22.94 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (1.05 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

(1931)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Dat irste pongijs van den stride, ende dat inriden .xx[ix.]

2005[regelnummer]
Nu hort vanden stride vort,
 
Daer in gesciede groet mort.
 
Doe Artoys sach sijn volc gereet,
 
Ende al te spronge, lancs ende breet,
 
So riep hi lude ende bitterlike:Ga naar margenoot+
2010[regelnummer]
‘Die mi minnen getrouwelike
 
Die volgen mi na ter vard!
 
Ic sal in ter bataelgen ward,
 
Nadien dat ic die Vlaminge zie,
 
Dus bliden dach en sag ic nie!’Ga naar margenoot+
[pagina 311]
[p. 311]
2015[regelnummer]
Menichtfout riep hi: ‘Mon[tj]oye!
 
Elc sie heden om sine proye,
 
Daer ic den Liebard op sal doen,
 
Het es edel venisoen!’
 
Deser was wel bi getaleGa naar margenoot+
2020[regelnummer]
vii [dusent], die troeken ten dale,
 
Ende .xxiiii. dat wel wet,
 
Swaerd in hant op hem geset,
 
Ende elc een ors, met groten leden,
 
Ende met scarpen sporen bestreden.Ga naar margenoot+
2025[regelnummer]
Der voetgangers was sonder getal,
 
Die op die Vlaminge quamen al.
 
Her Ghi ende Guelke voren al omme
 
Op .ii. scone beesten stomme
 
tFole ordineren ende setten:Ga naar margenoot+
2030[regelnummer]
‘Die viande comen! Hier om geen letten!’
 
Ga naar margenoot+ Dit riepen si beide ontfermelike:
 
‘God sende ons hulpe van hemelrike
 
Tot deser anxteliker noet!’
 
Als hi oec dede, seidemen albloet,Ga naar margenoot+
2035[regelnummer]
Want menich daer optien dach
 
Sente Jorys vane sach.
 
Ende alsi dit dus hadden gedaen,
 
Gingen si bede te voet staen,
 
Metten andren met enen sta[v]e,Ga naar margenoot+
2040[regelnummer]
Alse te scedene daer niet a[v]e.
 
Men ginc gene pesen trecken in,
 
Het was dat vreselijcste begin
 
Dat noyt man met ogen sach.
 
Die pilen vlogen op genen dachGa naar margenoot+
[pagina 312]
[p. 312]
2045[regelnummer]
Datmen den hemel cume van dien
 
Van dickeden niet conde gesien,
 
Maer tFlaemsce heer datter stont
 
Was noyt gequets no gewont.
 
Nochtan waer si so dorscotenGa naar margenoot+
2050[regelnummer]
Haer halseberge ende hare [sor coten,
 
Bokelare, targen, helme, scilden,
 
Die si jegen die scoten hilden.
 
Dese staken so vol clare pinnen
 
Men conster niet ane bekinnenGa naar margenoot+
2055[regelnummer]
Al van den hoefden toten voeten
 
Dan scichte. Dus began mense groeten.
 
Elc Vlamine hadde, des geloeft wel,
 
.ii. orsse op hem comende snel.
 
Het was .i. ongedeelt spel.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot2059
2060[regelnummer]
Nochtan diere toequamen lieten tfel.
 
Si sagen oec over die Walen vliegen
 
.i. brant, .i. vogel, sonder liegen.Ga naar voetnoot2062
 
Doe riep Ghi ter selver stont:
 
‘In wilde niet om ducent pontGa naar margenoot+
2065[regelnummer]
Dat hi over ons ware leden!
 
Wi selen victorie hebben heden!’
 
Doe die Vlaminge met groten roten
 
Haer scichte uut hadden gescoten,
 
Doe sloegense haer pesen ontwee,Ga naar margenoot+
2070[regelnummer]
Daer meniger herten of werd wee.
 
