Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Hans]

HANS, een verkortte mansnaam, voor hannes; van het lat. Johannes, uit het hebr. Jehochanan. Het verkleinwoord hansje, van waar de schertsende uitdrukking, in het gemeene leven, om op de gezondheid der, nog ongeborene, vrucht te drinken: hansje in den kelder! Zamenst.: hansworst, eene benaming van eenen poetsenmaker, in de schouwtooneelen; ook hansop, eene speelpop der kinderen, die op de wijs van zulken tooneelgek opgekleed is. Om de gelijkheid, heet zeker nachtgewaad der kleinen, ook hansop. Na het invoeren van het kristendom, was deze doopnaam, Hans, in meenigvuldig gebruik: en, even daarom, werd het vaak een naamwoord van eenen iegelijken persoon. Frisch haalt daarvan een voorbeeld aan uit den keizerlijken artikelbrief bij Fronsberg: niemand, hij zij wie hij zij, klein - of groot - hans, mag eenen kwaaddoener aanhouden, dat is, ieder, arm of rijk. Dit woord bepaalt, dan, de beteekenis

[pagina 241]
[p. 241]

geenzins; behalve dat het gebruik er eene soort van verachting mede verknocht heeft: alleen het bijgevoegde woord geeft aan hetzelve de bepaling. Zoo noemen wij, thands nog, iemand eenen grooten hans, of groothans, een groot heer; eenen pochhans, pofhans, eenen snoever, eenen smalhans, hem, die eene schrale keuken houdt, anders schraalhans: schraalhans is daar keukenmeester, daar valt niet veel te eten en te drinken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken