Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660 (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.91 MB)

XML (3.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

(1935)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 178]
[p. 178]

[Gedichten]

MET DE HIERVOOR AFGEDRUKTE ‘HERSCHEPPINGE’ is de reeks van Vondels groote vertalingen uit het Latijn gesloten. Den tekst met de toelichting zagen we de ruimte beslaan van het geheele VIde en VIIde en nog een stuk van dit VIIIste Deel.

Een woord vooraf in Deel V heeft den lezer rekenschap gegeven, waarom wij bij deze werken opzettelijk gingen afwijken van den chronologischen voortgang.

Wij deden dat ter wille van de overzichtelijkheid der stof en de doelmatigheid bij de toelichting en bij het gebruik. Zoo konden wij de beide Vergilius-overzettingen náást elkander afdrukken en ze laten volgen door de vertalingen van Horatius en Ovidius.

Hiernaast wordt de tijdkundige volgorde hervat. Bracht het Vde Deel ons tot het jaar 1656, we gaan de uitgaven van datzelfde en de volgende jaren afdrukken om ten slotte een begin te maken met die van 1660.

[pagina 179]
[p. 179]

Byschriften.aant.

Rome.Ga naar voetnoot*Ga naar voetnoot**

Imperium sine fine dedi.

 
De Bouwheer Romulus zijn' naem gaf aen de vesteGa naar voetnoot1
 
Van Rome, welx gezagh op twee paer wijzen draeft,Ga naar voetnoot2
 
Door Koningsdom, door 't volck, en 's volcks gemeene beste,
 
Door Keizer en door Paus, van Constantijn begaeft.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Des weerelts Hooftstadt wert de Monarchy beschoren:Ga naar voetnoot5
 
Zoo heerschtze in Julius en Jesus erfgebiedt;Ga naar voetnoot6
 
Het kruys drong door, daer zwaert noch standert in kon booren.Ga naar voetnoot7
 
Sint Peters myter wijckt voor Cezars lauwer niet.
 
Hoe d'afgront brulde, om zich aen Christus stoel te wreken;Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Noch hoort men, uit Godts stoel, hier Godts orakel spreken.Ga naar voetnoot10

Keulen.Ga naar voetnoot*

Patrium servavit honorem.

 
Aertsbisschoplijcke stoel, de voorste KeurvorstinGa naar voetnoot1
 
Van drie, juweel des Rijns, van 't Rijck en 's Keizers steden,
 
Geboortestadt en eer van d'oude Keizerin,
 
Uw stichtster, na Agrip, hoe vroom hebt ghy gestredenGa naar voetnoot3-4
5[regelnummer]
Voor 't Kruislam, sedert uw Matern, Sint Peters handt,Ga naar voetnoot5
[pagina 180]
[p. 180]
 
U ruckte van Teutaets en Hesus woutaltaren;Ga naar voetnoot6
 
Getrouwe dochter van de Roomsche Kerck, ghy spant
 
De Kroon in Heilighdom en Godtsdienst te bewaren.Ga naar voetnoot8
 
Uw Kercken, in getal, op 't jaerlijx daghtal slaen.Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Men ziet de zon van Rome in Keulens halve maen.Ga naar voetnoot10

Antwerpen.Ga naar voetnoot*

Alias inter caput extulit Urbeis.

 
Antwerpen liet den droom van Reus en handtol varen,
 
En 't werpen van de hant, aen d'oevers van het Schelt;Ga naar voetnoot1-2
 
Die Marckgravin des Rijcks, en Koopstadt, rijck van warenGa naar voetnoot3
 
Haer beurs en zenuw steef met in- en uitheemsch gelt.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Een paerle aen Flippus kroon, en zelf de kroon der steden
 
Van gansch Europe, en als een lamp voor 't hoogh altaer,
 
Verlichtze met haer' glans godtvruchticheit, en zeden,
 
En kunsten, en bewaeckt de lantgrens in gevaer.
 
Hoewel de stroom en muur en burgerwacht haer stercken;
10[regelnummer]
Haer sterckxste burgh is Godt, zijn Moeder, en haer kercken.
 
 
 
J. v. Vondel.
voetnoot*
Vóór of in 1656. - Dit drietal Bijschriften verscheen voor het eerst in Klioos Kraam I, 1656, blz. 365-66.
voetnoot**
Het Latijnse opschrift, ontleend aan Aeneis I, 279, betekent: Ik heb (die stad) een heerschappij zonder einde geschonken.
voetnoot1
Bouwheer: stichter.
voetnoot2
op twee paer wijzen draeft: op vierderlei wijze (d.w.z. onder vierderlei bestuur) een hoge vlucht genomen heeft: onder de oude koningen, de republiek ('s volcks gemeene beste), de Romeinse keizers en de Pausen.
voetnoot4
begaeft van: begiftigd door. Dit slaat op de historiese overlevering dat de bisschop van Rome aan Constantijn zijn wereldlike macht te danken had. Inderdaad werd de pauselike macht vergroot doordat Constantijn's overgang tot het Christendom en de verlegging van de residentie naar Constantinopel de Paus van de druk van het hof bevrijdde.
voetnoot5
Des weerels Hooftstadt: aan Rome; beschoren: toebedeeld.
voetnoot6
Julius: Julius Caesar; erfgebiedt: erfelik, d.i. onvervreemdbaar grondgebied. Gebiedt kan hier ook heerschappij betekenen.
voetnoot7
in kon booren: zich duurzaam kon vestigen.
voetnoot9
d'afgront: de helse machten.
voetnoot10
Godts stoel: de pauselike stoel; Godts orakel: de onfeilbare pauselike uitspraken.

voetnoot*
Het Latijnse opschrift, ontleend aan Aeneis V, 601, betekent: Zij handhaafde de voorvaderlike eer.
voetnoot1
stoel: zetel; voorste: voornaamste van de drie, dus boven Mainz en Trier.
voetnoot3-4
d'oude Keizerin: Agrippina; zie deel 3, blz. 745, vs. 807 en vs. 793-99.
voetnoot5
Matern: Maternus, die door Sint Petrus gewijd zou zijn; zie deel 3, blz. 717, vs. 27
voetnoot6
Vgl. deel 3, blz. 746, vs. 840-41.
voetnoot8
bewaren: handhaven.
voetnoot9
Keulen is rijker aan kerken dan enige andere stad.
voetnoot10
halve maen: wegens de halvemaanvormige bouw van de stad.

voetnoot*
Het Latijnse opschrift, ontleend aan Vergilius' Eclogae I, 24, betekent: Zij verhief het hoofd boven de andere steden.
voetnoot1-2
droom: fantastiese overlevering. De reus Antigonus eiste tol van de schippers op de Schelde. Weigerden ze, dan werd hun hand afgehouwen en in de Schelde geworpen. Vandaar de naam Hand-werpen voor de stad, die op die plek gebouwd werd.
voetnoot3
Antwerpen was oudtijds een markgraafschap.
voetnoot4
zenuw: spier, dus: innerlike kracht; steef: versterkte.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius


Over dit hoofdstuk/artikel

plaatsen

  • Antwerpen