Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Swietie Sranang (1990)

Informatie terzijde

Titelpagina van Swietie Sranang
Afbeelding van Swietie SranangToon afbeelding van titelpagina van Swietie Sranang

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.59 MB)

XML (0.24 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Swietie Sranang

(1990)–Don Walther–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Kan me nog meer vertellen. Herinneringen aan een rot jeugd


Vorige Volgende
[pagina 103]
[p. 103]

Zwemmen

WE ZWOMMEN IN ALLES waarin we water zagen, alle waarschuwingen over stilstaand water, bilharzia en andere ziekten aan de laarzen lappend. In mijn prille jeugd bevond zich achter de cultuurtuin bij de schietbaan een groot gat waaruit men blijkbaar zand had gedolven voor de aanleg van een of andere weg. Daar is eens een neef van me Henar geheten, doodgeslagen door een andere jongen, ene Van de Berg. Hij had van de Berg zolang gesard totdat die boos werd en hem met een ijzeren pijp op het hoofd sloeg. Vanaf dien mochten wij jongens daar niet meer verschijnen.

Toen gingen we zwemmen bij Siew achter de Prinsessestraat. Hij had in een moeras op zijn boerderij een groot gat dat als drinkplaats voor zijn koeien dienstdeed. Hij had er gruwelijk het land aan dat wij daar zwommen en zat ons steeds met een houwer (kapmes) achterna. Vermoedelijk omdat hij in dat gat ook vissen kweekte.

We zwommen ook in de rivier achter waar Zaag molen Swijt staat. Vroeger was daar ook in de rivier de landingsplaats voor de watervliegtuigen van de Pan American (Lande genaamd). Soms liepen we helemaal naar de Kleine Saramaccastraat waar talrijke bekwame zwemmers woonden o.a. de familie Plak en Malmberg. Deze jongens zwommen de Surinamerivier gewoon over. Dat deden ze in twee etappes. Ze zwommen eerst naar de Goslar. Dat was een groot Duits schip dat door de bemanning bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog tot zinken was gebracht en op een zandbank was terechtgekomen. De helft van het schip staak boven het waterop-

[pagina 104]
[p. 104]

pervlak uit.

Tenslotte kon je zwemmen bij meester Campagne. De man die als ik me niet vergis onderwijzer was op de Koningin Emma school die destijds op de hoek van de Tourtonnelaan stond heeft bijna alle Surinamers van mijn generatie leren zwemmen. En dat kosteloos. Je moest wel met een briefje van je ouders komen. Mijn vriend Chris Frankel had een dergelijk briefje voor me geschreven en twee of drie weken lang liepen wij trouw elke middag na school van de Gonggrijpstraat helemaal naar de Koningstraat. Hij had een aantal zonen en dochters die je leerden zwemmen. Elke maand had je afzwemmen. Dan moest je als proeve van bekwaamheid de Poelepantje (Dominee kreek) oversteken, een afstand van zo'n vijftig meter denk ik, onder begeleiding van een van de bekwame zwemmers. Volbracht je dat met succes dan moest je dat vieren met een bos bananen (in Suriname bacoven geheten) en mocht je in het vervolg zelfstandig zwemmen en zelfs helpen bij de opleiding van weer andere zwemmers.

In de krant werd er destijds steeds heftig gediscussieerd over de vraag of het zwemmen in de Domineekreek wel gezond was. Het was namelijk een kanaal met een sluis in de buurt van Beekhuizen die slechts eens in de zoveel weken werd opengezet om te ‘spuien’. De tegenstanders van het zwemmen vonden dat dit stilstaand water was en bilharzia veroorzaakte waartegen meester Campagne en zijn medestanders zich steeds heftig verweerden.

Ik heb nooit kunnen afzwemmen bij meester Campagne want tijdens een verblijf van mijn stiefvader in de stad verklaarde hij plotseling dat hij met meester Campagne zou gaan praten om mij zwemmen te leren. Hij bleek een vriend van de man te zijn. Ik natuurlijk hevig geschrokken dat het bedrog aan het licht zou ko-

[pagina 105]
[p. 105]

men. Tot grote verbazing van een ieder bleek ik mijn belangstelling voor het zwemmen te zijn kwijtgeraakt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken