Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Eric (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van Eric
Afbeelding van EricToon afbeelding van titelpagina van Eric

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.58 MB)

Scans (4.65 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Eric

(1931)–Gerard Walschap–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 21]
[p. 21]

IV.

Eric vergat de slagen niet meer, hij werd eenzelvig. Hij deed niets meer dan boeken lezen en wat Ernest ook al verzon, de schuwe afkeer ging niet weg. Hij nam hem bij zich in 't bed en op een avond bedwong hij zijn tranen niet en weende met Eric in den arm. Hij sprak tegen het kind, hij stortte zijn hart uit, nam hem in vertrouwen als een groote. Eric verstond er lang niet alles van: Papa was zoo alleen en hij zou graag gaan waar mama is, maar wat zult gij dan doen, Eric? Maar als Eric ook niet van papa hield, wat had papa dan nog? Zooveel meende Eric te begrijpen. Maar het deed hem pijn dat papa weende, zoo'n groote man en hij was wat beschaamd in zijn plaats. En hij wist niet wat een jongen als hij daar al veel kon aan doen, een kus geven was te kinderachtig. Hij kuchte mannelijk en zei: ‘De mama van Cyriel zegt dat ge moet hertrouwen.’ Stilte. ‘Hoe weet ge dat, Eric?’ - Cyriel heeft het hem gezegd. Het bleef lang stil. Toen begon

[pagina 22]
[p. 22]

Eric te redeneeren. Bij ons is nu mama dood en als nu eens bij Yvo de papa sterft, dan kunt ge toch hertrouwen met Tante Josephine. En hij had Cyriel gezegd: als papa hertrouwt, heb ik dan een andere mama? Cyriel is een lafaard, bah, hij moet niets van hem hebben. En een groote deugniet is het, dat weten ze niet, maar hij weet het. Hewel, Cyriel zei dat hij dan wel geen andere mama had, maar dat papa dan ten minste een vrouw zou hebben. Maar hij had geantwoord: wat zit papa met een vrouw in, snotneus.

Ernest lag te glimlachen in den donker met zijn oogen vol tranen. Het deed hem goed dat de jongen praatte en hij vroeg hem: ‘wat moet ik eigenlijk doen, hertrouwen of niet?’ Eric dacht na en zei dat papa het voor hem niet moest laten, ik ben het gewoon zonder mama.

Papa begon letterlijk te huilen en te kermen, hij niet jongske, hij is het niet gewoon zonder mama.

Eric bedacht hoe spijtig het was dat bonmama al zoo oud was. Hij had nogal kop in Tante Josephine, en die zou acht kinderen meegebracht hebben, dan zouden hij en Yvo samen slapen. Maar eerst moest natuur-

[pagina 23]
[p. 23]

lijk Nonkel Oscar sterven, daar zat hij toch niets mee in. En wie was er nog van de familie?

Er lag van toen af een vroege ernst over zijn leven, hij droeg zorg. Dikwijls vouwde hij zijn handen op zijn rug gelijk papa en stond te peinzen. De makkers en hun spel waren niet alles meer. Wedden dat hij van 't jaar in alle vakken de eerste is? Ernest lachte en beloofde hem een gouden horlogie voor zijn Eerste Communie, als hij dat klaar speelde. Om die horlogie was het niet, maar ge waart misschien toch van zin ze te koopen. Hij ging recht naar bonpapa en vroeg wat hij van hem en bonmama kreeg als hij van 't jaar in alle vakken de eerste was. De acht kinderen van Oscar zijn allemaal middelmatige leerlingen. Den ouden dokter schieten tranen in de oogen als hij het moederloos zoontje van zijn jongsten daar zoo ferm ziet staan. Wat Eric dan allemaal krijgt, kan hij op eenen achternoen niet vertellen. Zeg, hoe staat het met het vechten, tegenwoordig? Die vraag ontwijkt Eric, want zwijgen is het beste. Ze moesten zoo eens weten hoe het gegaan was met die vaas. Hij zag ze staan, dacht oei, ze moest eens kapot zijn en hij

[pagina 24]
[p. 24]

moest er naartoe. Hij nam ze van de schouw, schrok: ze moest eens vallen en liet ze met opzet los. Zoo kwam hij ook eens langs de logeerkamer op het plat dakske van de keuken gekropen en nog een halven minuut naar beneden zien dan had hij er moeten afspringen. En de groote vitrien zal hij ook eens kapot smijten, hij moet er altijd naar kijken, maar tegenwoordig nijpt hij zijn oogen toe.

Nonkel Oscar komt binnen en die heeft natuurlijk weer alles gehoord en hij zegt in 't Fransch dat ze niet zoo moeten redeneeren met dat kind. Maar Eric verstaat het en hij denkt waarom niet? Die Nonkel Oscar is geen goeie. Hij bespiedt hem om te weten te komen wat hij verzwijgt. En bonpapa zegt: laisse nous tranquilles, laat ons gerust wil dat zeggen. Ja, laat ons gerust, gij spioen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken