Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914 (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914
Afbeelding van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914Toon afbeelding van titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.97 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
poëtica


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

(1982)–Raymond Vervliet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

-90- [Programmaverklaring van De Kunsttribuun]

Met het uitgeven van De Kunsttribuun hebben wij ons voorgesteld eene leemte te vullen, welke in het intellectueel leven onzer stad, sinds jaren bestaat.

Wanner men in steden als Brussel, Antwerpen, Gent, Leuven, de noodzakelijkheid gevoelt, de vlaamsche kunst tegen uitheemschen invloed te vrijwaren, met ze bij middel

[pagina 352]
[p. 352]

van bladen aan de vlaamsche bevolking te doen kennen en lieihebben; wanneer men gestadig nieuwe fransche bladen en tijdschriften op het terrein der kunst ziet verschijnen, waarin men de door de kunst bevoorrechtte zonen leert hoogschatten, waarin men aanmoedigt al wie iets of wat vermaardheid in de kunstwereld geniet, ware het dan geene schande voor eene stad als Mechelen, die steeds op hare kunstfaam geroemd heeft, langer onverschillig te blijven aan den vooruitgang en de verheerlijking der kunst?

Is het geene schande dat men in eenen Messager de Britxelles, in eene La Réforme of Le Patriote moet gaan vinden hoe verre het talent strekt, van eenen Gendens, Blickx, Van Perck, Tuerlincks en van menigen anderen jongen Mechelsen kunstenaar!

Is het geene schande dat men te Brussel, Antwerpen, Luik tot zelf in Duitschland, Engeland en Amerika toe beter weet dan hier, welk een muzikaal genie Tinel is!

In eene stad waar vroeger maatschappijen als De Peoene en De Lisbloem immer glansrijk en triomfantelijk van de prachtigste landjuweelen van Noord- en Zuid-Nederland weerkeerden; in eene stad waar tooneelkringen als De Dijlezonen, De Taalzucht, De Moedertaal en zooveel anderen niet minder vermaard, steeds zegevierend van de luisterrijkste prijskampen naar hunne moederstad terug kwamen;

In eene stad waar l'Aurore en La Réunion Lyrique voor zang, Le Cercle Mozart en andere befaamde muziekkringen, de Mechelsche Toonkunst overal in den vreemde schitterend verkondigen;

In eene stad waar de Lucasgilde door hare jaarlijksche tentoonstelling getuigt van de Mechelsche befaamdheid op het gebied der schilder-, teeken- en beeldhouwkunst!

Voor de toekomst zulker stad ware het misdadig langer te dralen de bevolking aan den kunstdoodenden invloed van politiek en maatschappelijk bestaan te ontrukken, ze de kunst te doen begrijpen en ze met fierheid op hare zonen te doen neerzien die, meer door de Muze bevoorrecht, beter kunnen uitdrukken en weergeven wat de gevoeligste snaren van het menschelijk hart doet trillen.

Wanneer men nagaat, hoe ons dagelijks gemeenschappelijk leven hier ter stede reeds vergiftigd en vergald is door de hatelijke politiek, welke den mensch tegen den mensch opruit, die in hem alle menschelijk gevoel, dat slechts op liefde, solidariteit en broederlijkheid berust, doodt: die zijn hart koud maakt voor alle hooger streven, ongenaakbaar voor poëzie en idealen, die hem immer de koude werkelijkheid voor d'oogen houdt en hen door 't slijk der baatzucht, der jaloersheid en der oneer, onmeedoogend heensleurt!... dan vragen wij ons af, of een blad dat zich voorstelt de kunst onpartijdig, zuiver en grootsch te houden, te veel zou zijn daar, waar politieke dagbladen door hun schimpen, spotten en bitsige kritiek, den mensch aan het dichterlijke leven ontrukken en hem in de smachtende omarming van de politiek der persoonlijke belangen werpt.

Neen niet waar! In Mechelen moet een kunstblad welkom zijn, want zulk-blad alléen, is bij machte om den arbeider het hoogst noodige geestesvoedsel te schenken, zonder hetwelke hij machteloos aan de wanhoop overgeleverd is, indien het noodlot hem zijne ijzeren vuist laat gevoelen!

Onze gedragslijn is dan ook zuiver afgeteekend: wij willen de vlaamsche kunsten aan onze bevolking leeren hoogschatten, en ze verlossen van de voetkluisters die haar boeien en in de onmogelijkheid stellen, haren vrijen loop te nemen.

Eene talrijke schaar jonge kunstenaars van alle vak, dienen in onze stad gekend en aangespoord te worden: de bevolking mag ze niet langer onverschillig en schouderophalend op straat nastaren, wil ze die jongelingen, die in de toekomst Mechelens kunstkroon met menigen parel zouden kunnen verrijken, hunne ondankbare moederstad niet zien verlaten, en hunne stappen wenden daar, waar hen een milder onthaal te wachten staat.

[pagina 353]
[p. 353]

Maar dit zal niet!

De Kunsttribuim zal u doen kennen en naar waarde doen schatten: gaat intusschen moedig voort op de heilvolle baan welke gij betreden hebt. Bekreunt u zoo weinig mogelijk om uwe stoffelijke belangen: hebt slechts voor oogen de beoefening der kunst, en tracht steeds hooger en hooger langs de glibberige helling op te klimmen die u naar het toppunt der glorie zal geleiden.

Weest verzekerd wanneer gij uw ideaal zult verwezenlijkt zien, wanneer het volk uwe penseeltrekken, uwe letterkundige gewrochten, uwe boetseering, uwe toon- en muziekakkoorden zal begrepen hebben, dan zullen wij met fierheid op het tijdstip mogen staren dat vooraf ging, tijdstip van den strijd der kunst tegen minachting en onverschilligheid.

In afwachting dat wij met De Kunsttribuim dit edel streven zullen trachten te bereiken allen meegewerkt tot het vrijvechten der Vlaamsche Kunst van alle drukking, tot hare verheerlijking en eenheid.

 

a.De Kunsttribuun.
b.Open blad voor maatschappijen van Tooneel- en Letterkunde, Zang, Muziek, Turnen, Vermaak, enz.
c.Mechelen.
d.Drukker: Ed. van Doeselaer, Bruel 64, Mechelen.
e.‘Voorbericht.’
f.1e jg., nr 1, 22 augustus 1901, pp. 1-2.
g.Ondertekend': De Redaktie.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Het Belfort

  • over De Boomgaard

  • over Dietsche Warande

  • over Dietsche Warande en Belfort

  • over La Jeune Belgique

  • over Ontwaking

  • over Het Pennoen

  • over Van Nu en Straks

  • over Vlaamsche Arbeid

  • over De Vlaamsche School

  • over De Vlaamse Gids

  • over De Vlaamsche Vlagge

  • over Vlaanderen