Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ophelia (1954)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ophelia
Afbeelding van OpheliaToon afbeelding van titelpagina van Ophelia

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.17 MB)

Scans (1.57 MB)

ebook (2.69 MB)

XML (0.02 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ophelia

(1954)–Jan Vercammen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Ik heb u weergezien

 
Ik heb u weergezien in zon en goudenregen:
 
er was geen onderscheid meer tussen lentelicht
 
en bloemen. Slechts een boom Japanse kers en tegen
 
een lange muur glycienen gaven nog uitzicht,
 
 
[pagina 4]
[p. 4]
 
een rechthoek en een kring als luiken, op een weelde
 
die niet van licht was, - en een lied van laat afscheid
 
greep klokken aan. Het was een duizeling van beelden,
 
waaruit ik moederlijk des avonds werd bevrijd.
 
 
 
Ik zag de wereld weer zoals zij was ontloken
 
sinds ik de schaarse bloemen telde in harde wind.
 
Ik boog over mezelf: de hostie lag gebroken
 
diep in de kelk, ik wist hoe mijn gebed begint,
 
 
 
het enige dat mij behoedt voor het vergeten
 
van wat eens in mijn donkre woning branden zal
 
als vuur en licht, wanneer ik twijfelloos zal weten
 
dat de eerste sneeuw volgt op de laatste bladerval.
 
 
 
Toen kwaamt gij met uw woord: wij zullen herbeginnen.
 
O reine boodschap, rein als gij zijt in uw geest.
 
Slechts verder gaan vermogen dezen die beminnen,
 
zelfs zij die jarenlang vereenzaamd zijn geweest.
 
 
 
Ik ken uw schoot en sinds wilt gij de kracht ervaren
 
die door uw schoonheid, vrouw, gewekt is in de man:
 
gij zult niet meer de baren van dat meer bedaren,
 
dan door uw heengaan uit dit Eden in de ban.
 
 
 
Maar weet, dan zal het vuurzwaard in uw hartslag branden
 
en niet in handen van een engel aan de sluierwal.
 
De handen in uw handen zijn alleen mijn handen
 
van nu, de handen, die 'k aan u verliezen zal.
 
 
 
Gij legt de tijd stil. Nu voltooien de getijden
 
hun wederkeren enkel wanneer gij afwezig zijt,
 
- en weet, gij onverbeide, gij gebenedijde,
 
als gij de tijd verwint begint een eeuwigheid,
 
 
 
onze enige eeuwigheid. Wij zullen dus niet vragen
 
langs welke weg wij gaan of wat de tijd begaat
 
aan onze menslijkheid. Sinds we aan elkander lagen,
 
naakt in die nacht, zijn wij vervreemd van wat vergaat.
 
 
 
Totdat de najaarsdag komt dat wij weer ontdekken
 
hoe schoon vergaan is en hoe diep ons nog vertrouwd.
 
Weet, al wat wij tot wezen of tot leven wekken
 
wordt slechts in zijn verledenheid volmaakt aanschouwd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken