Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nalatenschap. Dicht- en toneelstukken (1856)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nalatenschap. Dicht- en toneelstukken
Afbeelding van Nalatenschap. Dicht- en toneelstukkenToon afbeelding van titelpagina van Nalatenschap. Dicht- en toneelstukken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.65 MB)

ebook (3.01 MB)

XML (0.71 MB)

tekstbestand






Editeur

Prudens van Duyse



Genre

poëzie
drama

Subgenre

gedichten / dichtbundel
toneeltekst (modern)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nalatenschap. Dicht- en toneelstukken

(1856)–J.F. Willems–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 103]
[p. 103]

Aen Neëra.

 
Die 't eerst een minnaer uit zyns meisjens bevende armen
 
Heeft kunnen rukken, had gevoelen, noch erbarmen;
 
Die van zyn minnares ooit zonder boezemleed
 
Kon scheiden, was, voorwaer, niet minder hard en wreed.
 
Ik ben zoo niet: ik kan myn droeven geest niet temmen;
 
De weedom breekt my 't hart en blyft het lang beklemmen.
 
En eventwel ik schaem me zulker zwakheid niet,
 
'k Beken voor iedereen myn duldeloos verdriet,
 
Neëra. Doch zoohaest uw wreedheid me eens doet sneven,
 
Zoohaest myn bleeke schim dit lichaem heeft begeven,
 
Zoohaest myn wit gebeente op de uitgeblakerde asch
 
Eerst ligt, kom en betreur me en denk dan wie ik was.
[pagina 104]
[p. 104]
 
Zweef, met ontvlochten haire, om myne houtmyt henen.
 
Uw lieve moeder zal naest u myn lot beweenen:
 
Zy is een teedren zoon, gy zyt een minnaer kwyt.
 
Roept dan myn schimme daer ze nog by u verbeidt:
 
Laet dan uw handen in 't gewyde water wasschen,
 
En zamel myn gebeente, al zuchtend, op uit de asschen.
 
Zoo worde 't overschot in doodsgewaed geknoopt,
 
Met ouden wyn beplengd, in zuivre melk gedoopt
 
En in het graf gelegd... Daer zult ge my betreuren,
 
Myn zerk besproeijen met de kostelykste geuren,
 
Die 't ryk Assyriën of de Arabier ons schenkt,
 
Terwyl ge aen myner trouwe en uwer ontrouw denkt.
 
De wereld zal myn lot vele eeuwen nog na dezen
 
En de oorzaek myner dood in deze woorden lezen:
 
‘De teedre Ligdamus rust in dit sombre graf:
 
Neëra's ontrouw was 't, die hem den doodsteek gaf.’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken