Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914 (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914
Afbeelding van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914Toon afbeelding van titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.97 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
poëtica


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

(1982)–Raymond Vervliet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

-18- ‘Nationaliteit en Kunst’

Het is niet alleen 't genoten onderricht dat 's kunstenaars esthetische vorming bewerkt. Honderd omstandigheden die zijne geboorte, zijn opvoeding, zijn levensloop vergezellen, werken samen om aan zijn schoonheidsgevoel een bepaald kenmerk in te drukken.

Een der invloedrijkste onder die omstandigheden is: zijne nationaliteit.

Ieder volk heeft, in een zekere mate, zijn eigen natuurlijke hoedanigheden, zijn eigen lucht- en landstreek, zijne eigen geschiedenis, zijn eigen zedelijk en staatkundig wezen, en doordien ook zijn eigen karakter, zijne eigen nationaliteit.

[pagina 79]
[p. 79]

Welnu, de kunst eens volks draagt den stempel van deszelfs nationaliteit, des te herkennelijker dat de nationaliteit krachtiger en eigenaardiger is.

Hier straalt de blakende zon onder den immer blauwen hemel; daar plegen wolken, mist en regen het daglicht te verdooven. Wie zou beweeren dat de schilder, dichter, toonzetter, aan den invloed dier gewone luchtgesteltenissen teenemaal kan ontsnappen?

Zal bij hem wiens oog aan de strenge vlakten van zee en landschap is gewend, hetzelfde schoonheidsgevoel opdagen en leven als bij den bewoner van stille en lachende valleien?

Bestatigt men zelfs niet dat de kunst anders bloeit terwijl een stam door 't woelen en de gevaren der vrijheid opgroeit, dan wanneer weelde en vrede hem zijn beschoren?

Is het begrijpelijk dat de herinneringen die den kunstenaar uit het verleden van zijn volk toeblinken, de verzuchtingen en strijden der maatschappij waarin hij leeft, de wetten en gebruiken die men hem dagelijks toepast, de tale die hij spreekt en rond zich hoort spreken, zijn gemoed geen blijvende sporen zou inprenten?

Neen! en niet zonder hinder voor de kunst zou onderwijs of critiek dien staat van zaken pogen te vernietigen.

Men mag, trouwens, zoo dunkt het ons ten minste, de scheppingskracht niet al te uitslutelijk aanzien als een afgezonderd geestvermogen, handelende volgens zekere akademische en klassieke regels, en van het overige van 's kunstenaars wezen als 't ware gescheiden. De kunstenaar is gansch de mensch, met zijn minnend, lijdend, genietend herte, gelijk hij waait en draait, gelijk God, de natuur en de tijd hem hebben gemaakt. Hij hoeft dus niet zijnen eenigen leiddraad in zekere algemeene, afgetrokkene begrippen te zoeken, maar persoonlijke opvatting volgens persoonlijk schoonheidsgevoel weer te geven. En daar dat gevoel, onder den drang der hooger genoemde-omstandigheden, van volk tot volk verschilt en tevens bij al de kunstenaars van een gegeven volk eene betrekkelijke gelijkheid aanneemt, zoo mogen wij besluiten dat het nationale streven der kunst als allernatuurlijkst voorkomt, en eene voorwaarde mag heeten van waarheid en van leven.

Zoo hebben het immer onze groote meesters verstaan, en in hare verhevenste voortbrengsels draagt onze kunst de kenmerken van den krachtigen, degelijken, ernstigen aard onzes volks.

God zij geloofd! die overleveringen zijn bij ons niet teenemaal verloren gegaan; of hebben zij een tijd lang voor vreemde kunstgewoonten moeten onderdoen, gaan nu nog ettelijke onzer begaafde kunstenaars voort met hunne vrije, krachtige, vlaamsche inborst moedwillig in vreemde boeien te slaan, toch mogen wij met fierheid een schare mannen begroeten die, met den onvervalschten vlaamschen geest bezield, het vlaamsch scheppend kunstprinciep zoeken werkzaam te maken en ons volk in hunne gewrochten te doen herleven.

Ongelukkighlijk houdt het publiek - zij, te weten, die zonder een volledig kunstonderricht te hebben genoten, toch zekere veerdigheid tot uitvoering of beoordeling bezitten - oog en oor naar den vreemde gericht. Het geweerdigt zich doorgaans zelfs niet de vlaamsche kunstgewrochten te onderzoeken. Het gaat zijne gangen onbewust van wat er rond hem geschiedt, en zoo ziet men het voortstappen met zulken ontzaggelijken voorraad van vooroordeelen geladen dat het maar al te zeer aan den laat-dunkenden afgoddragenden ezel herinnert.

En geen wonder!

Wat zit er doorgaans het grootste getal van hen die dat publiek uitmaken over kunst in het verstand, dan de begrippen die men hun tijdens de onderwijsjaren heeft ingeprent en op de letterkunde leeren toepassen? En wat goeds kan er, in dat opzicht, komen van

[pagina 80]
[p. 80]

een onderwijs dat onze nationaliteit niet genoeg en eerbiedigt om de nationale taal heure plaats in den leeraarsstoel te geven, dat al zijne bewondering voor 't vreemde (romeinsche, grieksche, fransche) schoone bespaart, voor wien, verders, waarheid en leven zeker niet als hoofdzaken gelden; dat niets in hooger eere weet te stellen dan eenen opgesmukten, hollen volzin uitgaande op iets gelijk ‘esse videatur.’

Tegenover dien toestand hebben wij - ons dunkens - een groote plicht te vervullen. Het geldt in onzen dietschen strijd niet uitsluitelijk de rechten der moedertaal, maar het in eere brengen of herbrengen van al wat vlaamsch mag worden genoemd, (nil flandricum a me alienum puto). Vergeten wij dus niet dat ook de nationale kunst, ik zou haast zeggen de nationale kunst vooral, onze dadelijke en werkelijke liefde verdient; vergenoegen wij ons dus niet met de namen onzer groote meesters te roemen en op te hemelen. Dat ieder, in de mate zijner krachten, hunne gedachten leere kennen en beminnen, bestudeere en doorgronde; dat ieder uit zijne kunstbegrippen ‘wat valsch es’ poge weg te ruimen, om zoo met bevoegdheid en goeden uitslag meê te werken tot het herstellen van den echten, loutervlaamschen kunstsmaak.

 

a.Onze Vlaamsche Wekker.
b.Maandschrift der Leuvensche Studentenbeweging.
c.Leuven.
d.Drukker: H. de Seyn-Verhougstraete, Roeselaere.
e.‘Nationaliteit en Kunst.’
f.5e jg., 1886-'87, pp. 33-35.
g.D.M. Mogelijk zijn dit de initialen van de drukker-uitgever Jules de meester* (Roeselare 1857-Wetteren 1933), die aan het Klein Seminarie te Roeselare studeerde en er klasgenoot was van Albrecht Rodenbach. In 1877 vestigde hij zich als drukkeruitgever en boekhandelaar te Roeselare, waar hij lid werd van het Vlaams strijdende literaire genootschap ‘De Vriendschap.’ Hij gaf o.m. werken uit van Rodenbach, Pol de Mont, Hugo Verriest, Guido Gezelle en was de verantwoordelijke uitgever van katholieke en flamingantisch strijdende informatiebladen.
Daar zijn drukkerij tijdens de Eerste Wereldoorlog vernield werd, vestigde hij zich in 1920 te Wetteren waar hij zich specialiseerde in uitgaven in het Grieks en de Oosterse talen en de uitgever werd van de Bollandisten (Acta Sanctorum).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Het Belfort

  • over De Boomgaard

  • over Dietsche Warande

  • over Dietsche Warande en Belfort

  • over La Jeune Belgique

  • over Ontwaking

  • over Het Pennoen

  • over Van Nu en Straks

  • over Vlaamsche Arbeid

  • over De Vlaamsche School

  • over De Vlaamse Gids

  • over De Vlaamsche Vlagge

  • over Vlaanderen