Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660 (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.91 MB)

XML (3.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

(1935)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De LXXIII. Harpzang.Ga naar voetnoot*

Ut quid, Deus, repulisti.

 
Hoe hebtge, o Godt, ons dus elendigh
 
Verstooten in uw grimmigheên?
 
Verstooten eeuwigh, en onendigh?
 
Hoe gloeit uw aenzicht naer beneên
5[regelnummer]
Van gramschap, die uw koy laet sneven,
 
Den wolven tot een' roof gegeven?Ga naar voetnootvs. 6
 
 
 
Gedenck toch hoe gy haer vergaerde
 
Tot eene kudde by den Nijl,
 
Gelijck een herder, haer bewaerde
10[regelnummer]
Van aenvang, naer uw goetheits stijl,
 
En voerdeze over velt, en heide,
 
Gevoedt, gesterckt door uw geleide.Ga naar voetnoot7-12
 
 
 
Gy holpt uw erfdeel aen 't vermogenGa naar voetnoot13
 
Van staf en koningklijcke kroon,Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
En zette hen, voor ieders oogen,
 
Op Sion, uwen bergh, en troon,
[pagina 410]
[p. 410]
 
In 't hof, waeruit gy woudt regeeren,
 
En in uw stammen triomfeeren.Ga naar voetnoot16-18
 
 
 
Hef op uw vuist, en klinck de boozen
20[regelnummer]
Ter aerde, datze nimmermeer
 
Verrijzen, deze godeloozen,
 
Erfvyanden van 's hemels eer.Ga naar voetnoot19-21-22
 
Wat stont het godtskoor niet te lijden,Ga naar voetnoot23
 
Toen zy uw heilighdom ontwijdden.
 
 
25[regelnummer]
Uw haeters stoften, en braveerden,
 
In 't midden van het hooge feest.
 
De vloecken, die uw koor onteerden,Ga naar voetnoot27
 
En hun standaerden onbevreestGa naar voetnoot28
 
Op torens planten, och, verstonden
30[regelnummer]
Geensins wiens heilighdom zy schonden.
 
 
 
Zy hieuwen uw stepoorten neder,Ga naar voetnoot31
 
Met zwaert en heirbijl, wreet en stout,
 
Gelijck men eickenboom, en ceder
 
In 't bosch met bijlen nederhouwt.
35[regelnummer]
Men stack de krijghstorts in den tempel.
 
De koevoet schon uw deur, en drempel.Ga naar voetnoot36
 
 
 
Al 't onbesneêndom sprack vermeetenGa naar voetnoot37
 
By zich in 't harte uit eenen mont:
 
Valt aen, zoo blijft Godts feest vergeeten,
40[regelnummer]
En uitgeroit tot in den gront.Ga naar voetnoot40
 
Geen staetsi zal hun namaels lusten.Ga naar voetnoot41
 
Zoo zal de feestdagh eeuwigh rusten.
 
 
 
Wy zien geen wondertekens langer,Ga naar voetnoot43
 
Verneemen geen Profeeten meer,
45[regelnummer]
Noch hooren geene orakels, zwanger
 
Van troost. wy treuren zonder Heer:Ga naar voetnoot45-46
 
Alleens of Godt ons had vergeeten,Ga naar voetnoot47
 
En zuchten liet aen 's vyants keten.
[pagina 411]
[p. 411]
 
O Godt, hoe lang zal uw erfvyant
50[regelnummer]
Braveeren over ons bederf,Ga naar voetnoot50
 
Uw volck, versteecken van uw' bystant,Ga naar voetnoot49-51Ga naar voetnoot51
 
Hem u zien tergen op uw erf,
 
Uw' naem beschimpen, en verachten,
 
Nu wy vergeefs op d'uitkomst wachten?
 
 
55[regelnummer]
Zult gy uw hant niet eens uitsteeckenGa naar voetnoot55
 
Uit uwen boezem, ons ten troost?
 