Si worpen onder dorsse haer bogen
 
Jegen h[a]er scenen, sodat si vlogen
[pagina 313]
[p. 313]
 
Ende deisden achterwaerd ten vrienden,
 
Daer si vele prijs verdienden.Ga naar margenoot+
2075[regelnummer]
Artoys riep met groten dangiere:
 
‘Fu[yès], me[r]daelge, treis arière,
 
Fa[u]s cler(c)s die [Ju leer,
 
Rendé v[o]s sa[n]s reposeer!’
 
Dus hadde Guulke grote porsse.Ga naar margenoot+
2080[regelnummer]
Men reet op hem met menigen orsse.
 
Ga naar margenoot+ Simpoel riep, ende Artoys
 
Menich werven in fransoys.
 
Doe werd die wijch starc ende groet,
 
Daer was die menich in groter noet.Ga naar margenoot+
2085[regelnummer]
Die van den Vrien hem scoffierden,Ga naar voetnoot2085
 
Die Fransoyse die niet en vierden
 
Maer dapperlike daerwaerd traken.
 
Daer hordemen menige glavie craken.Ga naar voetnoot2088
 
Die van den Vrien lagen neder.Ga naar margenoot+
2090[regelnummer]
Maer si vercoeverden staphans weder,Ga naar voetnoot2090
 
En was maer goet, wat so men sprac.
 
Dat dit here dus achter trac,
 
Want, wat datter binnen quam
 
Bleef al doet. Doe dit vernamGa naar margenoot+
2095[regelnummer]
Mijn her Jan van Rinissen,
 
Doe trac hi over toter perssen,
 
Van achter welvende met siere scaren.
 
Die Fransoyse worden in varen,
[pagina 314]
[p. 314]
 
Doen si dus belopen warenGa naar margenoot+
2100[regelnummer]
Van haren vianden tusschen .ii. strukenGa naar voetnoot2100
 
En waren el niet dan clare [b]uken
 
Van desen lieden, daer si opliepen.
 
‘Vlaendren ende Leu!’ dat si riepen.
 
Dus bleef een wonder in grachten doet,Ga naar margenoot+
2105[regelnummer]
Daer d'een over den andren scoet.
margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
[tekstkritische noot]2015 Montjoye hs.: Mon yoye 2020 .vii. dusent hs.: .viim. 2039 stave hs.: stane 2040 ave hs.: ane.
margenoot+
(15)
margenoot+
(20)
margenoot+
(25)
margenoot+
bl. 49 a.
margenoot+
(30)
margenoot+
(35)
margenoot+
(40)
[tekstkritische noot]2049 dorscoten hs.: dor scoten 2050 sorcoten hs.: togecoten 2068 uut hs.: wt 2072 haer hs.: her; sodat si hs: so datsi.
margenoot+
(45)
margenoot+
(50)
margenoot+
(55)
voetnoot2059
ongedeelt = ongelijk
voetnoot2062
brant = brandvogel, ekster.
margenoot+
(60)
margenoot+
(65)
[tekstkritische noot]2076 Fuyès, merdaelge, treis arière hs.: fudies meldaelge treis ariere 2077 Faus clers die Juleer hs.: faus clercs die pileer 2078 Rendé vos sans reposeer hs.: Rendé vus saus reposeer 2093 binnen quam hs.: binnenquam.
margenoot+
(70)
margenoot+
(75)
margenoot+
bl. 49 b.
margenoot+
(80)
voetnoot2085
Vrien: het Vrije, d.i. de kastelenij van Brugge (Bruchs ambacht)
voetnoot2088
glavie = Fr. glaive
margenoot+
(85)
voetnoot2090
vercoeverden = Fr. recouvrer, herstelden zich.
margenoot+
(90)
[tekstkritische noot]2101 buken hs.: luken. De emendatie is van Verdam: Middelnederl. Woordenb., Vo luuc. Titel: de nummering is, zooals in de vorige hoofdstukken, foutief: .xxvi. in plaats van .xxx. 2111 crupiere hs.: cupiere 2117 Na dat staat in het hs. een punt.
margenoot+
(95)
voetnoot2100
struken = bosschen van struikgewas
margenoot+
(100)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken