Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Henry en Louize (1794)

Informatie terzijde

Titelpagina van Henry en Louize
Afbeelding van Henry en LouizeToon afbeelding van titelpagina van Henry en Louize

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.43 MB)

ebook (3.39 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Henry en Louize

(1794)–Cornelia L. van der Weyde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Eerste deel


Vorige Volgende
[pagina 308]
[p. 308]

Zeventigste brief.
Frederik aan Madelon.

Liefste madelon!

 

Ik haaste mij om u te schrijven dat ik wel overgekomen ben - maar hoe zeer mis ik u, mijne Beste! - Ach! er is geen vermaak voor mij, nu ik van u gescheiden ben. - Mijne lieve madelon! verwacht van mij geene geestige brieven - ik kan slechts schrijven wat ik gevoel - en ik gevoel niets dan liefde - zuivere liefde voor mijne madelon. - Veele van onze Petits Maitres - thans lieden van smaak genoemd, zouden u veele aartige dingen verhaalen, maar op die kunst versta ik mij niet. - Mijn hart, dat u aanbidt, gevoelt zoo veel tederheid voor u, dat ik elk oogenblik overtuigd worde dat ik zonder u niet leeven, ten minsten niet gelukkig zijn kan - en wat is een rampzalig leven? - de dood is veel verkieslijker dan dit; - maar om u, schoone madelon! wensch ik lang te leeven - ten minsten indien gij nooit ophoudt mij te beminnen; want indien uwe liefde voor mij verflaauwde, zou verdriet mij verteeren. - Het is niet mogelijk

[pagina 309]
[p. 309]

dat gij kunt beseffen hoe vuurig ik u bemin. - Te vooren heb ik nimmer de liefde gekend - altijd wist ik die drift te overwinnen; maar zoo dra mijne oogen u aanschouwden, was ik voor eeuwig aan u verbonden. - Wat heb ik geleeden bij mijn vertrek! - ô dit kan wel gevoeld maar nimmer uitgedrukt worden. - Nu, in het Guarnizoen terug gekomen, is alles mij lastig. - Elk vraagt, elk wil weeten wat de eertijds vrolijke frederik toch deeren kan? daar hij eensklaps zoo droefgeestig en stil geworden is; maar ik antwoord niets op de vraagen die mij gedaan worden, dan slechts in algemeene bewoordingen: en intusschen gevoel ik best, welk leed mijnen boezem knaagt. - Waarom leerde ik u niet slechts één jaar vroeger kennen? dan waren wij ligt nu door koorden der liefde samen verbonden - en nu is er geene mogelijkheid om verlof te bekomen - de eenige hoop daartoe zou eerst tegen het najaar zijn, om dan voor eenige dagen te komen overvliegen; dewijl mijn vriend henry Majoor geworden is, rouleert hij nu met de Hoofdofficieren, en dus komt zijn groot verlof aan een ander, en wie weet of ik door die verschikking ook geen voordeel heb, en dus in September bij u komen kan; - maar welk een tijd voor verliefde harten die elkander zoo vuurig beminnen; want immers, altijd beminde madelon! gij verlangt even zeer na mij als ik na u? - en gij zult nu zeker al die gemaaktheid en veinzerij voor altijd laaten vaaren, die anders jonge meisjens met haare minnaars in 't werk stellen. Ik kan zeer

[pagina 310]
[p. 310]

wel begrijpen, dat een meisjen, voor dat de minnaar in gunst aangenomen is, eenigzins ingetoogen omtrent hem zijn moet, ten einde te beproeven of hij in zijne liefde standvastig is; maar nu, dierbaare madelon! daar uwe schoone mond mij liefde en trouw gezwooren heeft, wilt gij immers uwen frederik ook tot op den bodem van uw hart laaten zien. - Laat dan, bid ik u, geene valsche schaamte u weêrhouden, om mij te schrijven zoo als uw hart gevoelt. - Zeg mij duizend maalen dat gij mij bemint - dat uwe liefde zoo sterk is als de mijne, en dit is het middel dat mijne smart lenigen kan. - Ja, ik weet het, mijne liefde en droefheid hebben uw gevoelig hart getroffen - gij kunt u ook niet verbeelden hoe veel ik, door het afzijn van u, lijden moet. - Schrijf mij dus spoedig; op dat mijn hart daardoor verkwikt worde. -

Thans moet ik afbreeken, waerdste madelon! Ik heb deeze oogenblikken van mijne drukke bezigheden afgetrokken; want de Exercitie verschaft mij veel werks.

Vergeef mij intusschen, dat deeze in dien behoorlijken stijl niet gesteld is, zoo als hij behoorde - ik weet het, mijne letteren zijn onwaerdig onder het oog van een verstandig meisjen te komen; maar het is of ik geestloos ben, sedert ik door de liefde ben overwonnen - en nu zoude ik gaerne aartig en welspreekend schrijven; dan, dit is mij onmogelijk: evenwel, Albekoorster! hierop kunt gij staat maaken, dat alles uit mijn hart, dat u oprecht bemint, voordkomt -

[pagina 311]
[p. 311]

immers, de taal der liefde is altijd welspreekend.

Vaarwel! mijne Dierbaare! - Vergeet uw frederik niet! - Verblijd hem eerlang door eenige letteren van uwe hand, en wees verzekerd dat gij den getrouwsten vriend gevonden hebt, in

 

Uwen Minnaar,

 

frederik.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken