Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Arabische Alkoran (1641)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Arabische Alkoran
Afbeelding van De Arabische AlkoranToon afbeelding van titelpagina van De Arabische Alkoran

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

ebook (3.35 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

religieuze teksten (niet-christelijk)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Arabische Alkoran

(1641)–Anoniem Arabische Alkoran, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Inden name des barmhertighen ende goedigen Gods. XV. Capittel.

OF schoon dese lieden met de Enghelen ende met de doode spraken, ende alles goets de volheyt hadden, so en souden sy doch niet ghelooven, want Godt en begeert het niet.

Het meeste deel onder haer is als het onvernuftighe Vee, ende de wijle sy den Prophete cantrarie zijn, soo laetse Godt altoos voortvaren.

Godt die alder-volcomenste richter, die heeft u dit boeck vanden Hemel hier neder gesonden, ende in desen boeck werden sulcke woorden begrepen, die van gheen menschen en sullen, noch en connen verandert werden. Ghy en sult niet de groote hoopen volgen, of anders sout ghy feylen den rechten wech.

Vliet ende mijdt alle boosheyt, so wel heymelijck als openbaer, want een yder sondaer sal sijn verdiende loon ontfangen, ende en etet niets, ten zy dattet te vooren geseghent is. Godt weet wel wie hy sijn gheboden toe vertrout, ende wie de bootschapper is die hy u sendet. Dit is den rechten wech Gods, ende wie op desen wandelt die sal rijcke belooninge hebben.

Als het ghemeyne laetste oordeel sal aengaen, ende de lieden haer dwalinghe bekennen sullen, dan sal Godt tot haer segghen: en hebbe ick u niet mijnen bootschapper ghesonden, die u alle mijnen wille, alle mijn geboden, ende desen dach der opstandinge verclaren ende openbaren soude, dan sullen zy bekennen dat dit alsoo zy, ende dat sy alleen vande dwase werelt zijn bedrogen gheworden, om dat sy die selve hebben gelooft. God is goet ende barmhertich, ende hy en wilt niet een mensche quaet doen, want als hy dooden wilde, so conde hy dat ooc seer lichtlijck doen.

[Folio 82]
[fol. 82]

Ghy meucht u oudt gebruyck behouden, ende soo wil ick oock by mijn meyninghe blijven, maer int uytkeeren salmen het dan bevinden, welck deel recht of onrecht hebbe. Ghy sult weten dat Godt de boose nimmermeer bystant en doet, noch de ghene die haer kinders om brengen, ende vande verboden spijse eten, die werden alle onder de boose getelt.

Etet van allerley rijpe vruchten want Godt hevet u toeghelaten. Sommighe dieren sijn gheschapen gheworden om te draghen, ende sommighe tot spijse. En volcht niet den raet des Duyvels, want hy verleyt seer veel menschen. Ick bevinde dat verboden zy te eten het bloedt, het zwijnen vleesch, ende het dier dat uyt hem selven ghestorven is, doch wanneer yemant uyt noot daer van eten moest, ende dan daer over berou ende leet heeft soo vergeeft Godt sulcks. Den Ioden verbieden wy van weghen haer boosheyt veelderley spijsen. Een yder mensch sal zijn ouders helpen, maer niemant en zal uyt armoede sijn kinders dooden ofte een ander strafbaer misdaet opleggen.

Men zal niet rooven het gelt der weesen, noch niet onnuttelijck verdoen, maer Gods gebodt houden ende hem vreesen.

Hout het boeck dat u vanden Hemel is gesonden geworden in groote weerde, op dat ghy barmherticheyt verkrijcht, ende en wijckt niet vande Wet Gods.

Ghy en behoeft niet op de toecomste der Enghelen, noch op ander wonder wercken te achten, want of ghy schoon niet en siet, soo moet ghy even wel ghelooven, of anders en helpt u het gheloove niet. Ick zweere dat alle onse geboden, offer, leven, ende doodt, van Godt den Heere aller werelt is: hy en heeft niemant benevens hem, ende hy sal oock alle onse misdaden openbaren. Hy heeft u menigerley saken voor ghestelt, om u geloove daer deur te beproeven. Hy is machtich ende het eynde aller dingen, hy is barmhertich, ende vergheeft de misdaet en sonde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken