Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640 (1929)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.89 MB)

ebook (6.82 MB)

XML (2.97 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640

(1929)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 369]
[p. 369]

Wellekomst van den Heer Hvigh de Groot,
'tAmsterdam.Ga naar voetnoot*

Na sijne langduurige ballingschap.

 
Wat saelge wint is 't, die van 't LelistrandtGa naar voetnootvs. 1
 
Den stroom op, in 't ondankbre Vaderlandt
 
Hervoert het Delfsche wetorakel, datGa naar voetnoot3
 
Gekoffert, als een kostelijcken schat,Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Weleer de bange Maes afdrijven quam,Ga naar voetnoot5
 
Tot dat de Sein het in haar armen nam,
 
En sette dat geberghde GodskleynoodtGa naar voetnoot7
 
Met blyschap op den koningklijcken schoot
 
Des Allerchristelijcksten Luidewijcks,Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Die 't herbergh schonck, tot glory sijnes Rijcks;
 
Op dat het, na 'et verstuiven van die wolck
 
Des drucks, verscheen, tot heil van 't vrye volck,Ga naar voetnoot11-12
 
En 't misverstandt aansiende 's helds geduldGa naar voetnoot13
 
Hem weder eerde, en riep: het is mijn schuldt.
15[regelnummer]
De Vader der welsprekentheit herblonckGa naar voetnoot15
 
Soo weêr te Roome, als d'ordenloosheid stonckGa naar voetnoot16
 
Van Klodius, die schadelijcke pest,Ga naar voetnoot17
 
Voor 't lichaam van het algemeene best.
 
Het treurigh aansicht van den Staat dat lacht.
20[regelnummer]
De swacke wetten voelen nieuwe kracht.
 
Self d'Ontucht word beschaamt van't eerlijck licht.Ga naar voetnoot21
 
Rechtvaardigheit houdt vree door evenwight.Ga naar voetnoot22
[pagina 370]
[p. 370]
 
De Rede stemt niets troebel, maar gesondt.Ga naar voetnoot23
 
Soo veele steên besluyten uit een mondt.Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
Men tast niet meer in blinde duisternis,
 
Der burgren oirbaar 't eenigh doelwit is;Ga naar voetnoot26
 
En rept 'er ergens een van dwinglandy
 
Daar ooghtmen op, als hiel hy Spanjes zy'.Ga naar voetnoot28
 
O groote Ziel, o son van mijn gesangk,
30[regelnummer]
Die weêr verrijst, na uwen ondergangk,
 
En ons verheught met desen gouden dagh,
 
Dien Hollandt wel met eere vieren magh:
 
Wat woorden sal de danckbare gemeentGa naar voetnoot33
 
Best vlyen, als de goudsmidt dier gesteent,Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Om u t'onthalen op den hooghsten trap;
 
Na 's kerckers ramp, na suure ballingschap.
 
O stalen hart al gloeyend hardt gesmeedt!Ga naar voetnoot37
 
O Groothart, met wat hemelschen magneetGa naar voetnoot38
 
Bestreeck Standvastigheit uw vast gemoedt
40[regelnummer]
Dat het soo heel van liefde t'onswaart woedt,Ga naar voetnoot40
 
En wraackt de weelde van een aartspaleis,Ga naar voetnoot41
 
En kust het landt en al zijn haters peis.Ga naar voetnoot42
voetnoot*
Van 1631. Afgedrukt volgens Vondels Verscheide Gedichten 1644, blz. 184.
Opschrift: Na zijn ballingschap, aan 't Franse hof, kwam Hugo de Groot in het laatst van 1631 heimelik naar Rotterdam. Achtervolgd door het gerecht, vertrok hij naar Amsterdam, waar hij de 9de Desember aankwam en zich schuil hield bij Joost Brasser. Daar bezochten hem zijn vrienden en bloedverwanten, o.a. ook Vondel. Uit dit gedicht blijkt dat Vondel het volste vertrouwen heeft op zijn eerherstel.
voetnootvs. 1
't Lelistrandt: de Franse kust.
voetnoot3
Hervoert: terugbrengt; het Delfsche wetorakel: de grote Delftse wetskenner.
voetnoot4
Gekoffert: nl. te Loevestein.
voetnoot5
bange: als 't ware angstig voor mogelike vervolging.
voetnoot7
geberghde: in veiligheid gebrachte; Godskleynoodt: kostbare, goddelike gave aan de mensheid.
voetnoot9
Lodewijk XIV, als Frans koning met de erenaam Allerchristelijkste Majesteit.
voetnoot11-12
't verstuiven van die wolck des drucks: wanneer de tijden van godsdienstvervolging voorbij zouden zijn (vgl. het vrye volck in vs. 12); verscheen: zou verschijnen; evenzo zijn eerde en riep in vs. 14 voorwaardelik op te vatten.
voetnoot13
misverstandt: het (vroegere) onjuiste inzicht.
voetnoot15
De Vader der welsprekentheit: Cicero, die, door Clodius aangeklaagd, Rome een tijdlang moest ontvluchten; herblonck: zijn talent schitterde opnieuw.
voetnoot16
ordenloosheid: geest van verzet.
voetnoot17
schadelijck: te verbinden met vs. 18; pest (naar Lat. pestis): fig. voor: verderfelik wezen, schurk.
voetnoot21
Ontucht: tuchteloosheid; van 't eerlijck licht: door een zo rechtschapen man.
voetnoot22
Bewaart de vrede door de partijen in evenwicht te houden, de machtsverhoudingen te regelen.
voetnoot23
stemmen: besluiten nemen: er worden geen besluiten genomen die verwarring stichten.
voetnoot24
Soo veele steên: de Hollandse steden zijn niet meer onderling verdeeld; uit één mondt: eenstemmig.
voetnoot26
oirbaar: rust, welzijn.
voetnoot28
Daar ooghtmen op: die houdt men in 't oog.
voetnoot33
gemeent: volk.
voetnoot34
vlyen: schikken, kunstig samenvoegen.
voetnoot37
hardt gesmeedt: door tegenspoed gestaald.
voetnoot38
Groothart: woordspeling met zijn naam; door het bestrijken met die magneet voelt dat stalen gemoed zich onweerstaanbaar aangetrokken tot het vaderland.
voetnoot40
In plaats van heel heeft de uitgave van 1660: heet. Beide lezingen geven een goede zin; woedt: hartstochtelik verlangend zich richt.
voetnoot41
En de weelde van een vorstelik hof verwerpt, versmaadt.
voetnoot42
peis kussen: de vredekus geven; dus: geen wrok gevoelt tegenover zijn vaderland en zijn heftige tegenstanders. De latere lezing (1660) luidt: het lant, zijn strenge stiefmoêr, peis!

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • C.G.N. de Vooys

  • J.F.M. Sterck

  • H.W.E. Moller

  • C.R. de Klerk

  • B.H. Molkenboer

  • J. Prinsen J.Lzn

  • Leo Simons


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • over Hugo de Groot


plaatsen

  • Amsterdam