Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620 (1927)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (18.39 MB)

XML (1.99 MB)

tekstbestand






Editeurs

C.R. de Klerk

B.H. Molkenboer

H.W.E. Moller

J. Prinsen J.Lzn

Leo Simons

J.F.M. Sterck



Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

emblematiek
verzameld werk
gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes
tragedie/treurspel
tragikomedie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 1. 1605-1620

(1927)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen
[pagina 748]
[p. 748]

116. De spijse-draghende Ezel.Ga naar voetnoot*



illustratie

1 Veel ongheluckiger als dese last-draghenden Ezel, is geweest die ellendighe ghe- 2 vanghen Keyser Valerianus. Want als hij vanden Koning van Persen Sapor geheeten 3 bekrijght, gevanghen, met stricken ghebonden, ende in slavernije ghebracht was, soo 4 heeft hij als een arme Ezel zeer swaren arbeyt doen moeten, ende hem oock voor een 5 voetschamel laten ghebruycken, als de Koning te peerd wilde zitten; is oock noch 6 ellendigh gheslaghen, ende armelijck ghespijst, tot dat hij in sulcken Ezels arbeyt 7 zijn leven ellendighlijck eyndighde.

SABELLICVS.

[pagina 749]
[p. 749]
CXVI
 
Hier, hier, ghij Vrecken hier, schout d'Ezel overladenGa naar voetnoot1
 
Met bouten, hoenders, taert, ghesoden, en ghebraden,Ga naar voetnoot2
 
Saucijssen, Hasen, Wijn, Capoenen, en Pastey,Ga naar voetnoot3
 
En hij eet dijstlen self op schraele en dorre wey.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
‘Zoo gaet het oock met u, verschroockte gierghe slaven:Ga naar voetnoot5
 
‘In rijckdom zijdij arm, becommert gaet ghij draven:Ga naar voetnoot6
 
‘Hebt stadelijcken sorgh, beswaert met druck en klagh,Ga naar voetnoot7
 
‘Vindt geen gerust gemoet, en woelt schier nacht en dagh:Ga naar voetnoot8
 
‘Slurpt wey en water in, schroomt uwen buyck te vullen:Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
‘Een ander heeft u haef, derf leckerlijcken smullen.Ga naar voetnoot10
 
‘Die 't goedt heeft, suyght de poot; die 't niet heeft, eet gebraet.Ga naar voetnoot11
 
‘Dees loert op woeckers winst, en d'ander op verraet:Ga naar voetnoot12
 
‘En altijd heeft hij vrees, versmoort in ijdle sorghen:Ga naar voetnoot13
 
‘Komt stadigh broodt te kort, becommert voor den morgen:Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
‘Onthout zijn lust het goet, en spaertet uyt zijn mont;Ga naar voetnoot15
 
‘Dat in het eynd verbrast wort door de Katt' of Hondt.
voetnoot*
Regel 1 ellendighe: ongelukkige. - r. 2 Valerianus: Romeins keizer in de 3e eeuw na Kr.; hij voerde o.a. oorlog tegen de Perziese koning Sapor, en werd door deze verslagen en krijgsgevangen gemaakt. Hij moest vele gruwelen onderstaan; vanden: door de. - r. 5 voetschámel: voetbank (schamel bijvorm van schemel). - r. 6 armelijck ghespijst: schraal gevoed. - r. 7 Sabellicus: zie onder prent 67.
voetnoot1
schout: ziet.
voetnoot2
bouten: vleesboutjes; ghesoden, en ghebraden: gekookte en gebraden spijs (gezoden en gebraden zijn zelfst. naamw., vergelijk prent C, blz. 717 vs. 22: 't ghesoden naast 't gebraet).
voetnoot3
Capoenen: vetgemeste hanen.
voetnoot4
dijstlen: distels (dijstel Brabantse vorm).
voetnoot5
verschroockte: (verschroeide) verschrompelde (verschroocken: verschroeien).
voetnoot6
zijdij: zijt ge (toch) arm; draven: lopen, zwoegen.
voetnoot7
stadelijcken: voortdurend (bijw. op -en); druck en klagh: bedruktheid en geklaag.
voetnoot8
woelt: zijt onrustig.
voetnoot9
wey: schrale drank (de waterdelen van de melk, wat er overblijft als de kaas gemaakt is).
voetnoot10
u haef: uw goederen; derf leckerlijcken: mag, kan lekker.
voetnoot11
Die 't goed bezit, zuigt op 't been.
voetnoot12
Dees: de ene (gierigaard); d'ander: de andere; verraet: bedriegerij (om hem te bedotten en zelf te genieten).
voetnoot13
versmoort: gedompeld.
voetnoot14
voor den morgen: voor den dag van morgen.
voetnoot15
Onthoudt 't goed aan z'n eigen genoegen, gunt zich zelf 't genot van 't goed niet.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken