Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640 (1929)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.89 MB)

ebook (6.82 MB)

XML (2.97 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640

(1929)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 255]
[p. 255]

[Gedichten]

Over het verongelucken van den Iongen Kevrvorst.
Liick Traenen. aant.Ga naar voetnoot*

 
Ah Keurvorstelijcke siel!
 
'k Vloeck uw noodlot, en de kiel
 
Die twee Fredericken deylde,Ga naar voetnootvs. 3
 
Soon en vader overseylde.
5[regelnummer]
Ghy omarremt noch den mast,
 
Daer de dood het al verrascht:
 
Daer die heldenharten sweecken,Ga naar voetnoot7
 
Gaf een kind een manlijck teecken.Ga naar voetnoot8
 
Silverhayr of blonde jeughd
10[regelnummer]
Maeckt geen' oude, maer de deughd,
 
Die met kracht den nood dar weerstaen,Ga naar voetnoot11
 
En kloeckmoedigh houd haere heerbaen.Ga naar voetnoot12
 
Oh oh vader! kreet de soon,
 
Redme redme, en 't lijf verschoon
15[regelnummer]
Van uw' oudste en eerstgeboren:
 
Help o helpme, 'k ga verloren:
 
't Water op de lippen staet,
 
En de noodscheer 's levens draedGa naar voetnoot18
 
Dun en teer dreyght af te knippen.
20[regelnummer]
Bergh mijn' siel alree aen 't slippen,
 
In den jongsten oogenblick.
 
Met soo gaeftghe snick op snick,Ga naar voetnoot22
 
En de winden gingen weyenGa naar voetnoot23
 
Over 't water met uw schreyen.
25[regelnummer]
Leydstar, hoop van 't Duytsche volck,
[pagina 256]
[p. 256]
 
Ah ah, ah! een' waterwolckGa naar voetnoot26
 
Bluscht uw' koninglijcken luyster,
 
En uw vader kermt in 't duyster.
 
Bitter noodlot, most het sijn?
30[regelnummer]
Most soo d'opgang van den RhijnGa naar voetnoot30
 
Met sijn' Goddelijcke straelen,
 
In den Ystroom nederdaelen?
 
Mostghe sneven, jonge Vorst?
 
Die met onvertsaeghde borst
35[regelnummer]
Had belooft de wraeck te wecken,Ga naar voetnoot35
 
Om in Bayeren te trecken,
 
En na 's vyands neerlaegh, weer
 
Op te rechten 's vaders eer;
 
Daer de boeren wijngaerd planten,
40[regelnummer]
Aen de vruchtbre waterkanten,
 
Van den Neckervliet besproeyt;
 
Daer het jaer soo weeldigh bloeyt.
 
Lijck, daer Duytschland om sal swijmen,Ga naar voetnoot43
 
Neem voor lief ons' droeve rijmen.
45[regelnummer]
Ah Keurvorstelijcke siel!
 
'k Vloeck uw noodlot, en de kiel
 
Die twee Fredericken deylde,
 
Soon en vader overseylde.
voetnoot*
Van 1629. Afgedrukt volgens de tekst achter de eerste uitgave van de Hippolytus.
De jonge keurvorst was de zoon van Frederik, de verdreven koning van Boheme. De 17de Januarie 1629 zeilde het gezelschap bij stormweer uit, om de door Piet Heyn behaalde buit te gaan zien. De schuit werd door een ander vaartuig overzeild en zonk. De koning werd gered, maar de oudste zoon met zijn edellieden verdronken.
voetnootvs. 3
deylde: van elkaar scheidde.
voetnoot7
sweecken: bezweken.
voetnoot8
Gaf een manlijck teecken: bewees werkelik een man te zijn. De verklaring wordt gegeven in de volgende regels. De eigenlike leeftijd (oude: ouderdom) d.w.z. de rijpheid, wordt niet bepaald door het aantal levensjaren (silverhayr of blonde lokken), maar door karaktereigenschappen (deughd).
voetnoot11
dar: durft.
voetnoot12
houd haere heerbaen: de grote, rechte weg volgt.
voetnoot18
noodscheer: de schaar van het Noodlot, gehanteerd door Atropos, een der drie Schikgodinnen, die de levensdraad afsnijdt.
voetnoot22
Met: tegelijk.
voetnoot23
weyen: waaien; dus ook het rijmwoord schreyen met ai te lezen.
voetnoot26
waterwolck: een zware regenwolk, die het licht van de star verdooft. Tegelijk een woordspeling met het water, waarin hij verdronk.
voetnoot30
d'opgang van den Rhijn: de zon die in het Oosten, aan de Rijnzijde opging.
voetnoot35
de wraeck is hier verpersoonlikt. Om wraak te nemen over het geleden onrecht.
voetnoot43
swijmen: bezwijmen van smart over het verlies.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • B.H. Molkenboer

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • J.F.M. Sterck

  • C.G.N. de Vooys