Gy waert ons Koning, 't is gebleecken,
 
En Godt, eer 't oogh den dagh in 't Oost
 
Zagh rijzen. uwe maght bewaerdeGa naar voetnoot57-59
60[regelnummer]
Ons midden in den ring der aerde.Ga naar voetnoot60
 
 
 
Uwe almaght metst de roode golven,
 
Gelijck een' muur, en houdtze staen,Ga naar voetnoot61-62
 
Daer al de draecken in gedolven,
 
Als in een graf, te gronde gaen.Ga naar voetnoot63-64
65[regelnummer]
Gy kneust het draeckenhooft uit toren,Ga naar voetnoot65
 
Ten aze van de rave en Mooren.Ga naar voetnoot66
 
 
 
Gy klinckt een bronaêr uit de steenen,
 
Daer springen klaere beecken uit.
 
Gy schutte dees Jordaen voorheenen,Ga naar voetnoot69
70[regelnummer]
Die zagh met schrick haer kil gestuit.Ga naar voetnoot70
 
Gy stelde licht en schaduw paelen,
 
Schiept morgenroot, en zonnestraelen.
 
 
 
Gy vat den aerdtkloot, dicht geslooten
 
In zijnen ring, omringt van vloên.Ga naar voetnoot74
[pagina 412]
[p. 412]
75[regelnummer]
Den zomer hebt gy overgooten,
 
Bemaelt met verwe en levend groen:
 
En schoon de winter 't velt verwildert,
 
Uw geest en kunst de lent herschildert.Ga naar voetnoot73-78
 
 
 
Gedenck hoe 't volck, van u verbastert,
80[regelnummer]
Het heilige omwroet, en schoffeert,Ga naar voetnoot80
 
Uwe almaght vloeckt, beschimpt, en lastert;
 
Hoe reuckloos zaet uw' naem onteert,Ga naar voetnoot82
 
Uwe almaght terght en trotst baldaedigh,Ga naar voetnoot83
 
In zijnen wrevel onverzadigh.Ga naar voetnoot84
 
 
85[regelnummer]
Och, geef uw tortelduif de ravenGa naar voetnoot85
 
En wilde dieren niet ten aes.Ga naar voetnoot86
 
Vergeet niet eeuwigh uwe slaven,
 
En armen, dus getrapt, helaes.
 
Zijn wy te snoot voor u gevonden,
90[regelnummer]
Zoo eert ten minste uw heilverbonden:Ga naar voetnoot89-90
 
 
 
Want 's vyants huizen allerwegen
 
Zijn elck een roofnest, opgevult
 
Met schatten, door gewelt verkregen,
 
En onrecht. laet beproeft gedult,
95[regelnummer]
Tot wanhoop toe niet gansch verschoven.Ga naar voetnoot95
 
De droeve en arme zal u loven.
 
 
 
Rijs op, en hanthaef eens genadigh,
 
Het Recht der vroomen, uwe zaeck.
 
Gedenck hoe reuckloos volck baldaedigh
100[regelnummer]
U daeghlijx schent, en terght tot wraeck.
 
Vergeet niet hoe uw haeters grimmen,
 
Hun lastren altijt hooger klimmen.Ga naar voetnoot102

voetnoot*
Ps. 73.
voetnootvs. 6
toevoegsel.
voetnoot7-12
V: Memor esto congregationis tuae quam possedisti ab initio, vs. 2; B herinnert aan den uittocht uit Egypte (den Nijl); het beeld van de heide is door Vondel ingevoegd.
voetnoot13
't vermogen: de macht.
voetnoot14
B verklaart, dat virgam van de V. vs. 2 den koningsstaf beteekent.
voetnoot16-18
B: Mons Sion est Regnum, sive caput Regni tui, in quo habitasti.
voetnoot19-21-22
boozen - godeloozen - erfvyanden: V: superbias, vs. 3.
voetnoot23
godtskoor: het God gewijde koor, de verbondsark; V: in sancto, vs 3.
voetnoot27
vloecken: vloekwaardigen; koor: heiligdom, ark.
voetnoot28
standaerden: V: signa, vs. 4; B: vexilla quasi trophaea manifesta in suprema parte portarum vel turrium civitatis.
voetnoot31
stepoorten: stede- of stadspoorten.
voetnoot36
toevoegsel; koevoet: ijzeren staaf.
voetnoot37
't onbesneêndom: de onbesnedenen, de heidenen; vgl. LXXV Harpz. vs. 1.
voetnoot40
uitgeroit: uitgeroeid.
voetnoot41
Versta: voortaan (namaels) zullen zij geen lust meer hebben in hun godsdienstige feesten, wanneer nl. alle hulpmiddelen daartoe zijn vernietigd.
voetnoot43
Wy zien: hier spreken de Joden weer.
voetnoot45-46
toevoegsel.
voetnoot47
Alleens: àl eens, gelijk.
voetnoot50
bederf: ondergang.
voetnoot49-51
erfvyant - bystant: dit rijm ook in LVIII Harpz. 1-3 en LXIX, 5-7.
voetnoot51
versteecken: verstoken.
voetnoot55
uitsteecken: lees: uitstéken.
voetnoot57-59
V: Deus rex noster ante saecula, vs. 12; B licht dit toe met een herinnering aan de schepping der wereld.
voetnoot60
V: in medio terrae, vs. 12; B wijst er op, dat Palestina inderdaad in 't midden van de toen bekende en bewoonde wereld lag; ring: ommering, kring.
voetnoot61-62
V: Tu confirmasti in virtute tua mare, vs. 13; B illustreert het w.w.: opdat de Roode Zee zou vaststaan als een muur; Vondel breidt op zijn beurt de beeldspraak uit, door de voorstelling, dat God dien muur heeft gemetseld (metst).
voetnoot63-64
V: contribulasti capita draconum in aquas, vs. 13; B: Grj hebt in de wateren van diezelfde zee de hoofden der Egyptenaren, die als draken de Joden achterna zaten, bedolven.
voetnoot65
het draeckenhooft: V: capita draconis, vs. 14; B zegt dat alle uitleggers hieronder Pharao verstaan; toren: toorn.
voetnoot66
V: Dedisti eum escam populis Aethiopum, vs. 14; B zegt, dat sommige uitleggers het rijk der Egyptenaren een buit voor de Ethiopiërs (bij Vondel doorgaans Mooren, vgl. LXXI Harp. vs. 33-34) noemden; maar - vervolgt B, en hier heeft Vondel 't oog op - volgens anderen werd het lijk van Pharao het aas van de raven, die om hun zwarte veeren Ethiopiërs genoemd worden: hieruit groeide Vondels eigenaardige verbinding van rave en Mooren.
voetnoot69
Jordaen: V: Ethan, vs. 15, ook volgens B is de Jordaan bedoeld.
voetnoot70
kil: waterdiepte.
voetnoot74
ring-omringt: echt Vondelsch woordspel.
voetnoot73-78
V: Tu fecisti omnes terminos terrae; aestatem et ver tu plantasti ea, vs. 17.
voetnoot80
schoffeert: schendt.
voetnoot82
reuckloos zaet: een roekeloos geslacht.
voetnoot83
trotst: trotseert.
voetnoot84
onverzadigh: onverzadelijk.
voetnoot85
uw tortelduif: V: animas confitentes tibi, vs. 19; ook B spreekt niet van duiven, maar Buchanan heeft: Ne trade vitam turturis tuae feris.
voetnoot86
aes: prooi, voedsel.
voetnoot89-90
V: Respice in testamentum tuum, vs. 20; B: als gij ons niet wilt gadeslaan, let dan ten minste (saltem) op 't verbond, dat gij met onze Vaderen sloot.
voetnoot95
verschoven: ter zij geschoven.
voetnoot102
lastren: schandelijke daden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius