Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee
Afbeelding van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wondersleeToon afbeelding van titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.80 MB)

Scans (6.41 MB)

ebook (5.61 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Illustrator

Tjeerd Bottema



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
non-fictie/schoolboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee

(1951)–Anne de Vries–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 38]
[p. 38]

10. In de stal.

Jaap en Gerdientje komen bij huis.

Door de kleine ruitjes van de stal schijnt een beetje licht.

'Ze zijn nog aan het melken,' zegt Jaap. 'Ga je mee in de stal?'

Dat doet Gerdientje graag. Want het is zo leuk in de stal. En het is er altijd zo lekker warm.

Ze bergen hun sleden in de schuur. Daar staat ook de grote arreslee. Die is al heel oud. Die was er al, toen vader zo groot was als Jaap. Dan gaan ze de stal in. Het licht is er al aan. De koeien staan op een lange rij. Ze kauwen allemaal. En ze kijken de kinderen aan met hun goede grote ogen. Maar anders is er niemand te zien.

Maar, hóór!.... Sjiep-sjiep-sjiep! gaat het. Sjiep-sjiep-sjiep!.... Op twee plaatsen, voor en achter in de stal.

Dat doen Vader en Gijs. Ze zitten elk op een laag stoeltje bij een koe.

Sjiep-sjiep-sjiep!.... Zo spuiten ze de melk in de emmer.

Gerdientje draait aan het knopje bij de deur.

[pagina 39]
[p. 39]

Het wordt donker. En dadelijk roepen twee bromstemmen: 'Hei daar, wie doet dat?.... Doe dat licht eens aan!'

Maar nu kan Gerdientje het knopje niet meer vinden. Jaap moet haar helpen. Knip, zegt het. En dan wordt het weer licht.



illustratie

'Deugnieten!' roept Vader. Maar ze horen wel, dat hij niet boos is.

'Gerdientje,' roept Gijs, 'wil je nog eens melken?'

O ja, Gerdientje wil best. Ze loopt met Jaap voor de koeien langs. Ze hebben allemaal namen. Gerdientje aait ze over de kop.

[pagina 40]
[p. 40]

'Dag Blaarkop,' zegt ze. 'Dag Goudhoren, dag Bontje en dag Rooie. Dag beste, lieve Zwartkop.'

Zwartkop is de makste koe. Die mag Gerdientje melken. Ze heeft het al vaak geprobeerd. Maar het lukt haar nooit. En nu gaat het weer niet. Gerdientje doet erg haar best, maar er komt geen druppel melk.

Gijs lacht er om.

'Je moet maar veel dikke boterhammen eten,' zegt hij. 'Boterhammen met spek. Dan zal je nog best een flinke boerenmeid worden.'

Nu mag Jaap ook even proberen. Die kan het al een beetje. Gerdientje gaat eens bij het kalfje kijken. Dat staat achteraan in de stal. Het is zo lief. Maar als je het de hand toesteekt, dan zuigt het er op.

Dan kijkt ze ook even bij de konijnen van Jaap. Hun hok staat in het hoekje van de stal. Er zijn drie konijnen: één zwart, één grijs en één wit. Maar het witte is het mooist. En dat heeft een zwart vlekje op de neus.

Vader loopt met een emmer vol melk de stal uit. De kinderen lopen mee. Vader giet de melk door een zeef in de bus. Die bus vol melk gaat naar de fabriek. Daar maken ze er kaas en boter van.

In de kamer is Moeder. Zij zit te naaien. En Zus is er ook. Die speelt met haar pop. En

[pagina 41]
[p. 41]

broertje Jan ligt te spartelen en te praten in zijn wieg.

'Da-da!.... Poette.... poette.... ta!' zegt kleine Jan.

Ze spelen een poosje met hem. Hij is zo lief en hij wordt al zo flink.

Maar Gerdientje moet naar huis.

Jaap vraagt: 'Moeder, mag ik Gerdientje nog even wegbrengen?'

'Dat is goed,' zegt Moeder. 'En vraag dan meteen, of Gerdientje bij ons het kerstfeest mag komen vieren. En of haar Opa en Grootmoe dan ook meekomen. Het duurt maar twee dagen meer!'....

Vader komt juist binnen. Hij zegt: 'Ja, vraag dàt maar, Jaap. En dan gaan we ze samen halen in de oude arreslee.'

O ja, dàt zal fijn worden! Ze gaan gauw. Moeder geeft ze elk een dikke appel mee.

'Vlug terug komen!' roept Moeder nog.

'Ja Moeder!' roept Jaap.

En hij houdt woord. Hij is vlug terug.

'Ze komen, hoor!' roept hij. 'Allemaal!.... En ik mag morgen met Gerdientje een kerstboom halen uit het bos!'


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken