Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Henry en Louize (1794)

Informatie terzijde

Titelpagina van Henry en Louize
Afbeelding van Henry en LouizeToon afbeelding van titelpagina van Henry en Louize

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.20 MB)

ebook (3.36 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Henry en Louize

(1794)–Cornelia L. van der Weyde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Tweede deel


Vorige Volgende
[pagina 319]
[p. 319]

Een-entagtigste brief.
Henry aan Lord N.

Beste en eenigste Vriend!

 

Londen -

 

Het schijnt, beste lord! dat het Noodlot mijne vereeniging met louize sluiten wil. - Te Londen gekomen, en bij Capitein fitz morris afgestapt zijnde, vernam ik het droevig bericht, dat het Gezelschap, zoo waerdig aan mijn hart, drie dagen te vooren naar het vaste land was overgestoken - Gij, Milord! wiens tedere gevoeligheid mij bekend is, zult ligt begrijpen, hoe veel verdriet mij deeze teleurstelling heeft veroorzaakt. - Uw braave vriend had medelijden met mij, en beschuldigde zig zelve dat hij aan louize mijne overkomst niet gemeld heeft; doch men moet billijk zijn, de goede Hopman betuigde mij, hoe verlegen hij was wat te doen, als niet weetende of onze begeerte was, dat mijne vrienden van deeze overkomst verwittigd wierden of niet; en in die onzekerheid had hem best gedacht te zwijgen - dan ik lijde zeer veel door deezen tegenspoed; te meer, daar ik vast gedacht had mijne Meesteresse te ontmoeten - haare standvastigheid

[pagina 320]
[p. 320]

baarde mij eene onuitspreekelijke blijdschap, en die is nu geheel verdweenen. - ô Stervelingen! is mijn lot niet aan het uwe gelijk? - Alles lacht u aan - gij denkt blijdschap te omhelzen, maar zij vlugt u vooruit - en zijt gij eindelijk tot haar genaderd, dan omhelst gij eene ijdele schaduw die verdwijnt. - Beste vriend! verschoon mijne treurige taal. - Immers de droefheid is u niet vreemd - mij is bewust welk een teder hart gij omdraagt - uwe vriendschap behoudt mij in het leven - in den volstrekten zin ben ik, nevens God, aan u mijn leven en gezondheid verschuldigd - uwe zorgen hebben nieuw bloed in deeze aderen doen vloeijen: - zoo lang mijn hart klopt, zal het aan uwen henry vertegenwoordigen, de weldaaden, van zijnen vriend genooten. - Ik weet dat mij vrijstaat, mijn verdriet in uwen boezem uittestorten. - De angsten verdubbelen nu mijne smarten, als ware het niet genoeg dat ik mijne Beminde hier niet aantrof, zoo schildert mijn geest zich allerlei akelige denkbeelden, welke hierop neêr komen: dat mijne Albekoorster Engeland verliet, om henry te mijden - ja maar zult gij zeggen, de Capitein zegt, dat uwe Meesteresse niets van de komst van haaren Minnaar wist. - Dit weet ik, Milord! maar mijne angstvalligheden roepen mij toe: de Capitein weet ook dat louize u ontvlugt; doch enkel uit medelijden wil hij u dit niet doen hooren, wijl de rampen altijd vroeg genoeg bekend worden. - Ingebeelde tegenspoeden doen de stervelingen meer

[pagina 321]
[p. 321]

lijden, dan de onheilen die aanwezig zijn. - Dan, uwe vriendschap, braave Lord! is alleen mijn troost in deeze onvoorziene ellende, en wanneer ik aan u denke, mag ik mij nog niet geheel ongelukkig noemen - de vriendschap kan toch de traanen droogen, welke de liefde doet storten. -

Mijn voorneemen is, met de eerste Paketboot naar Ostende te stevenen, en mijne louize te volgen, tot ik haar vinde, of tot ik van mijn ongeluk zeker ben. - Laat mij, edele, menschlievende Lord! een brief van u te Ostende vinden, die mij den slag, zoo het mogelijk is, eenigermaate lenige. -

Vaarwel! en wees verzekerd van de genegenheid, met welke gij altijd zult bemind worden, van

 

Uwen oprechten Vriend,

 

henry.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken