Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.15 MB)

ebook (6.98 MB)

XML (3.07 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragikomedie
pastorale


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 5. 1645-1656

(1931)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 834]
[p. 834]

Lof-zang van Sinte Agnes.aant.Ga naar voetnoot*

 
Hoe zalig was de Maagd,
 
Die Gode zoo behaagt,
 
Dat op haar ziel,, Het oog van JEZUS viel,
 
Die dees bedaude roos
5[regelnummer]
Tot zijne Bruid verkoos,
 
Zoo ras zijn licht,, Verheugde haer gezicht,Ga naar voetnootvs. 6
 
En zij hem opdroeg den morgenstondGa naar voetnoot7
 
Van 's levens geuren,, En knop, en kleuren;
 
In 't hart gewond.Ga naar voetnoot9
 
10[regelnummer]
Sinte AGNES was dees Bruid,
 
Die oog en ooren sluit,
 
En hart, en zin,, Voor's werelds meeremin,Ga naar voetnoot12
 
Wiens honig-zoete keelGa naar voetnoot13
 
De Jeugd naar 't lust-prijeelGa naar voetnoot14
15[regelnummer]
Van Rome troont,, En aanlokt, en vertoont
 
Wat rijkdom, adel, en eer vermag,
 
Een sleip van staten,, En onderzaten,Ga naar voetnoot17
 
En spel, en lach.
 
 
Dit speet Symfronius,
20[regelnummer]
Toen zij zoo fier den kus
 
Van 's levens mai,, Zijn' eedlen mond ontzei,Ga naar voetnoot21
 
Juweelen, ring, en schatGa naar voetnoot22
 
Op straat met voeten trad.Ga naar voetnoot19-23
 
Hoe blaakt de deugd,, Van hare schoone jeugdGa naar voetnoot24
25[regelnummer]
Den Roomschen Jongeling, dag en nacht.Ga naar voetnoot25
 
De vlam, door 't weig'ren,, Begint te steig'ren
 
Met grooter kracht.
[pagina 835]
[p. 835]
 
De vader van Sijmfroon;
 
Beladen met den zoon,Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
De Schoone vrijd,, En aanlokt, en bestrijd:Ga naar voetnoot30
 
Maar AGNES, even trots,
 
Houd stand, gelijk een rots,
 
In dit gedruis,, Getrouw en rein en kuisch.
 
Zij weigert Vesta de wierook-eer,Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Door hooger kennis,, Acht schand noch schennis,
 
Hoe jong en teer.
 
 
Maar d'Opper-majesteit
 
Bewaart haar zuiverheid,Ga naar voetnoot38
 
Door 's hemels Geest,, Voor 't eeuwig bruilofts-feest.
40[regelnummer]
Symfroon, ter dood geplet,Ga naar voetnoot40
 
Verrijst door haar gebed,
 
En looft de kracht,, Van 't kruis, dus lang veracht.
 
De Wraak verwijst ten vuure Gods bloed,
 
Dat blust, in 't midden,, Des brands, door bidden
45[regelnummer]
Den rooden gloed.Ga naar voetnoot43-45
 
 
Het ongeschonde Lam
 
Gered door vier en vlam,
 
Biet onvervaard,, Den hals de punt van 't swaerd,Ga naar voetnoot46-48
 
En erft de martel-faam,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
De daad bestemt den naam.Ga naar voetnoot50
 
Haar Geest bij nacht,, Verschijnt eer lang de wacht,Ga naar voetnoot51
 
Bij 't graf, daar d'ouders haar koud gebeent,
 
En asch bewaken,, En God genaken,
 
Niet onbeweent.Ga naar voetnoot54
 
55[regelnummer]
Zij blonk in eenen rei
 
En goddelijk geleiGa naar voetnoot56
 
Van zuiverheen,, Die op de wolken tre'en.Ga naar voetnoot57
 
Een kroon, die 't licht verdooft,Ga naar voetnoot58
 
Bestraalt haar vrolijk hoofd.
[pagina 836]
[p. 836]
60[regelnummer]
Een Lam bij haar,, In 't midden van de schaar.Ga naar voetnoot60
 
Zij sprak ten leste de Moeder aan:
 
Houw op van ijzen,, Naar deze prijzenGa naar voetnoot62
 
Heb ik gestaan.Ga naar voetnoot63
 
 
Gekroonde Kruisheldin,
65[regelnummer]
In oude en teerheid min,Ga naar voetnoot65
 
Doch meer in kracht,, En wijsheid, waard gedacht;
 
Die 't eelste van uw tijd
 
Den hemel had gewijt;
 
Och, sla uw oog,, Uit 's hemels gouden boog:
70[regelnummer]
Verbid uw Speelnoods in 't Engle-koor,Ga naar voetnoot70
 
Die hier beneden,, Om God, betreden
 
Uw zuiver spoor.Ga naar voetnoot71-72
 
 
J.v. Vondel.
voetnoot*
Van of vóór 1654. Afgedrukt volgens de tekst in Bloemkrans van Verscheide Gedichten, 1659, blz. 429.
voetnootvs. 6
Zodra zij het licht van Jezus met vreugde ontvangen had, d.w.z. Christin geworden was.
voetnoot7
hem opdroeg: hem wijdde.
voetnoot9
In 't hart gewond: te verbinden met zij (vs. 7).
voetnoot12
meeremin: als allegorie, de verleiding.
voetnoot13
Wiens: wier.
voetnoot14
lust-prijeel: lusthof; in dit verband: plaats van werelds vermaak.
voetnoot17
Een sleip van staten: een stoet van aanzienliken.
voetnoot21
Van 's levens mai: van haar frisse jeugd; eedlen: adellike.
voetnoot22
Juweelen: kostbaarheden.
voetnoot19-23
De H. Agnes versmaadde de liefde en de kostbare geschenken van de zoon en naamgenoot van de stadhouder Symphronius.
voetnoot24
blaakt: doet in liefde ontgloeien.
voetnoot25
Roomschen: Romeinse.
voetnoot29
Beladen met: bekommerd om.
voetnoot30
vrijd: spreekt vriendelik toe; bestrijd: tracht haar met geweld over te halen.
voetnoot34
Vesta: als godin van de huiselike haard, van het huwelik.
voetnoot38
zuiverheid: kuisheid.
voetnoot40
geplet: terneer geslagen. Toen de jonge Symphronius zich aan Agnes vergrijpen wilde, werd hij door een engel ter aarde geslagen. Agnes' gebed bracht hem tot het leven terug, waarop hij Christen werd.
voetnoot43-45
De vader Symphronius liet nu Agnes op een brandende houtstapel plaatsen, maar het vuur doofde uit, zonder haar te deren; Gods bloed: de Godgewijde maagd (eig. Gods kind).
voetnoot46-48
Daarop werd Agnes onthoofd.
voetnoot49
erft: verwerft; martel-faam: eer van het martelaarschap.
voetnoot50
De daad bestemt den naam: door die daad (van het martelaarschap) bleek zij terecht de naam Agnes (woordspeling met agnus: Lam) te dragen (vgl. vs. 60); bestemt: bepaalt (Ned. Wdb. II, 2142).
voetnoot51
eer lang: kort daarop.
voetnoot54
Niet onbeweent: te verbinden met Haar (Geest) in vs. 51.
voetnoot56
gelei: geleide, stoet.
voetnoot57
zuiverheen: reine, heilige maagden.
voetnoot58
verdooft: overschittert.
voetnoot60
Een Lam bij haar: als attribuut.
voetnoot62
ijzen: verschrikt, ontsteld zijn.
voetnoot63
gestaan: gedongen.
voetnoot65
oude: leeftijd.
voetnoot70
Verbid: bid voor.
voetnoot71-72
Uw voorbeeld van reinheid volgen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • A.A. Verdenius


Over dit hoofdstuk/artikel

lied

  • Naar de Nederlandse Liederenbank