| |
| |
| |
Literatuur over vrouwen en literatuur
Lover, driemaandelijks literatuuroverzicht voor de vrouwenbeweging, heeft in de rubriek ‘Signalementen’ een afdeling Letteren-Kunst, waarin nieuwe publikaties uit binnen- en buitenland worden vermeld. Daarnaast publiceert Lover soms ook uitgebreide besprekingen, zoals een degelijk, hoewel niet zeer oorspronkelijk artikel over Anna Blaman in 1979, 3.
Abonnementsprijs ƒ 15,- per jaar, bestellingen opgave giro 3228203, t.n.v. Lover, Den Haag.
Loekie Zvonik kreeg op 20 oktober 1979 de Yang-prijs voor haar tweede roman: Duizend Jaar Thomas. Voor haar eerste, Hoe heette de hoedenmaker?, kreeg ze indertijd de Vlaamse Debuutprijs 1976. In 1980 kreeg ze bovendien de 5-jaarlijkse Matthias-Kempprijs van de beide Limburgen.
Ida M.G. Gerhardt kreeg op 3 november 1979 de Prijs voor Meesterschap 1979 van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden.
Hannemieke Stamperius schreef Vrouwen en literatuur, een inleiding, in de Synthesereeks van de Arbeiderspers, met o.a. een hoofdstuk over schrijvende en lezende vrouwen, over vrouwenfiguren bij vrouwelijke en mannelijke schrijvers.
Martien Kappers maakte in Maatstaf jan./mrt. 1979 een overzicht van de angelsaksische vrouwenroman binnen ‘het feminisme van de tweede golf’.
Hella Haasse publiceerde in Raster 9/1979 deel 1 van Het beeld in de spiegel, Proeve van achtergrond: een uitvoerig essay over westeuropese schrijfsters en hun maatschappelijke en kulturele achtergronden. In deel 11, in Raster 10/1979, spitst zij, onder de titel Voorgrond onder vergrootglas, dit ‘beeld’ toe op moderne, vooral noordnederlandse schrijfsters, met een opmerkelijke hoeveelheid en aktualiteit aan materiaal, en met een even opmerkelijke afwezigheid van bibliografie en vermelding van voorstudies op dit vlak.
| |
| |
Hanneke van Buuren publiceerde in Ons Erfdeel 1980, 2, een overzicht van de ontwikkeling die enkele essentiële tema's doormaakten in het werk van Hella Haasse, onder de titel: Zij liep naar de deur, maar die was op slot; elementen uit de gnosis van Hella Haasse. Over dit onderwerp en dat uit deze Chrysallis hield ze een debat in Utrecht voor Groep 7152. Beide artikelen werden bovendien gebruikt op een Haasse-avond in 't Literair Kafee Nijmegen, 19-12-'79.
In Rutgers University, New Brunswick, wordt sinds enkele jaren een wetenschappelijk goed onderlegd tijdschrift uitgegeven: Women and Literature. Abonnement $13,- p.j., Dept. of English, Douglass College, Rutgers University, New Brunswick, New Jersey 08903, usa.
The Women's Press verzamelde van her en der alle artikelen van Virginia Woolf die met vrouwen en schrijven te maken hebben onder de titel Women and Writing.
Ina Bouman, journaliste, Willy Brill, aktrice en regisseuse, en Ingrid van Delft, schrijfster, schreven een dramatisch-satirisch radiospel over vrouwen in de loop van de geschiedenis: Lilith. De nos zond het uit op 21 en 28 september 1979. Er is een geluidsband van.
| |
Adressen
Vrouwenboekhandels:
Xantippe, Westerstraat 191-193, 1015 MB Amsterdam. |
De Heksenkelder, Oudegracht 261, 3511 NM Utrecht. |
De Feeks, Ridderstraat 11, 6511 TM Nijmegen. |
Gaia, Pieterskerkchoorsteeg 1, 2311 TR Leiden. |
Dikke Trui, Visserstraat 14, 9712 CV Groningen. |
Info:
Informatie en Documentatiecentrum van de Nederlandse Vrouwenraad (idc), nieuw adres: Laan van Meerdervoort 30, 2517 AL Den Haag.
Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging, Herengracht 292, 1016 BX Amsterdam.
HS/HvB
| |
| |
| |
Ontvangen en verschenen
Lidy van Marissing. Het gedroomde leven / Een denkbeeldig onderzoek. Amsterdam, Van Gennep, 1979. |
Renate Rubinstein. Hedendaags feminisme. Amsterdam, Meulenhoff, 1979. |
Andreas Burnier. De zwembadmentaliteit. Amsterdam, Querido, 1979. |
Justine Borkes. Liefde kan samengaan. Nijmegen, uitg. Vrouwenboekhandel ‘De Feeks’, 1979 1e en 2e. |
A. Jelsma Rippen. De rouwkreet van de struisvogel. 's-Gravenhage, Boekencentrum BV, 1978. |
Onverbloemd. Gedichten van vrouwen. Uitg. Vrouwencafé Hilversum, 1979. |
Maria de Groot. Vrijgeleide (kwatrijnen). Haarlem, 1979. Dez., Album van Licht. Haarlem, 1979. |
Sonja Prins. Rondom de boshut, vier seizoenen; dieren- en milieugedichten. Amsterdam, Soma, 1979. |
Writing in Holland and Flanders, 36 (Spring, 1979): Exploring the world of women. A survey by Diny Schouten. Uitg. Foundation for the promotion of the Translation of Dutch Literary Works, Amsterdam. |
HvB |
| |
| |
| |
Bio-bibliografie
Hanneke van Buuren, docente middeleeuwse en moderne Nederlandse letterkunde aan de lerarenopleiding-Eindhoven. Publiceert literaire analyses in diverse tijdschriften. Schreef Vrouwen die van vrouwen houden. |
Olga Cabral, galeriehoudster en docente aan een workshop voor kinderen. Publiceerde: Tape found in a bottle, The evaporated man, Cities and Deserts. In 1971 was zij een van de winnaressen van de Emily Dickinson Prijs. |
Ann Darr, tijdens de Tweede Wereldoorlog pilote in de Women's Airforce Service Pilots. Van haar kwamen twee bundels uit: St. Ann's Gut, en The Myth of a Woman's Fist. |
Erika Dedinszky, Hongaarse, studeerde Frans in Nijmegen. Medewerkster van Film International en Poetry International in Rotterdam. Haar eerste Hongaarse bundel verscheen in '73 in Parijs, haar eerste Nederlandse bij Uitgeverij Holland te Haarlem in '75. |
Karen Hagg, geboren 18-3-1960 te Rotterdam. Studeert theologie aan de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde Kerken te Kampen. Debuteert nu in Chrysallis. |
Barbara Holland, publiceerde in zo'n kleine zevenhonderd tijdschriften. Twee verzamelbundels van haar: Return in Sagittarius, en A Game of Scraps. |
Nelle Honig, geboren te Nijmegen onder het teken Scorpio, beheert een vogelreservaat te Wijk bij Duurstede. Als Joffer achter de Dijk publiceerde zij in tijdschrift Gedicht 8, van De Bezige Bij, dec. 1975. Als Nelle Honig in TKofschip, Driebrief 5. Een gedicht van haar, Kanaän, werd onlangs opgenomen in de bloemlezing Het Blanke Waaien (uitgave Kofschip-Kring). |
Helen Knopper kwam pas na een omweg in de literatuur terecht. Na lange tijd schilderes te zijn geweest, debuteerde zij in De Gids van september 1965 met een kort verhaal. Daarna volgden twee
|
| |
| |
gedichtenbundels en verscheidene romans. Haar autobiografische roman Een onfatsoenlijk Afscheid (1977) betekende een absolute doorbraak. Daarna volgden in snel tempo: Het mes er in (korte verhalen), en Liever dood dan rood (een reportage). Sinds anderhalf jaar is zij vast medewerkster van De Tijd. |
Audré Lorde presenteert zichzelf als ‘Zwart, Vrouw, Dichteres’. Publiceerde The first Cities, Cables to Rage, en From a land where other people live en New York Head Shop and Museum. |
Katherine Mansfield vestigde een hoge schrijversreputatie in een kort leven dat door slechte gezondheid werd geteisterd. Op haar 34e jaar overleed ze aan tbc. In 1911 ging ze een relatie aan met John Middleton Murry, schrijver en uitgever, met wie ze uiteindelijk getrouwd is. Na haar dood heeft Murry haar dagboeken en brieven bewerkt en uitgegeven.
De hier vertaalde passages handelen over haar strijd om haar ziekte toch maar te begrijpen. Ze kon niet aanvaarden dat haar ziekte alleen maar van lichamelijke aard was; ze was ervan overtuigd dat haar verstand en geest gelijktijdig met haar lichaam genezen moesten worden. Uiteindelijk kwam ze in contact met de russische meester Gurdieff en sloot zich aan bij zijn gemeenschap in Fontainebleau. ‘Jack’ en ‘Bogey’ slaan op Murry. |
Marieke Middelkoop, geboren in 1948 in Gorkum. Volgt de opleiding fotografie aan de Academie St.-Joost te Breda. |
Verita Monselles, geboren in 1929 in Argentinië. Begint in 1968 te fotograferen. Exposeerde internationaal. Is ook commercieel fotografe. Woont in Florence. |
Jos Mijn, geboren 31-1-1954, geeft nederlands aan vietnamese vluchtelingen te Harlingen en studeert Fries aan de Fryske Akademy te Leeuwarden. Eerder publiceerde zij in De Vogelaar en Mandragora. Eind 1979 verscheen de debuutbundel Zwanger-schapsliedjes in eigen beheer. |
Bettie Ringma, geboren in 1945. Werkt samen met Marc Miller. Woont in Amsterdam. |
| |
| |
Vera Rive, geboren 31-8-1938. Studeerde Nederlands aan de Lerarenopleiding in Eindhoven. Geeft de wereld graag een boodschap mee: ‘flower-power’. |
Leila Rodd, geboren in Australië. Woont sinds vijf jaar in Nederland, en werkt daar sinds twee en een half jaar in een bibliotheek. Gekleurde knipsels verscheen oorspronkelijk in Hecate, a women's interdisciplinary journal, Vol. IV, nr. 1, february 1978. |
Anna Rook, studeerde kunstgeschiedenis. Promoveerde daarin, en schreef op dat terrein verscheidene artikelen. Daarnaast heeft zij een gezin met twee kinderen. Vroeger publiceerde ze wel vrij veel werk, waar ze overigens nu niet meer achter staat, in studenten-krantjes. Sindsdien potte ze van allerlei op, waarvan ze nu iets wil laten zien. |
Hanneke van Schooten, geboren in Enschede, 25 oktober 1946, werkt als foto-journaliste bij verschillende week- en dagbladen. Debuteert qua letteren nu in Chrysallis. Getrouwd, moeder van twee zoons. |
Anne Sexton, was dichteres en docente kreatief schrijven aan de Boston University tot haar dood in oktober 1974. Publiceerde onder vele andere: Love Poems, The Book of Folly, The Death Notebooks. |
Martha Shelley, werkte op het Gay Liberation Front, en bij de Radicallesbians. Op het ogenblik produceert zij de wekelijkse radioserie Lesbian Nation voor de wbaifm, New York. |
Hannemieke Stamperius (v.h. Postma), publiceerde in boekvorm, in kranten en tijdschriften, van De Nieuwe Taalgids tot Opzij. Bij De Arbeiderspers in Amsterdam verscheen haar Vrouwen en Literatuur; een inleiding. |
Lucienne Stassaert, geboren te Antwerpen op 10-1-1936. Publiceerde onder vele andere: De Houtworm (twee novellen), Het stenenrijk (zes verhalen), Een kleine zee-anemoon (proza), De blauwe uniformen (toneel), en werkte mee aan veel literaire tijd- |
| |
| |
schriften, waaronder Kreatief, Yang, Chrysallis, Kentering, De Vlaamse Gids, Dietsche Warande en Belfort, Honest Arts Movements. |
|
|