Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620 (1927)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (18.39 MB)

XML (1.99 MB)

tekstbestand






Editeurs

C.R. de Klerk

B.H. Molkenboer

H.W.E. Moller

J. Prinsen J.Lzn

Leo Simons

J.F.M. Sterck



Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

emblematiek
verzameld werk
gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes
tragedie/treurspel
tragikomedie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620

(1927)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen
[pagina 740]
[p. 740]

112. De Draeck en Oliphant.Ga naar voetnoot*



illustratie

1 Sulcx is den Philisteen gebeurt. Want als zij met arglistigheyt Samson zijn stercte 2 hadden genomen, d'oogen uytgesteken, ende in een meulen deeden malen, hem zeer 3 plagende, ende haer tijdcortinghe van hem maecten: En dat Samson vermercte, 4 datter een groote menighte van Philisteen in haer Afgods Tempel versamelt was, soo 5 nam hij voor, dat hij hem aan haer wreeken wilde na zijn vermoghen: doch wilde 6 niet sterven, of de Philisteen storven met hem. Grijpt der halven beyde de pilaeren, 7 daer't huys op rustede, ende doetse met den Philisteen ter neder vallen, ende doode 8 alsoo hemselven ende haer mede.

IVDICVM Cap. 16.

[pagina 741]
[p. 741]
CXII
 
Een eysselijcken Draeck bevocht een Oliphant,
 
En heeft hem metter vlucht seer schricklijck angherant:Ga naar voetnoot2
 
Omslingherde' hem zijn been, en met vergifte stekenGa naar voetnoot3
 
Komt 'tbloed als een riviere uyt zijn groff lichaem leken,Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Aemachtigh slap en flau door de'uytghemarchde krachtGa naar voetnoot5
 
Pofte' hij den Draeck op't lijf, doode' hem met gantscher macht.Ga naar voetnoot6
 
‘Dit is des werelts loop; wanneer de wree TyrannenGa naar voetnoot7
 
‘De vrome te vertre'en, en d'arme netten spannen,Ga naar voetnoot8
 
‘Omringhen haer ghelijck, en suyghen uyt haer bloed,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
‘Dan valt de vrome op't lijf die hem de wreedheyd doet.Ga naar voetnoot10
 
‘Gelijck de snelle Rhee, die op de steylle klippen
 
‘Den Iager had gejaeght, van meeninge' hem t'ontslippen,
 
‘Klimt, klautert, toegerust de Iager strengh en stijf:Ga naar voetnoot11-13
 
‘De Rhee ziet s'doodts ghevaer, springt botz hem op zijn lijf.Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
‘De Iagher breeckt zijn hals, zijn armen en zijn beenen.
 
‘De Rhee valt onversaeght te barsten op de steenen.Ga naar voetnoot16
 
‘Soo wie oock yemandt meent te plaghen nae zijn wil,Ga naar voetnoot17
 
‘Die jaeght hem selven meest, de Iagher staet niet stil.Ga naar voetnoot18
voetnoot*
Regel 1 Sulcx....: Dit is de Filistijnen overkomen (de vorm Philisteen is meervoud: Philisteeën, rechtstr. gevormd van 't Lat. Philistaeus; Filistijn is 't Lat. Philistínus). - r. 2 uytgesteken: uitgestoken (gesteken de oorspr. vorm). - r. 3 ende haer tijdcortinghe: en hem voor hun ontspanning gebruikten; En dat: en toen. - r. 5 nam hij voor...: maakte hij 't voornemen, dat hij zich aan hun (haer) wreken zou (wilde). - r. 6 storven: zouden sterven; Grijpt: ('t onderwerp weggelaten, zie blz. 538 r. 6) hij grijpt. - r. 7 rustede: rustte (zie blz. 584 r. 4). - r. 8 hemselven ende haer mede: zichzelf en hun ook; Judicum Cap. 16: uit't 16e hoofdst. van 't boek der Rechters vs. 18-30.
voetnoot2
metter vlucht (met der vlucht): met grote snelheid.
voetnoot3
Omslingherde' hem: spreek uit: omslingerd'em; vergifte: vergiftige.
voetnoot4
leken: vloeien.
voetnoot5
Aemachtigh: amechtig, uitgeput; flau: krachteloos; de uytghemarchde: uitgeputte (March de oorspr. vorm van merg).
voetnoot6
Pofte' hij: plofte hij (spreek uit: poft'ij); doode' hem: doodde hem (spreek uit: dood'em); met gantscher macht: met z'n volle zwaarte.
voetnoot7
wree (uit wrede): wrede.
voetnoot8
Om de deugdzamen te vertrappen en de armen....
voetnoot9
Omringhen haer ghelijck: hun helemaal insluiten.
voetnoot10
't lijf die hem: hem op 't lijf die hem....
voetnoot11-13
Gelijk de snelle ree, die de jager op de steile rotsen (klippen) heeft gejaagd, klimt en klautert in de hoop hem te ontsnappen (rhee met rh, zie blz. 665 op vs. 4); t'ontslippen: te ontsnappen; toegerust de Iager....: (als tussenzin te nemen) de jager is toegerust, koelbloedig en hard.
voetnoot14
botz: plotseling.
voetnoot16
onversaeght: onverschrokken.
voetnoot17
Soo wie oock: zo ook wie; nae zijn wil: naar z'n lust, naar z'n kwellust.
voetnoot18
Die jaeght....: die kwelt zichzelf 't meest; de jager kent geen rust.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken